European Economic
and Social Committee
De EU en het milieu: tijd om het strafrecht aan te scherpen
In zijn tijdens de maartzitting aangenomen advies over Betere milieubescherming door middel van het strafrecht pleit het EESC ervoor dat de EU strafrechtelijke sancties oplegt voor zoveel mogelijk milieudelicten.
Het EESC buigt zich in dit advies over het voorstel voor een nieuwe EU-richtlijn milieucriminaliteit en geeft concreet aan hoe de tekst daadwerkelijk doeltreffend, evenredig en afschrikkend kan worden gemaakt.
Het EESC is ingenomen met de uitbreiding van de lijst van milieudelicten van negen tot achttien, maar wijst erop dat de richtlijn betrekking moet hebben op zoveel mogelijk soorten milieudelicten. Ook is het van oordeel dat er pas echt sprake kan zijn van doeltreffende, evenredige en afschrikkende sancties als de maximumniveaus ervan aanzienlijk worden verhoogd.
Voorts stelt het EESC voor om de bevoegdheid van het Europees Openbaar Ministerie uit te breiden tot milieudelicten, aangezien bekend is dat er vaak sprake is van banden met de georganiseerde misdaad.
Het EESC zou graag zien dat ook “ecocide” in de richtlijn wordt opgenomen en stelt de volgende definitie voor: “onwettige of opzettelijke handelingen die worden begaan in het volle besef dat er een aanzienlijke kans bestaat dat deze handelingen het milieu ernstige en grootschalige of langdurige schade toebrengen”. Het merkt in dit verband op dat gewapende conflicten in bijna alle gevallen onder de definitie van ecocide vallen.
Milieudelicten vormen wereldwijd de op drie na meest winstgevende categorie strafbare feiten en zijn bezig aan een opmars in de Europese Unie. Het aantal grensoverschrijdende veroordelingen is niet wezenlijk toegenomen, maar het percentage in Europa gepleegde milieudelicten is wel gestegen.
Het EESC benadrukt echter dat een herziening van de richtlijn niet voldoende is. Een van de zwakke punten die bij de evaluatie van de huidige richtlijn aan het licht zijn gekomen, is de tenuitvoerlegging in de lidstaten. Het EESC onderstreept dan ook dat de handhavingsketen moet worden versterkt en stelt voor dat de lidstaten gespecialiseerde politiediensten in het leven roepen en openbare aanklagers, rechters en rechtbanken aanstellen die zich bezighouden met milieucriminaliteit.
De richtlijn milieucriminaliteit uit 2008 is het belangrijkste bindende EU-instrument om milieucriminaliteit aan te pakken. Uit een in 2019 en 2020 uitgevoerde evaluatie is gebleken dat de richtlijn in de praktijk niet veel effect heeft gehad. In de afgelopen tien jaar is het aantal met succes onderzochte gevallen van milieucriminaliteit waarbij veroordelingen zijn uitgesproken zeer laag gebleven, waren de opgelegde sancties onvoldoende afschrikkend en was er geen sprake van systematische grensoverschrijdende samenwerking. Naar aanleiding van deze evaluatie heeft de Commissie besloten de richtlijn te vervangen door een nieuwe EU-richtlijn. (mr)