Met COVID-19 heeft de jeugdwerkloosheid in veel lidstaten een hoge vlucht genomen en is het aantal jongeren dat geen baan heeft en geen onderwijs of opleiding volgt (NEET’s) gestegen. In een recent initiatiefadvies stelt het Europees Economisch en Sociaal Comité (EESC) dat de nationale herstelplannen een unieke gelegenheid zijn om deze trend om te buigen en ervoor te zorgen dat alle jonge Europeanen een fatsoenlijke baan krijgen.

De rapporteur van het advies, Nicoletta Merlo, wijst erop dat we deze unieke kans niet mogen laten voorbijgaan en beklemtoont in dit verband het belang van inclusieve governance en een open en transparante dialoog.

De rapporteur betreurt dat bij de voorbereiding van de nationale herstelplannen nauwelijks overleg is gepleegd met de sociale partners, jongerenorganisaties en het maatschappelijk middenveld en dringt erop aan dat zij worden betrokken bij de uitvoering van de plannen en het toezicht daarop.

“Op die manier kunnen we de sociale dialoog op nationaal niveau veiligstellen – een onontbeerlijke voorwaarde om ervoor te zorgen dat overheidsmiddelen goed worden besteed en om een inclusief herstel mogelijk te maken. Het is aan de lidstaten om kwaliteitsbanen en inclusieve diensten te ontwikkelen voor jongeren, in het bijzonder voor jongeren met een handicap en jongeren die om verschillende redenen kwetsbaar zijn”, aldus Merlo.

In de plannen moet de klemtoon komen te liggen op bijscholing van jongeren die daar behoefte aan hebben, alsook op vaste contracten en fatsoenlijke arbeidsvoorwaarden, zodat minder jongeren zich tevreden moeten stellen met een onzekere baan, zoals nu maar al te vaak het geval is.

Volgens recente cijfers van Eurostat heeft een op de zes mensen onder de 30 jaar geen werk meer als gevolg van de economische gevolgen van COVID-19. Bijzonder zorgwekkend is het stijgende aantal NEET’s; zo zijn er meer vroegtijdige schoolverlaters en zijn de vooruitzichten van NEET’s nog uitzichtlozer dan voorheen door het gebrek aan passende begeleiding en arbeidskansen, en doordat veel banen verloren zijn gegaan.

Een van de manieren om te voorkomen dat jongeren de school vroegtijdig verlaten, is het bevorderen van kwaliteitsstages, die jongeren ook kunnen helpen om vlotter een plek op de arbeidsmarkt te verwerven. Het EESC pleit dan ook voor een verbod op onbetaalde stages en voor een fatsoenlijke beloning voor alle stagiairs. (ll)