In een verkennend advies over het 30-jarige bestaan van de eengemaakte markt schaart het EESC zich achter het voorstel van de Commissie om een EU-fonds voor investeringen in cruciale groene-technologieprojecten op te richten, in plaats van ervoor te kiezen de mededingingsregels te versoepelen

Een versoepeling van de staatssteunregels om het Europese bedrijfsleven te wapenen tegen de concurrentie uit de VS als gevolg van de Inflation Reduction Act (wet ter vermindering van de inflatie), zou de verhoudingen tussen de rijkere lidstaten, zoals Duitsland, dat zijn bedrijven kan subsidiëren, en de lidstaten met minder financiële armslag die zich dergelijke maatregelen niet kunnen veroorloven, scheeftrekken, zo beklemtoont het EESC in een nieuw advies, waarin het de balans opmaakt van 30 jaar eengemaakte markt en alvast vooruitblikt.

“Een Europees soevereiniteitsfonds is de beste manier om een nieuwe impuls te geven aan het Europese industriebeleid en investeringen in groene technologieën”, aldus rapporteur Felipe Medina Martín van de EESC-groep Werkgevers, die ook benadrukte dat de huidige regels voor staatssteun op de schop moeten.

“Er moet worden nagedacht over de criteria voor de toekenning van staatssteun en de gevolgen en het nut daarvan”, zo betoogde de rapporteur. “We weten dat sommige sectoren konden profiteren van staatssteun en van afwijkingen van de regels en vrijstellingen, terwijl andere die kans niet kregen. Voeg daarbij nog de ongelijkheid tussen de lidstaten en je krijgt enorme verschillen in concurrentievermogen binnen de EU.”

In het EESC-advies wordt benadrukt dat de eengemaakte markt ontegenzeggelijk een van de grootste politieke, economische en sociale verwezenlijkingen van de EU is, maar dat zij zich voortdurend moet blijven aanpassen aan de veranderende realiteit en klaar moet zijn om toekomstige uitdagingen het hoofd te bieden.

Op de eerste plaats moet er oog zijn voor open strategische autonomie: voorziening en handel, energie en kritieke grondstoffen moeten absolute prioriteit krijgen. Overeenkomsten met landen die dezelfde beginselen en waarden delen zijn in dit verband zeker het overwegen waard.

Het is in de ogen van het EESC zorgwekkend dat het binnen de eengemaakte markt de lidstaten zijn die zorgen voor de meeste regeldruk, en dat nationale regels soms van kracht worden voordat er sprake is van initiatieven op EU-niveau, wat harmonisatie in de weg staat en tot verstoringen van de eengemaakte markt kan leiden. Om dit te voorkomen dringt het EESC erop aan dat de EU proactiever en sneller met wetgeving komt.

Vanuit het oogpunt van de werknemers zou het EESC graag zien dat maatregelen ter bevordering van het concurrentievermogen en de duurzaamheid van bedrijven gepaard gaan met maatregelen om de kwaliteit van het werk te beschermen en om ervoor te zorgen dat de rechten van burgers worden geëerbiedigd, consumenten worden beschermd en eerlijke voorwaarden voor kleinere bedrijven worden gecreëerd.

“De wereld verandert en als we de nieuwe geopolitieke uitdagingen het hoofd willen bieden dan zal waarschijnlijk ook het paradigma dat de afgelopen 30 jaar gold voor de eengemaakte markt radicaal moeten veranderen”, zo onderstreepte corapporteur Angelo Pagliara van de EESC-groep Werknemers. “Als we ons concurrentievermogen daadwerkelijk willen behouden, dan moeten we sociale, fiscale, en alle mogelijke andere vormen van dumping bestrijden, aangezien dumping de concurrentie ondermijnt.”

Dit overkoepelend advies zal worden gevolgd door adviezen waarin specifieke kwesties met betrekking tot de interne markt aan bod komen. (dm)