Skip to main content
Newsletter Info

EESC info

European Economic and Social Committee A bridge between Europe and organised civil society

APRIL 2021 | NL

GENERATE NEWSLETTER PDF

Beschikbare talen:

  • BG
  • CS
  • DA
  • DE
  • EL
  • EN
  • ES
  • ET
  • FI
  • FR
  • GA
  • HR
  • HU
  • IT
  • LT
  • LV
  • MT
  • NL
  • PL
  • PT
  • RO
  • SK
  • SL
  • SV
Hoofdartikel

Woord vooraf

Het is nu aan ons!

Beste lezers,

Op de dag van Europa – 9 mei – wordt dit jaar ook het startsein gegeven voor de langverwachte conferentie over de toekomst van Europa. Dit is een unieke gelegenheid, niet alleen om een breed debat te voeren over de vraag hoe de EU zich verder moet ontwikkelen, maar ook om het Europese project weer in handen te geven van de burgers – op nationaal, regionaal en lokaal niveau. Ik zou u willen aansporen om deze kans te benutten.

Read more in all languages

Het is nu aan ons!

Beste lezers,

Op de dag van Europa – 9 mei – wordt dit jaar ook het startsein gegeven voor de langverwachte conferentie over de toekomst van Europa. Dit is een unieke gelegenheid, niet alleen om een breed debat te voeren over de vraag hoe de EU zich verder moet ontwikkelen, maar ook om het Europese project weer in handen te geven van de burgers - op nationaal, regionaal en lokaal niveau. Ik zou u willen aansporen om deze kans te benutten.

Als spreekbuis van het Europees maatschappelijk middenveld ijvert het EESC al geruime tijd voor een hervorming van Europa waarbij de burgers meer worden betrokken. Ik ben ervan overtuigd dat als we de kloof tussen “Brussel” en de burger kunnen overbruggen, we tot originele maar praktische ideeën voor de toekomst kunnen komen.

Om dit potentieel tot volle ontplooiing te laten komen, moeten we vermijden dat we vooruitlopen op de standpunten van de burgers. De discussies in het kader van de conferentie over de toekomst van Europa moeten openstaan voor “out of the box”-denken. Geen van de discussiepanels mag een voorschot nemen op de uitkomst van het debat.

De toekomst van Europa vergt ook een nieuw, positief narratief. We moeten bewijzen dat Europa een geweldige plek is die iedereen mogelijkheden biedt om zijn of haar eigen leven te leiden, op basis van gezamenlijk overeengekomen waarden. Mensen in de VS zijn trots op hun Amerikaanse droom. Volgens mij is het tijd dat Europeanen eindelijk hun eigen levensstijl en de voordelen ervan gaan waarderen en daarvan gaan genieten.

Het officiële startsein tot de conferentie zal worden gegeven in Straatsburg, in hybride vorm wegens de beperkingen van COVID-19. We kunnen er nu al van uitgaan dat – in ieder geval in het begin – de meeste activiteiten rond de conferentie ook in hybride vorm zullen plaatsvinden.

Als gevolg van de pandemie heeft de conferentie over de toekomst van Europa een sterke digitale component. Paradoxaal genoeg wordt zij daardoor juist toegankelijker voor de gewone burger – vooral via het digitale meertalige platform. Ik zou u allen willen aansporen gebruik te maken van dit instrument – om deel te nemen aan een bestaand evenement, om uw eigen discussie op te zetten of om uw ideeën over de Europese integratie te delen. De toekomst van Europa ligt in onze handen!

Christa SCHWENG

Voorzitter van het EESC

Voor in uw agenda

7 mei 2021, Porto

Sociale top

9 mei 2021

Dag van Europa 2021 en officiële start van de Conferentie over de toekomst van Europa

9-10 juni 2021, Brussel

EESC-zitting

“Een vraag voor ...”

Een vraag voor...

In onze rubriek “Een vraag voor...” vragen we voorzitters van EESC-afdelingen om te reageren op een actuele vraag die ons bijzonder relevant lijkt.

Voor de editie van april vroegen we Pietro Francesco De Lotto, voorzitter van de adviescommissie Industriële Reconversie (CCMI), om zijn visie op de ingrijpende veranderingen in de Europese industrie en eisen van de Green Deal te delen met de lezers van EESC Info.


 

Read more in all languages

In onze rubriek “Een vraag voor...” vragen we voorzitters van EESC-afdelingen om te reageren op een actuele vraag die ons bijzonder relevant lijkt.

Voor de editie van april vroegen we Pietro Francesco De Lotto, voorzitter van de adviescommissie Industriële Reconversie (CCMI), om zijn visie op de ingrijpende veranderingen in de Europese industrie en eisen van de Green Deal te delen met de lezers van EESC Info.

 

“Groene en digitale transitie moeten veerkracht, concurrentievermogen en sociale rechtvaardigheid vergroten”

EESC Info: Hoe en wanneer kan de overschakeling op een groenere, meer circulaire en digitalere industrie worden gerealiseerd, waarbij de doelstellingen van de Green Deal van de Europese Commissie worden bereikt? Welke rol spelen grondstoffen in dit proces?

Pietro Francesco De Lotto, voorzitter van de CCMI: Of we het nu hebben over een vierde, vijfde of zelfs zesde industriële revolutie, vaak zien we een publiek debat ontstaan. De visies lopen weliswaar uiteen, maar het lijdt geen twijfel dat er een ingrijpende revolutie gaande is in onze industrie, die een dubbele uitdaging inhoudt: de industrie moet groener en meer circulair worden en staat daarnaast voor een digitale transformatie. Het gaat om een revolutie die door verschillende factoren wordt aangedreven, zoals de publieke opinie, het bewustzijn van de consument, het streven om de wereldwijde concurrentie het hoofd te kunnen bieden en de noodzaak om arbeid aan te passen aan nieuwe modellen.

Read more in all languages

EESC Info: Hoe en wanneer kan de transformatie naar een groenere, meer circulaire en digitalere industrie worden gerealiseerd, waarbij de doelstellingen van de Green Deal van de Europese Commissie worden bereikt? Welke rol spelen grondstoffen in dit proces?

Pietro Francesco De Lotto, voorzitter van de CCMI: Of we het nu hebben over een vierde, vijfde of zelfs zesde industriële revolutie, we zien vaak een publiek debat ontstaan. De visies lopen weliswaar uiteen, maar het lijdt geen twijfel dat er een ingrijpende revolutie gaande is in onze industrie, die een dubbele uitdaging inhoudt: de industrie moet groener en meer circulair worden en staat daarnaast voor een digitale transformatie. Het gaat om een revolutie die door verschillende factoren wordt aangedreven, zoals de publieke opinie, het bewustzijn van de consument, het streven om de wereldwijde concurrentie het hoofd te kunnen bieden en de noodzaak om arbeid aan te passen aan nieuwe modellen.

Zoals bij alle revoluties zal er uiteindelijk een omslag plaatsvinden. In ons geval zal dat hopelijk een Europese industrie opleveren die haar vergroenings- en digitaliseringsproces weet te verzilveren op het wereldtoneel. Dit proces is al enkele jaren aan de gang, maar de overheid moet deze transformatie in goede banen leiden om ervoor te zorgen dat elk bedrijf, elke werknemer en elke regio in Europa van de voordelen kan profiteren.

