European Economic
and Social Committee
Gunta Anča: “Een crisis is een uitgelezen kans om te zien wat de zwakste schakels zijn”
De lockdown was een vreemde periode waarin ik mezelf beter heb leren begrijpen. Aan de ene kant was het voor mij een droom die uitkwam: thuisblijven en genoeg tijd hebben om alle dingen te doen die ik altijd al wilde doen maar waar ik geen tijd voor had. Aan de andere kant deed de lockdown me beseffen hoe belangrijk sociale contacten zijn: andere mensen ontmoeten, met ze praten, ze aanraken en ze in het echt en niet op een scherm zien. En ik realiseerde me ook hoe zwaar het is om dat allemaal te missen.
Deze ervaring verandert de waarden die jij belangrijk vindt en doet je anders tegen het leven aankijken, maar laat ook nieuwe manieren zien waarop we kunnen samenwerken. Misschien zullen we na de crisis wel meer online vergaderen, wat veel gemakkelijker is maar waardoor we niet echt samen nieuwe ideeën en overlegvormen kunnen ontwikkelen.
We kunnen al heel wat maatschappelijke lessen trekken en dat zullen er nog veel meer worden. Ik kan ze hier niet allemaal opsommen, dus zal ik er alleen enkele noemen op het werkterrein dat ik het beste ken, de zorg voor mensen met een beperking.
De crisis heeft laten zien hoe slecht de situatie in de centra voor langdurige zorg is. Veel mensen met een beperking en ouderen zijn er gewoon overleden en sommige landen hebben die slachtoffers niet eens in de coronastatistieken opgenomen. Vijf jaar geleden heeft ons Comité een advies over de deïnstitutionalisering van de zorg uitgebracht. Sindsdien is een aantal zaken veranderd, maar de crisis heeft duidelijk gemaakt hoeveel er nog moet gebeuren.
Ook hadden we de mond vol over steunregelingen voor de meest kwetsbare groepen in de samenleving, maar tijdens de crisis bleek dat mensen met een beperking, ondanks alle maatregelen, als een van de eersten hun baan verloren.
Een crisis is een uitgelezen kans om te zien wat de zwakste schakels zijn in onze steunregelingen, en nu is het moment om te proberen die te verstevigen.
Maatschappelijke organisaties speelden tijdens de crisis een heel belangrijke rol en zullen dit blijven doen, want zij staan het dichtst bij alle burgers in de samenleving. Verschillende groepen mensen hebben steun nodig en maatschappelijke organisaties zijn het beste in staat die voor hen te vinden.
Die organisaties weten ook het beste aan welk soort hulp mensen behoefte hebben, dus is het ongelooflijk belangrijk ze bij het besluitvormingsproces te betrekken.
Onze ervaringen met de zorg voor mensen met een beperking hebben ons geleerd dat de lidstaten er een zeer uiteenlopende aanpak op nahouden. Sommige hebben organisaties van mensen met een beperking opgenomen in nationale besluitvormingsorganen (Italië), andere geven hun de kans op een zeer hoog niveau mee te praten (Spanje), maar in enkele landen worden deze organisaties domweg vergeten (Letland). Dat maakt duidelijk hoeveel belang de Europese regeringen elk aan hun verschillende burgers hechten.