Ik was zonder meer geschokt toen ik vernam dat na het bemoedigende nieuws van 10 november, toen de onderhandelingsteams van het Europees Parlement en de Raad overeenstemming hadden bereikt over de laatste details van het volgende meerjarig financieel kader en het herstelfonds, twee lidstaten - later aangevuld met een derde - het botte besluit namen om heel Europa te gijzelen. De videoconferentie tussen de Europese leiders op 19 november zorgde evenmin voor een uitweg uit de impasse.

Het “Next Generation EU”-pakket, dat samen met het meerjarig financieel kader (MFK) voor 2021-2027 in totaal 1850 miljard EUR bedraagt, is dringend noodzakelijk om een snel en doeltreffend herstel in alle landen en voor al onze burgers mogelijk te maken. Als er niet snel een akkoord wordt bereikt over de begroting en het herstelfonds, zullen we ongetwijfeld te maken krijgen met een van de grootste institutionele en politieke crises van de EU. Het is allerminst een zuiver politieke en institutionele crisis, maar het zal ook de economische en sociale crisis waarin we ons nu al bevinden, nog verergeren.

Ik heb onmiddellijk gereageerd op de patstelling in de Raad met een persverklaring, samen met mijn gewaardeerde collega's Aurel Laurențiu Plosceanu, afdelingsvoorzitter van SOC, en Cristian Pîrvulescu, voorzitter van de EESC-studiegroep Grondrechten en de rechtsstaat.

Het schokkendste is dat twee regeringen het herstelfonds blokkeren om te voorkomen dat de EU-begroting wordt gerelateerd aan de eerbiediging van de rechtsstaat. Mensenrechten en de rechtsstaat zijn onlosmakelijk verbonden met democratische samenlevingen. Deze waarden, die verankerd zijn in artikel 2 van het EU-Verdrag, mogen niet op de helling worden gezet. Aan zulke beginselen wordt niet getornd!

Laat ik positief eindigen: in haar lange geschiedenis heeft de EU bewezen in staat te zijn compromissen te sluiten, zelfs als het gaat om politiek controversiële en complexe kwesties. Ik hoop oprecht dat we uiteindelijk ook uit deze impasse zullen raken. Op dit moment wil ik mij ook niets anders indenken.

Sommige politieke en economische analisten hebben het idee geopperd om verder te gaan met het herstelfonds middels een procedure voor nauwere samenwerking, en het los te koppelen van het MFK, als een overeenkomst tussen alle lidstaten niet mogelijk is. Zij beweren dat het Verdrag deze mogelijkheid biedt. Hoewel ik denk dat dit als laatste redmiddel kan worden overwogen, ben ik er stellig van overtuigd dat een overeenkomst tussen alle 27 lidstaten die de rechtsstaat eerbiedigt, het doel moet zijn.

De tijd dringt. Daarom dring ik er bij de lidstaten, en met name bij de lidstaten die de overeenkomst momenteel blokkeren, ook op aan om de Europese burgers niet langer de broodnodige middelen voor herstel te onthouden.