De strijd tegen klimaatverandering en de SDG’s vormen duidelijk essentiële pijlers van het EU-optreden, maar we moeten ervoor ijveren dat zij door alle geledingen van de samenleving en het bedrijfsleven steeds meer als een kans in plaats van als een last worden gezien. De Europese Green Deal, het actieplan voor de circulaire economie, de nieuwe industriestrategie voor Europa (en de komende actualisering daarvan) en alle daarmee verband houdende activiteiten en wetgeving zijn cruciale instrumenten om overal in Europa woorden om te zetten in daden, waarbij we de handen ineenslaan en niemand buiten de boot laten vallen.

Grondstoffen, en met name kritieke grondstoffen, spelen een centrale rol in dit proces. De digitalisering en vergroening van de industrie en de samenleving in de EU vergt technologieën die op hun beurt weer grondstoffen vereisen. Om een voorbeeld te geven: windenergie wordt opgewekt door turbines die o.a. zeldzame aardmetalen bevatten. De EU is voor de levering van dergelijke elementen bijna volledig afhankelijk van China. En dit geldt voor veel technologieën die onontbeerlijk zijn voor de groene en de digitale transitie, van batterijen tot fotovoltaïsche energie, van robotica tot brandstofcellen. De afgelopen maanden zijn deze kritieke aspecten nog duidelijker voor het voetlicht gebracht nu de COVID-19-pandemie heeft laten zien dat het bedrijfsleven en de samenleving in de EU in het algemeen veerkrachtiger en strategisch autonomer moeten worden, ook op gebieden als vaccins, geneesmiddelen en medische hulpmiddelen.

Het actieplan van de Commissie inzake kritieke grondstoffen, waarover onlangs ook een CCMI/EESC-advies is uitgebracht, is een goed instrument dat het verhelpen van de huidige tekortkomingen combineert met maatregelen om ons voor te bereiden op mogelijke toekomstige problemen.

Om een duidelijk antwoord te geven op uw vraag: we willen de EU-industrie op een groene en digitale manier zien floreren, maar we willen niet dat onze industrie en samenleving de ene afhankelijkheid (bijvoorbeeld van bepaalde fossiele brandstoffen) inruilen voor een andere, zoals de volledige afhankelijkheid van bepaalde kritieke grondstoffen. Om dit te voorkomen en ervoor te zorgen dat de groene en de digitale transitie de veerkracht, het concurrentievermogen en de sociale rechtvaardigheid vergroten, moeten we investeren in onderzoek en ontwikkeling, duurzame exploratie van delfstoffen binnen de EU, het terugwinnen van waardevolle materialen uit afval en het creëren van een multilateraal gelijk speelveld. Dit is van essentieel belang om te bewerkstelligen dat de groene en de digitale revolutie een succes worden waar de industrie en de samenleving in de EU als geheel de vruchten van plukken.

Raadt u wie onze gast is?

De verrassingsgast

Iedere maand stellen we een verrassingsgast voor, iemand die zijn of haar kijk op actuele gebeurtenissen met ons deelt. Een frisse blik om ons gezichtsveld te verruimen, ons te inspireren en onze nieuwsgierigheid aan te wakkeren. In dit aprilnummer maken we kennis met Aurélie Vauthrin-Ledent, een actrice, schrijfster en regisseuse die met ons haar oproep deelt om de culturele sector, die een essentieel onderdeel is van ons leven, te redden.

Read more in all languages

Iedere maand stellen we een verrassingsgast voor, iemand die zijn of haar kijk op actuele gebeurtenissen met ons deelt. Een frisse blik om ons gezichtsveld te verruimen, ons te inspireren en onze nieuwsgierigheid aan te wakkeren. In dit aprilnummer maken we kennis met Aurélie Vauthrin-Ledent, een actrice, schrijfster en regisseuse die met ons haar oproep deelt om de culturele sector, die een essentieel onderdeel is van ons leven, te redden.

Aurélie Vauthrin-Ledent, die de Franse nationaliteit heeft, woont en werkt in België. Zij studeerde podiumkunsten aan de Sorbonne en studeerde aan het Conservatoire national de région d’art dramatique in Rouen (het huidige CRR) en het Conservatoire royal d’art dramatique in Brussel. Zij is actrice, regisseuse, decorontwerpster, zangeres, tekstschrijver, artistiek directeur en festivalprogrammeur. In het theater vertolkt zij klassieke en moderne rollen onder de regie van Peggy Thomas, Alexis Van Stratum, Renaud de Putter, Jamal Youssfi, Audrey Marsin, Charlie Degotte en Thierry Robrechts.

In 2014 schreef en regisseerde zij “Cerise à l’eau-de-vie” bij het Théâtre de la Vie in Brussel.

In 2016 vertolkte zij bij het Théâtre Le Public de hoofdrol in “L’échange”, een stuk van Paul Claudel, geregisseerd door Peggy Thomas. In 2016-2017 werkte zij bij het Théâtre des Doms in Avignon het schrijfatelier Francophonirique II uit, op initiatief van directeur Alain Cofino Gomez. Zij nam daarbij ook de coördinatie en leiding op zich.

In januari 2020 regisseerde zij bij het Théâtre de la Vie “Les Corbeaux” van Henry Becque, een stuk waarin zij tevens een rol vertolkte.

Sinds 2016 schrijft, componeert en zingt zij onder de naam La Chouette et les Oiseaux de nuit.

In 2016 zette zij bij het Théâtre de la Vie in Brussel het multidisciplinaire festival Tri-Marrant op. Zij nam de artistieke leiding en programmering op zich en het festival groeide in 2018 uit tot een tweejaarlijks gebeuren. De derde editie van het festival zou plaatsvinden in juni 2020, maar werd door COVID-19 uitgesteld naar juni 2022.

In april 2020 richtte zij een nieuw uitgevershuis op voor het Franstalige theater in België, waarvan zij redactioneel, artistiek en administratief directeur is.

Aurélie Vauthrin-Ledent: Ja, cultuur is ontegenzeglijk essentieel!

Ik ben nu 40, en sinds mijn geboorte op 28 maart 1981 is het woord “essentieel” nog nooit zo vaak in verband gebracht met het woord “cultuur” als tijdens deze gezondheidscrisis - die tegelijk een economische crisis is. Het moge duidelijk zijn dat deze crisis een enorme paradigmaverschuiving teweeg zal brengen en onze hele samenleving op losse schroeven zet.

Read more in all languages

Ik ben nu 40, en sinds mijn geboorte op 28 maart 1981 is het woord “essentieel” nog nooit zo vaak in verband gebracht met het woord “cultuur” als tijdens deze gezondheidscrisis - die tegelijk een economische crisis is. Het moge duidelijk zijn dat deze crisis een enorme paradigmaverschuiving teweeg zal brengen en onze hele samenleving op losse schroeven zet.

Het woord “essentieel” deed zijn intrede omdat wij, de cultuursector, werden weggezet als “niet-essentieel”. En juist daarom, omdat wij het etiket “niet-essentieel” kregen, is een zaadje ontkiemd en is de onstuitbare en onverbiddelijke opmars naar een bredere en diepere bewustwording begonnen.

Tegen alle verwachtingen in staan de kunst- en cultuursector, die naar de achtergrond waren verdreven, nu weer in de schijnwerpers, wat niet alleen bevreemding wekt maar vooral een bittere nasmaak achterlaat.

Ik ben een vrouw die van en voor cultuur leeft. Ik ben actrice, zangeres, regisseuse, auteur, lerares Frans en theater, ik geef Franstalige Belgische toneelstukken uit, voer de regie van een festival en heb een bijzondere voorliefde voor beeldende kunsten, decorontwerp en bewegings- en danskunst. Ik ben niet bang om de handen uit de mouwen te steken en allerhande karweitjes op te knappen, ook al gaat het om werk dat in de ogen van velen minderwaardig is. Dat ik niet bang ben om te werken heeft me gemaakt tot wie ik ben. Dat is de belangrijkste les die mijn ouders me hebben bijgebracht. Maar cultuur is mijn derde ouder. Uiteindelijk is het de cultuur die mij heeft gekneed en mij tot in de kern van mijn wezen heeft veranderd: cultuur heeft mij de ogen geopend, heeft ervoor gezorgd dat ik me ontwikkelde, mezelf opnieuw uitvond en bij tijden in een emotionele achtbaan terechtkwam, maar bovenal heeft cultuur mijn hart beroerd. Mijn mooiste reizen heb ik te danken aan de bovenwereldse klanken van een cello die mijn ziel deden trillen, aan Shakespeare die zijn publiek betovert en doet wegdromen, aan de nimmer eindigende reeks toevallige ontmoetingen met mysterieuze schilderijen. En wat te denken van de wondere wereld van het toneel, die veel verder reikt dan een bepaalde scene of tekst, even divers als complex is, en waarin zowel poppenspel als improvisatie en woord- en bewegingskunst hun plaats hebben. Het theater telt evenveel verschillende disciplines en takken als de geneeskunde.

Vanzelfsprekend ligt sinds een jaar alles stil, een situatie waar de sector zwaar onder gebukt gaat. Naast de psychologische schade zijn er ook de zware financiële verliezen nu alle voorstellingen zijn afgelast. De meeste mensen zijn zich er niet van bewust wie er allemaal bij een voorstelling betrokken is. Niet alleen zijn er de auteurs, regisseurs, acteurs, kostuumontwerpers, toneelschrijvers, licht- en geluidtechnici, decorbouwers, decorontwerpers, grimeurs, assistenten en vele andere beroepen, ook bij de pre- en de postproductie komt heel wat kijken: distributie, communicatie, promotie, onthaal van toeschouwers, reserveringen, en noem maar op.

Daarnaast mogen we niet vergeten hoezeer het publiek zelf onder deze situatie te lijden heeft, en dat is misschien wel het allergrootste probleem. Mensen nemen nu hun toevlucht tot Netflix of boeken en stellen zich al te snel tevreden met deze gemakzuchtige en uniforme vorm van cultuur. Zij zien zich gedwongen thuis te blijven en kunnen er niet langer voor kiezen om zich vanuit een rode pluchen fauteuil onbekommerd te laten meevoeren op een verre reis, samen te lachen of weg te dromen.

En wat is het pijnlijk om onze honger naar kennis niet te kunnen stillen, nu we het moeten stellen zonder de cultuur, die ons toch de beste levenslessen leert!!!

Waar het om gaat is echter dat de term “essentieel” nu in verband wordt gebracht met de cultuursector, juist omdat onze leiders ons in eerste instantie volkomen onterecht het etiket “niet essentieel” hebben opgeplakt. Ik ben vandaag dan ook niet opstandig, verre van, ik koester de krankzinnige hoop - maar is hoop niet altijd krankzinnig? -, een hoop die door niets of niemand aan het wankelen kan worden gebracht, dat iedereen binnen afzienbare tijd eens en voorgoed zal gaan inzien dat wie “cultuur” zegt, ook “essentieel” zegt.

Ze wilden ons begraven, maar hebben ons zo juist weer tot leven gewekt, meer dan ooit is cultuur springlevend ... dat zal weldra duidelijk worden, daar ben ik vast van overtuigd. Na deze crisis zal cultuur in alle opzichten onaantastbaar blijken te zijn.

Aurélie Vauthrin-Ledent

Le vieux poète parle doucement

Nous avons le plaisir de vous présenter à nouveau une série de haïkus, sous le titre commun "Le vieux poète parle doucement", que nous a offerts leur auteur, Herman van Rompuy, ancien président du Conseil européen.

Read more in all languages

Nous avons le plaisir de vous présenter à nouveau une série de haïkus, sous le titre commun "Le vieux poète parle doucement", que nous a offerts leur auteur, Herman van Rompuy, ancien président du Conseil européen.

Herman van Rompuy: Le vieux poète parle doucement

Celui qui a vu le soleil

Ne s'habitue jamais vraiment au froid

Un fils du soleil

         XXX

L'envie et le désir

des fleurs et des bourgeons

du sourire du printemps

       XXX

Prunus blancs

Des arbres nus jaloux

Des couleurs colorent la vie

 

The old poet speaks gently

We are pleased to present a new selection of haikus by Herman Van Rompuy, former President of the European Council, as part of our series "The old poet speaks gently".

The haikus were originally written in French.

Read more in all languages

We are pleased to present a new selection of haikus by Herman Van Rompuy, former President of the European Council, as part of our series "The old poet speaks gently".

The haikus were originally written in French.

Herman van Rompuy: The old poet speaks gently.

He who has seen the sun

Never really gets used to the cold

A son of the sun

         XXX

The longing and the desire

for flowers and buds

for the smile of spring

       XXX

White prunus

Trees naked jealous

Colours colour life

Nieuws van het EESC

“De lidstaten werken hard, maar er is nog veel werk aan de winkel voordat de nationale plannen klaar zijn.”

In een debat op 25 maart tijdens de plenaire zitting van het EESC zei Valdis Dombrovskis, uitvoerend vicevoorzitter van de Europese Commissie en belast met “Een economie die werkt voor mensen”, dat de meeste nationale herstel- en veerkrachtplannen zich nog in een vroeg stadium bevinden en dat “er nog veel moet gebeuren om de plannen tot voldoende wasdom te brengen”. Hij merkte ook op dat het handelsbeleid een sleutelrol moet spelen om de EU-economie weer op de rails te krijgen.

Read more in all languages

In een debat op 25 maart tijdens de plenaire zitting van het EESC zei Valdis Dombrovskis, uitvoerend vicevoorzitter van de Europese Commissie en belast met “Een economie die werkt voor mensen”, dat de meeste nationale herstel- en veerkrachtplannen zich nog in een vroeg stadium bevinden en dat “er nog veel moet gebeuren om de plannen tot voldoende wasdom te brengen”. Hij merkte ook op dat het handelsbeleid een sleutelrol moet spelen om de EU-economie weer op de rails te krijgen.

Bij de opening van het debat zei EESC-voorzitter Christa Schweng dat de EU en de lidstaten snel en voortvarend op de crisis hebben gereageerd en dat het EESC nu rekent op een vlotte en doeltreffende uitvoering van NextGenerationEU en de faciliteit voor herstel en veerkracht.

Zij verwees ook naar het EESC-pleidooi voor een kader voor economische governance dat het economische herstel bevordert, welvaartgericht is en de huidige economische situatie van na de crisis in aanmerking neemt. Het EESC wilde de herziening van de economische governance graag bespreken en had een conferentie van belanghebbenden voorgesteld, door het EESC en de Commissie gezamenlijk te organiseren.

De heer Dombrovskis liet weten dat de Commissie van 23 van de 27 lidstaten informatie heeft ontvangen over wat zij van plan zijn om in de nationale herstel- en veerkrachtplannen op te nemen. “Snelheid is belangrijk om de middelen uit de faciliteit voor herstel en veerkracht zo snel mogelijk beschikbaar te krijgen, maar kwaliteit is het allerbelangrijkst”. Hij waarschuwde dat er nog heel wat werk aan de winkel is voordat de plannen voldoende zijn ontwikkeld om ingediend en goedgekeurd te worden. Hij wees op drie belangrijke gebieden waaraan nog moet worden gewerkt: audit- en controlesystemen; geloofwaardige kostenramingen en het traceren van klimaat- en digitale uitgaven; en eerbiediging van het beginsel dat er geen significante schade mag worden berokkend.

Hij voegde eraan toe dat er bij de uitvoering van de plannen in elke fase steun moet zijn van de sociale partners en het maatschappelijk middenveld. Hij dankte het EESC voor de tijdige en relevante inventarisatie die het heeft gemaakt in zijn resolutie over het betrekken van maatschappelijke organisaties bij de plannen voor herstel en veerkracht.

Over de internationale handel zei mevrouw Schweng dat een op regels gebaseerd multilateraal handelsstelsel en een open, eerlijk, inclusief en voorspelbaar internationaal handelsklimaat de leidraad moeten blijven voor de Europese Unie. Het EESC kijkt ernaar uit om een bijdrage te leveren aan de analyse door de beste praktijken op dit gebied in kaart te brengen in een initiatiefadvies dat in september zou moeten worden goedgekeurd.

Tot slot sprak mevrouw Schweng namens het EESC de hoop uit dat de EU kan aansporen tot nieuwe samenwerking en meer samenhang tussen de Wereldhandelsorganisatie (WTO) en andere internationale organisaties, zoals de Internationale Arbeidsorganisatie (IAO), op het gebied van handel en investeringen, fatsoenlijk werk, sociale en mensenrechten en klimaatverandering.

We kunnen ons herstel het best ondersteunen en de welvaart van Europa het best waarborgen door handel te blijven drijven met onze mondiale partners, zo onderschreef de heer Dombrovskis. Wat de institutionele hervorming van de WTO betreft, zei hij dat de Commissie ernaar streeft de WTO om te vormen tot een forum waar de dringendste problemen van de wereld van vandaag kunnen worden aangepakt, zoals het ondervangen van de impact van COVID-19, het ondersteunen van ecologische en sociale duurzaamheid, het actualiseren van de regels voor digitale handel en het tegengaan van oneerlijke handelspraktijken. (na)

 

#YEYS2021: Europese jongeren gaan de klimaatuitdaging aan

Scholieren uit heel Europa hebben aan Frans Timmermans, uitvoerend vicevoorzitter van de Europese Commissie, concrete voorstellen voor klimaatactie overhandigd, het resultaat van een virtuele jongerentop over klimaatverandering die op 18 en 19 maart 2021 heeft plaatsgevonden bij het Europees Economisch en Sociaal Comité.

Read more in all languages

Scholieren uit heel Europa hebben aan Frans Timmermans, uitvoerend vicevoorzitter van de Europese Commissie, concrete voorstellen voor klimaatactie overhandigd, het resultaat van een virtuele jongerentop over klimaatverandering die op 18 en 19 maart 2021 heeft plaatsgevonden bij het Europees Economisch en Sociaal Comité.

“Europese jongeren hebben inspraak in de toekomst van de EU: zonder jullie oproepen tot actie zou de Europese Green deal er niet gekomen zijn”, zei de heer Timmermans bij de opening van het evenement Your Europe your say 2021. “Ik ben echt onder de indruk van de manier waarop jullie het probleem van klimaatverandering doorgronden en van de manier waarop jullie je voorstellen aan mij hebben gepresenteerd. Zo moeten we leven, met begrip voor elkaar, want als je iemand begrijpt, dan zul je die persoon niet snel haten”, aldus Timmermans.

Na twee dagen van levendige virtuele debatten hebben de meer dan 234 uit 28 landen afkomstige scholieren (16-18 jaar) in 45 parallelle virtuele onderhandelingskamers concrete aanbevelingen uitgewerkt, die ze tijdens een plenaire slotzitting hebben gepresenteerd.

De scholieren moesten zich in een simulatie van de klimaatconferentie van de VN (COP) voordoen als een groep belanghebbenden en met andere groepen samen een plan uitwerken om de opwarming van de aarde tegen het einde van deze eeuw te beperken tot een veilig niveau van ruim onder de 1,5º C. De groepen vertegenwoordigden echte sectoren en industrietakken die middels hun activiteiten en belangenbehartiging invloed hebben op de opwarming van de aarde.

De voorstellen omvatten:

  • Bomen planten in steden en verticale tuinen aanleggen
  • Een “ecologisch Manhattan-project” voor de EU, waarbij grote bedragen worden geïnvesteerd in nieuwe technologie
  • Investeren in meer publieksvoorlichting
  • Uitvoeren van op maat gesneden beleidsmaatregelen die inspelen op de specifieke omstandigheden van elk land
  • Steun voor bebossing als een van de meest efficiënte oplossingen voor koolstofverwijdering op lange termijn
  • Overschakelen op waterstof en biogas en geleidelijke afschaffing van fossiele brandstoffen
  • De kloof tussen ontwikkelde landen en ontwikkelingslanden dichten

Met het plan van de Europese jongeren, dat werd gepresenteerd door acht scholieren, zou de temperatuur tegen het jaar 2100 uiteindelijk met 1,4°C stijgen; hiermee was het doel van de exercitie bereikt.

Cillian Lohan, vicevoorzitter van het EESC en belast met communicatie, sloot het evenement af met de volgende woorden: “Ik hoop dat jullie, door de ervaring die jullie tijdens deze YEYS hebben opgedaan, zin hebben gekregen om actieve burgers te worden; we hebben jullie betrokkenheid immers hard nodig voor een sterke democratie. De jongerenbeweging heeft laten zien dat verandering in gang kan worden gezet op straat. Vandaag zorgen we ervoor dat die roep om meer actie weerklinkt in de wandelgangen van de macht.”

Nadere details over YEYS 2021 zijn te vinden op de officiële website van het evenement. (ks)

Om de klimaatverandering een halt toe te roepen, moet het systeem veranderen, zo kreeg het EESC te horen.

Op 20 maart heeft het EESC in het kader van Jouw Europa, jouw mening! (YEYS) een evenement op touw gezet dat in het teken stond van Designing Systemic Change; verschillende deskundigen, activisten en influencers deelden bij deze gelegenheid hun kennis en expertise op het gebied van klimaatverandering, bezien door de bril van systemische veranderingen.

Read more in all languages

Op 20 maart heeft het EESC in het kader van Jouw Europa, jouw mening! (YEYS) een evenement op touw gezet dat in het teken stond van Designing Systemic Change; verschillende deskundigen, activisten en influencers deelden bij deze gelegenheid hun kennis en expertise op het gebied van klimaatverandering, bezien door de bril van systemische veranderingen.

Het evenement werd voorgezeten door EESC-vicevoorzitter voor communicatie Cillian Lohan, die de volgende inleidende woorden sprak: “De klimaatverandering is een steeds nijpender probleem, maar als individu zijn onze handen gebonden; wat we nodig hebben zijn ingrijpende veranderingen op het vlak van cultuur, gedrag en waarden”.

Vier panels bogen zich over de systemische veranderingen die nodig zijn om de klimaatverandering een halt toe te roepen.

Virginijus Sinkevičius, Europees commissaris voor Milieu, Oceanen en Visserij, opende de eerste paneldiscussie met een videoboodschap waarin hij pleitte voor een brede benadering: “Problemen als de klimaatverandering, verontreiniging en het verlies van biodiversiteit en hulpbronnen zijn onderling nauw verbonden en moeten dus ook samen worden aangepakt. De Europese Commissie is in antwoord hierop met de Green Deal gekomen, maar ook de burgers moeten een rol spelen: wat we nodig hebben is een nieuwe, systemische kijk”.

Josephine Becker, klimaatactivist, stond stil bij klimaatrechtvaardigheid: “Aangezien Europa mee verantwoordelijk is voor deze klimaatcrisis is het onze plicht om actie te ondernemen”.

Corina Angheloiu, senior design strategist bij het Forum for the Future, gaf tijdens de tweede paneldiscussie aan wat volgens haar de beste manier is om systemische verandering teweeg te brengen: “Cruciaal is dat wordt uitgegaan van waarden. Het huidige economische bestel is gericht op efficiëntie; als we rechtvaardigheid centraal stellen, komt alles meteen in een heel ander licht te staan”.

Nisreen Elsaim, voorzitter van de Youth Advisory Group on Climate Change van de Verenigde Naties, gaf de volgende boodschap mee: “Het huidige economische en politieke bestel druist in tegen onze doelstellingen en brengt het milieu schade toe. Resultaatgericht beheer werkt niet”.

Lewis Akenji, algemeen directeur van het Hot or Cool Institute, legde tijdens de derde paneldiscussie uit hoe de huidige systemen van invloed zijn op de levensstijl van mensen en hun keuzes op het gebied van vervoer, werk, voedsel, enz.: “We blijven de ongelijkheid vergroten en we consumeren te veel; het huidige economische en politieke bestel maakt ons niet gelukkig”.

Saoi O'Connor, klimaatactivist, besprak de rol van beleidsmakers: “Leiders en politici hebben het over cijfers en beleidsmaatregelen, maar ze lijken geen rekening te houden met de dagelijkse praktijk”.

Het laatste panel gaf specifieke voorbeelden van initiatieven om systeemverandering in gang te zetten. Christian Kroll, CEO en oprichter van zoekmachine Ecosia, legde uit dat alle winst van het bedrijf wordt gebruikt om verschillende soorten bomen te planten, wat meerwaarde oplevert voor de lokale gemeenschappen overal ter wereld.

Voorvechter van slow fashion en influencer Juliet Bonhomme onderstreepte dat consumenten macht kunnen uitoefenen door bepaalde keuzes te maken: "Ons geld is onze macht".

Het evenement werd op Facebook gevolgd door meer dan 100 mensen uit heel Europa, die meteen na afloop ook de kans kregen om inzicht te verwerven in systemische verandering via de kunstwerken van Sophie Ong en Tibor Miklos, die zich lieten inspireren door de debatten. (dgf)

 

EESC krijgt centrale rol bij de conferentie over de toekomst van Europa

Het Europees Economisch en Sociaal Comité is gevraagd plaats te nemen in het belangrijkste orgaan van de conferentie die de koers van de toekomstige ontwikkeling van de EU moet uitstippelen.

Read more in all languages

Het Europees Economisch en Sociaal Comité is gevraagd plaats te nemen in het belangrijkste orgaan van de conferentie die de koers van de toekomstige ontwikkeling van de EU moet uitstippelen.

De voorzitter van de Europese Commissie, Ursula von der Leyen, riep bij haar aantreden in juli 2019 op tot een Conferentie over de toekomst van Europa (CoFoE) om de burgers inspraak te geven in de toekomstige ontwikkeling van de EU.

Daarop voortbouwend hebben de voorzitters van de drie belangrijkste instellingen van de EU (het Europees Parlement, de Europese Commissie en de Raad van de EU) op 10 maart 2021 een gezamenlijke verklaring over de CoFoE ondertekend waarin zij de precieze reikwijdte (betrokkenheid van de burgers), de inhoud (verwezenlijking van de groene en digitale transitie en versterking van de veerkracht, het concurrentievermogen en de solidariteit van Europa) en het tijdschema (de conclusies zouden in het voorjaar van 2022 beschikbaar moeten zijn) hebben vastgelegd.

De governance van de CoFoE berust bij de raad van bestuur, die toezicht houdt op de werkzaamheden van de conferentie en rechtstreeks verslag uitbrengt aan de plenaire vergadering van de conferentie.

Het EESC is, als huis van het Europees maatschappelijk middenveld en brug tussen de Europese instellingen en maatschappelijke organisaties, uitgenodigd om plaats te nemen in de raad van bestuur.

Christa Schweng, voorzitter van het EESC, heeft deelgenomen aan alle vergaderingen van de raad van bestuur.

Ondertussen werkt het EESC aan zijn bijdrage aan de CoFoE, waarbij het op tenminste drie belangrijke troeven kan rekenen:

  • zijn 329 leden, afkomstig uit alle geledingen van de samenleving (werkgevers, vakbonden en het maatschappelijk middenveld in ruime zin) en uit de 27 lidstaten;
  • zijn netwerk met de nationale sociaal-economische raden;
  • zijn verbindingsgroep, een netwerk van maatschappelijke organisaties die weliswaar niet rechtstreeks in het EESC vertegenwoordigd zijn, maar er wel nauwe banden mee onderhouden, waardoor het EESC een nog groter bereik heeft.

Het EESC is er meer dan ooit van overtuigd dat het via specifieke en concrete bijdragen aan de CoFoE het verschil kan maken en ervoor kan zorgen dat de stem van het Europees maatschappelijk middenveld luid en duidelijk wordt gehoord. (sm)

Het EESC buigt zich over de uitdagingen van telewerken

Tijdens de eerste COVID-19-lockdowns schoot het aantal telewerkers onder de beroepsbevolking van de EU omhoog van 5 % tot 40 %. Een jaar later is telewerken niet meer weg te denken, maar het valt nog altijd niet mee om een goed beeld te krijgen van het effect ervan op werkgevers, werknemers en de samenleving als geheel. Om de voordelen van deze vorm van werk te benutten en de risico’s ervan te beperken is meer onderzoek nodig en moet voor een langetermijnperspectief worden gezorgd.

Read more in all languages

Tijdens de eerste COVID-19-lockdowns schoot het aantal telewerkers onder de beroepsbevolking van de EU omhoog van 5 % tot 40 %. Een jaar later is telewerken niet meer weg te denken, maar het valt nog altijd niet mee om een goed beeld te krijgen van het effect ervan op werkgevers, werknemers en de samenleving als geheel. Om de voordelen van deze vorm van werk te benutten en de risico’s ervan te beperken is meer onderzoek nodig en moet voor een langetermijnperspectief worden gezorgd.

Ondanks de duidelijke voordelen die thuiswerken heeft voor zowel werknemers als werkgevers, zoals een hogere productiviteit, flexibelere werkregelingen en meer autonomie, kan het werk- en privéleven er nog steeds onder lijden. Tijdens de pandemie is de grens hiertussen soms vervaagd, met als gevolg een veel te hoge werklast, langere werktijden en onvoldoende rust.

In een cultuur die "altijd aan" staat en waarin veel werknemers het moeilijk vinden om onbereikbaar te zijn, kan dit vervolgens zijn weerslag hebben op de geestelijke en lichamelijke gezondheid en het welzijn van mensen. Omdat zij vaker vanuit huis werken en dat proberen te combineren met huishoudelijke taken, ervaren vooral vrouwen de keerzijden van telewerken, aldus het EESC in twee adviezen over dit onderwerp die in maart zijn goedgekeurd.

Volgens een studie van Eurofound werkt 30 % van de "regelmatige" telewerkers nu dagelijks of enkele keren per week door in hun vrije tijd en maakt zo’n 20 % weken van meer dan 48 uur. Ongeveer 40 % van de "gewone" telewerkers komt niet aan 11 uur rust per dag toe.

Om de risico's van telewerken na de pandemie tot een minimum te beperken en de voordelen ervan uit te bouwen roept het EESC de sociale partners in de lidstaten dan ook op om via de sociale dialoog en de collectieve onderhandelingen speciale regels op te stellen voor elk afzonderlijk land, elke afzonderlijke sector en elke afzonderlijke onderneming

Thuiswerken moet goed worden geregeld. Werknemers moeten er niet aan vast zitten als de COVID-crisis eenmaal voorbij is en het dient vrijwillig te blijven. Thuiswerkers moeten dezelfde individuele en collectieve rechten hebben en evenveel werk krijgen als hun collega's op kantoor. Telewerkregelingen moeten schriftelijk worden vastgelegd en ervoor zorgen dat thuiswerkers gelijk behandeld worden en in even gezonde en veilige omstandigheden kunnen werken als op kantoor.

"Thuiswerken zal een vast onderdeel worden van de arbeidsmarkt, maar we moeten er wel voor zorgen dat dit niet leidt tot sociale achteruitgang en isolement van werknemers. Het kan mensen helpen om werk en privéleven te combineren, maar degenen die thuis werken mogen niet anders behandeld of gediscrimineerd worden ten opzichte van collega’s die naar kantoor gaan", aldus Carlos Manuel Trindade, rapporteur van het advies over de uitdagingen van telewerken.

Gezien de snelle opmars van deze vorm van werken en op basis van de lering die uit de pandemie is getrokken, moeten de EU-afspraken inzake telewerken tegen het licht worden gehouden om ervoor te zorgen dat zij ook in de nieuwe omstandigheden nog steeds doelmatig zijn, aldus het EESC.

Van groot belang in dit verband zijn de kaderovereenkomsten inzake telewerk en digitalisering van respectievelijk 2002 en 2020, die door de sociale partners op EU-niveau zijn ondertekend. Bij het opstellen van nationale kaders voor ondernemingen en werknemers die van thuiswerken gebruikmaken, moeten de lidstaten en de sociale partners goed naar deze overeenkomsten kijken.

In overeenstemming met de bepalingen van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie zou op Europees en/of op nationaal niveau een initiatief kunnen worden opgestart ter bescherming en handhaving van het recht van werknemers om offline te zijn.

De EU en de lidstaten moeten ook gebruikmaken van bestaande wetgeving, zoals de arbeidstijdenrichtlijn en de richtlijn inzake het evenwicht tussen werk en privéleven, die volledig van toepassing is op telewerken. Deze richtlijnen moeten worden omgezet in nationale wetgeving en worden uitgevoerd, aangezien dit "ongetwijfeld [zal] bijdragen tot een verbetering van de omstandigheden van telewerkers”.

Het EESC vestigde ook de aandacht op het risico dat telewerken wordt gebruikt om zowel betaald als onbetaald werk te kunnen verrichten. Huishoudelijk werk is nog steeds niet gelijkelijk verdeeld tussen vrouwen en mannen: het wordt vooral door vrouwen gedaan. Daardoor hebben zij minder kans om productief te zijn in hun baan, wat weer gevolgen kan hebben voor hun carrièreperspectieven.

De samenleving als geheel en het bedrijfsleven moeten alles doen wat mogelijk is om deze genderstereotypen te doorbreken en moeten vrouwen erkennen als volwaardige werknemers, naast de vele andere rollen en kwaliteiten die ze hebben. “De desbetreffende vooroordelen gaan voor de samenleving gepaard met hoge economische en sociale kosten”, aldus Milena Angelova, rapporteur van het advies

In dit verband pleitte het EESC ook voor een “Care Deal for Europe”, waarbij het benadrukte dat ook beschikbare, toegankelijke en betaalbare zorginfrastructuur en -diensten voor kinderen, mensen met speciale behoeften en ouderen een cruciale voorwaarde zijn voor gendergelijk thuiswerken.

 

Europa moet dringend meer inspanningen doen voor het gehandicaptenbeleid

Op 24 maart heeft het EESC met Europees commissaris voor Gelijkheid Helena Dalli een debat gehouden over de nieuwe strategie voor de rechten van personen met een handicap, die de Europese Commissie onlangs heeft gelanceerd.

Read more in all languages

Op 24 maart heeft het EESC met Europees commissaris voor Gelijkheid Helena Dalli een debat gehouden over de nieuwe strategie voor de rechten van personen met een handicap, die de Europese Commissie onlangs heeft gelanceerd.

De nieuwe strategie voor de periode 2021-2030 moet ervoor zorgen dat het VN-Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap (CRPD) in de EU volledig wordt uitgevoerd. Dit baanbrekende verdrag zorgt voor een omwenteling in de perceptie van handicaps, door in te zetten op een mensenrechtenaanpak. Het geeft ook de samenleving de verantwoordelijkheid ervoor te zorgen dat mensen met een handicap ten volle kunnen deelnemen aan het maatschappelijke leven.

“Wij zijn blij met de nieuwe EU-strategie voor personen met een handicap. Zo’n 87 miljoen EU-burgers hebben te kampen met een handicap en meer dan de helft voelt zich gediscrimineerd”, zei EESC-voorzitter Christa Schweng in haar openingswoord.

Zij wees erop dat het EESC in 2019 als eerste instelling met een initiatiefadvies kwam waarin ertoe werd opgeroepen een nieuwe agenda inzake de rechten van personen met een handicap uit te werken, die volledig in overeenstemming zou zijn met het VN-Verdrag. “Ik ben zeer verheugd te zien dat veel van onze aanbevelingen van toen zijn opgenomen in de nieuwe strategie die de EU enkele weken geleden heeft voorgesteld.”

Het EESC riep op tot de volledige uitvoering van het verdrag, zowel in zijn adviezen als via de werkzaamheden van zijn thematische studiegroep inzake de rechten van personen met een handicap. Deze studiegroep werd opgericht om toezicht te houden op de wijze waarop het verdrag in de lidstaten wordt uitgevoerd.

Naast het advies Vormgeving van de EU-agenda voor de rechten van gehandicapten 2020-2030 publiceerde het EESC ook een informatief rapport en een advies over het recht van personen met een handicap om te stemmen bij de verkiezingen voor het Europees Parlement. Het EESC zal de nieuwe strategie analyseren in een advies dat op zijn zitting in juli zal worden gepresenteerd.

“Tien jaar geleden ratificeerde de EU het VN-Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap. Het is inmiddels dringend tijd dat de Europese inspanningen voor het gehandicaptenbeleid worden opgevoerd. Wij willen de situatie voor mensen met een handicap in de EU en daarbuiten voelbaar verbeteren en ervoor zorgen dat iedereen dezelfde kansen krijgt om aan de samenleving deel te nemen”, verklaarde commissaris Dalli.

De leden van het EESC hebben zich positief uitgesproken over de nieuwe strategie, maar verwezen ook naar de verwoestende gevolgen van de pandemie voor personen met een handicap. Zij benadrukten dat in het bijzonder op het gebied van werkgelegenheid en onderwijs de bestaande ongelijkheid toeneemt en dat de EU en de lidstaten bij de uitvoering van de strategie hiermee terdege rekening zullen moeten houden. (ll)

 

EU-spoorvervoer — Europees Jaar van de spoorwegen 2021 is het juiste moment voor verandering

Hoewel er in de loop van 25 jaar liberalisering veel is gebeurd op het gebied van de openstelling van markten en technische harmonisatie, moet er nog veel worden gedaan op het vlak van politiek en regelgeving en op cultureel niveau. Dat is de belangrijkste boodschap van het advies over één Europese spoorwegruimte dat tijdens de EESC-zitting van maart is goedgekeurd.

Read more in all languages

Hoewel er in de loop van 25 jaar liberalisering veel is gebeurd op het gebied van de openstelling van markten en technische harmonisatie, moet er nog veel worden gedaan op het vlak van politiek en regelgeving en op cultureel niveau. Dat is de belangrijkste boodschap van het advies over de gemeenschappelijke Europese spoorwegruimte dat tijdens de EESC-zitting van maart is goedgekeurd.

Er dient een onbevooroordeelde analyse van de gemeenschappelijke Europese spoorwegruimte te worden gemaakt, en het Europees Jaar van de spoorwegen (2021) biedt een uitstekende gelegenheid om de balans op te maken van de ontwikkelingen tot nu toe en doelen voor de toekomst vast te stellen, benadrukt het EESC.

Sprekend tot de voltallige vergadering zei Stefan Back, rapporteur van het advies: “Het is tijd voor een cultuuromslag in het spoorvervoer en voor een veel klantgerichtere aanpak, zowel in het passagiers- als in het goederenvervoer. Het Europees Jaar van de spoorwegen (2021) moet worden aangegrepen om deze andere aanpak te bevorderen en om een vlottere samenwerking tussen exploitanten en klanten tot stand te brengen, en de kansen die digitalisering biedt optimaal te benutten.”

De COVID-19-pandemie heeft projecten vertraagd of tot stilstand gebracht, die nu een inhaalslag moeten maken. Staatssteun blijft van cruciaal belang om ook na de crisis essentiële diensten te waarborgen, en openbaredienstcontracten kunnen zorgen voor toegankelijke, betaalbare en inclusieve personenvervoersdiensten voor iedereen. Het EESC beschouwt dit als een van de meest doeltreffende en efficiënte maatregelen om het personenvervoer per spoor te bevorderen. (mp)

 

Energietransitie – De EU moet vaart maken

Om de energie- en klimaatdoelstellingen van de EU voor 2050 te halen, moet het tempo van de overgang naar de energie-unie aanzienlijk worden opgevoerd, maar het zou gevaarlijk kunnen zijn om de sociaal-economische situatie in de afzonderlijke lidstaten uit het oog te verliezen, aldus het EESC in een recent advies.

Read more in all languages

Om de energie- en klimaatdoelstellingen van de EU voor 2050 te halen, moet het tempo van de overgang naar de energie-unie aanzienlijk worden opgevoerd, maar het zou wel eens gevaarlijk kunnen zijn om de sociaal-economische situatie in de afzonderlijke lidstaten over het hoofd te zien, aldus het EESC in een recent advies.

Als geen rekening wordt gehouden met de sociaal-economische omstandigheden in de verschillende lidstaten, kan het maatschappelijk draagvlak voor investeringen en hervormingen die de energietransitie moeten versnellen, in gevaar komen, zo benadrukt het EESC.

In het door Lutz Ribbe opgestelde advies, dat werd goedgekeurd tijdens de plenaire zitting van maart, zet het EESC zijn standpunt over de verslagen uit 2020 inzake de toestand van de energie-unie en de beoordeling van de nationale energie- en klimaatplannen uiteen en stelt het dat de energie- en klimaatdoelstellingen voor 2020 weliswaar grotendeels zijn verwezenlijkt, maar dat het niet het moment is om achterover te leunen.

De doelstellingen voor de komende dertig jaar, te beginnen met de jaren 2020, moeten veel ambitieuzer zijn en de burgers in Europa echt centraal stellen in de energie-unie.

De heer Ribbe zei: “De energietransitie komt in gevaar als de politiek belooft grote delen van de samenleving erbij te betrekken maar deze belofte in werkelijkheid niet serieus neemt en niet nakomt.” (mp)

 

De nieuwe strategie van de Commissie voor het aanpakken van niet-renderende leningen is niet geschikt voor COVID-19-tijden

Het EESC is ingenomen met het nieuwe actieplan van de Europese Commissie inzake niet-renderende leningen, maar meent dat er geen nieuwe voorstellen in staan die op het COVID-19-tijdperk zijn afgestemd . Hierdoor moet Europa een buitengewone tijd het hoofd bieden met regels die voor gewone tijden zijn geschreven.

Read more in all languages

Het EESC is ingenomen met het nieuwe actieplan van de Europese Commissie inzake niet-renderende leningen, maar meent dat er geen nieuwe voorstellen in staan die op het COVID-19-tijdperk zijn afgestemd . Hierdoor moet Europa een buitengewone tijd het hoofd bieden met regels die voor gewone tijden zijn geschreven.

In een tijdens de zitting van 25 maart goedgekeurd advies heeft het EESC zich gebogen over de strategie voor niet-renderende leningen (NPL’s – non-performing loans). Daarin zet de Europese Commissie haar voornaamste punten van zorg uiteen met betrekking tot specifieke sectoren van de economie zoals banken, kredietkopers en kredietservicers. Het EESC echter brengt in zijn advies het standpunt van de bredere Europese samenleving naar voren.

“Het EESC acht de stabiliteit van de banksector zeer belangrijk”, zei de rapporteur van het advies, Kęstutis Kupšys. “Maar we maken ons ook zorgen om bedrijven die schulden hebben die zij niet meer kunnen afbetalen, en om levensvatbare bedrijven die extra geld van de bank nodig kunnen hebben. We denken ook aan kwetsbare burgers die schulden hebben en het doelwit kunnen worden van “aasgierfondsen”. Ten slotte hebben we ook de belastingbetaler voor ogen: wanneer – of beter gezegd indien – overheidsgeld wordt gebruikt om NPL-portefeuilles te kopen, zijn zij degenen die betalen om banken te redden van oninbare vorderingen”.

Het EESC beveelt aan om eerst en vooral de diepere oorzaken van niet-renderende leningen aan te pakken en zo te voorkomen dat deze zich in de toekomst ophopen. De beste manier om dit te doen, is door voortdurend te streven naar een beter concurrentievermogen, de nadruk te leggen op bedrijfscontinuïteit en economisch herstel, voor solide socialezekerheidsstelsels te zorgen, armoede, overmatige schuldenlast en werkloosheid te bestrijden, toereikende lonen te garanderen en anticyclische economische beleidsmaatregelen te nemen in tijden van crisis.

Gezien de impact van het coronavirus op de EU-economie zal de hoeveelheid niet-renderende leningen naar verwachting in de hele EU toenemen. Om de negatieve gevolgen te ondervangen, pleit het EESC ervoor dat steun aan kredietinstellingen hand in hand gaat met steunmaatregelen voor kredietnemers die alleen als gevolg van de pandemie in moeilijkheden zijn geraakt.

Terwijl de Europese Commissie voorstelt om de secundaire markten voor noodlijdende activa verder te ontwikkelen, meent het EESC dat de behoefte aan een pan-Europese, grensoverschrijdende markt voor niet-renderende leningen minder groot is dan wordt beweerd. Het is gevaarlijk om een voor de hele EU geldend “paspoort” te verstrekken aan incassobureaus zonder passend toezicht door zowel hun “herkomstlanden” als “gastlanden”. Dit is alleen te rechtvaardigen als er een reeks tegenmaatregelen wordt getroffen om noodlijdende kredietnemers te beschermen: een EU-brede norm voor consumentenbescherming tegen incassobureaus.

Bovendien is het zeer de vraag of de grensoverschrijdende operaties van kredietkopers tastbare economische voordelen opleveren voor het economisch stelsel als geheel, en niet alleen voor banken, kredietkopers en kredietservicers.

De verkoop van niet-renderende leningen aan vermogensbeheerders (in de wandeling ook wel “bad banks” genoemd) moet volgens het EESC een uitzondering blijven. De voorkeur moet uitgaan naar bilaterale saneringsovereenkomsten tussen de kredietinstelling en de kredietnemer, waarbij bedrijfscontinuïteit en economisch herstel voorop moeten staan.

Volgens rapporteur Kęstutis Kupšys wordt in het document van de Europese Commissie eng en technocratisch omgesprongen met een kwestie die concrete gevolgen heeft voor tal geledingen van de samenleving. “De boodschap die wij willen overbrengen is dat de problematiek van niet-renderende leningen niet op één hoop mag worden gegooid met kwesties die verband houden met de instandhouding van financiële stabiliteit”, merkte hij op. “Al met al dienen de banken volgens ons oplossingen te vinden voor niet-renderende leningen, en daartoe behoort niet ze gewoon op de markt te lozen zodra ze wankel beginnen te worden. Schulden mogen geen handelswaar worden!” (na)

EESC pleit voor steun voor investeringen in de winning en recycling van kritieke grondstoffen

Het Europees Economisch en Sociaal Comité heeft tijdens zijn plenaire zitting van maart een advies goedgekeurd waarin het voorstelt om investeringen in de exploratie en winning van kritieke grondstoffen en het gebruik van secundaire materialen uit afval te ondersteunen, aangezien dit essentieel is voor de groene transitie in de EU.

Read more in all languages

Het Europees Economisch en Sociaal Comité heeft tijdens zijn plenaire zitting van maart een advies goedgekeurd waarin het voorstelt om investeringen in de exploratie en winning van kritieke grondstoffen en het gebruik van secundaire materialen uit afval te ondersteunen, aangezien dit essentieel is voor de groene transitie in de EU.

In september 2020 is de Europese Commissie met een actieplan inzake kritieke grondstoffen gekomen waarmee beoogd wordt de afhankelijkheid van primaire kritieke grondstoffen te verminderen en de interne grondstoffenvoorziening in de EU te versterken. “Het EESC staat volledig achter de groene transitie van de energiesector en beschouwt de winning van grondstoffen die nodig zijn voor de toepassing van groene technologie als een fundamentele stap”, zo is te lezen in het advies.

Het EESC dringt echter wel aan op aanvullende maatregelen om deze aanpak mogelijk te maken, want exploratie en winning zijn zeer risicovolle activiteiten. Rapporteur Dumitru Fornea benadrukte het volgende: “Het stimuleren van zowel primaire als secundaire winning is essentieel, en daarom moeten we investeringen in de winningssector ondersteunen en vaart maken met het analyseren van afval dat mogelijk waardevolle materialen bevat.”

Corapporteur Michal Pintér legde uit dat deze steun verschillende vormen kan aannemen: “We moeten investeringen stimuleren via kredietgaranties, afschrijvingsmogelijkheden en staatssteun, maar ook door een gestroomlijnde vergunningsprocedure voor mijnbouwactiviteiten te ontwikkelen,” zei hij.

In het advies wordt ook gewezen op het belang van een ruimere definitie van kritieke grondstoffen, waaronder traditioneel stoffen worden verstaan die afkomstig zijn uit mijnbouw. Deze definitie is volgens het EESC te beperkt en staat de groei van groene energiebronnen in de weg, omdat materialen op houtbasis in veel meer toepassingen efficiënt kunnen worden gebruikt dan in het verleden.

De grondstoffensector heeft een enorm economisch potentieel en is goed voor ongeveer 350 000 banen in de EU, terwijl in de verwerkende industrie verderop in de keten meer dan 30 miljoen banen afhankelijk zijn van een betrouwbare en ongehinderde toegang tot minerale grondstoffen. De OESO voorspelt dat het mondiale gebruik van grondstoffen tegen 2060 zal zijn verdubbeld, en het gebruik van metalen zal naar verwachting met 150 % toenemen. Zeer waarschijnlijk zal dit de druk op de natuurlijke hulpbronnen van de aarde verhogen en de vooruitgang op het vlak van welzijn in gevaar brengen.

Tegen deze achtergrond is het volgens het EESC-advies belangrijk dat er nieuwe dimensies worden opgenomen in de methode die wordt gebruikt om de lijst van kritieke mineralen op te stellen. Het EESC is van mening dat de Europese Commissie ook rekening moet houden met “de behoeften en belangen van de bevolking en de economieën in de landen van waaruit grondstoffen naar Europa worden geëxporteerd”. Er moeten passende criteria worden vastgesteld om na te gaan of de wereldwijde toeleveringsketens van dit soort grondstoffen volgens ethische beginselen werken. (ks)

 

Het EESC pleit voor preciezere en geharmoniseerde voorwaarden voor een duurzamere levenscyclus van batterijen in de EU.

Tijdens zijn zitting van maart heeft het EESC een advies goedgekeurd waarin preciezere en meer operationele governanceregelingen en -instrumenten worden voorgesteld om de nieuwe batterijverordening met inbreng van alle betrokkenen ten uitvoer te leggen. Volgens het EESC zou dit een EU-kader tot stand kunnen helpen brengen dat de hele levenscyclus van batterijen in de EU bestrijkt.

Read more in all languages

Tijdens zijn zitting van maart heeft het EESC een advies goedgekeurd waarin preciezere en meer operationele governanceregelingen en -instrumenten worden voorgesteld om de nieuwe batterijverordening met inbreng van alle betrokkenen ten uitvoer te leggen. Volgens het EESC zou dit kunnen bijdragen tot de ontwikkeling van een EU-kader dat de hele levenscyclus van batterijen in de EU bestrijkt.

Op 10 december 2020 heeft de Europese Commissie een voorstel voor een verordening inzake batterijen en afgedankte batterijen gepubliceerd. Dit voorstel sluit aan op de Europese Green Deal, het plan om de EU-economie koolstofvrij te maken en zo te bereiken dat de EU in 2050 klimaatneutraal is.

In zijn advies schaart het EESC zich achter de maatregelen in de verordening: de nieuwe duurzaamheidsnormen van de Commissie zullen ook in de rest van de wereld een gunstig effect hebben op de groene transitie en een blauwdruk vormen voor andere initiatieven in het kader van haar beleid voor duurzame producten.

In zijn advies dringt het EESC echter aan op preciezere en meer operationele governancesystemen en -instrumenten voor de uitvoering van de nieuwe verordening, waarbij alle belanghebbenden moeten worden betrokken. Rapporteur Bruno Choix: “De voorgestelde verordening beoogt een EU-kader te ontwikkelen voor de volledige levenscyclus van batterijen, met geharmoniseerde en ambitieuzere regels voor batterijen, onderdelen, afgedankte batterijen en gerecycled materiaal. Met de verordening wil de Commissie een impuls geven aan innovatie en aan de ontwikkeling en toepassing van technologische expertise van de EU.

Deze steun kan volgens corapporteur Frank Uhlig uiteenlopende vormen aannemen: “We dringen aan op volledige transparantie van het monitoringsysteem om de juiste mate van zorgvuldigheid in de toeleveringsketen van batterijen te waarborgen. Met behulp van recycling, vernieuwing en hergebruik van batterijen kan de waardeketen stroomopwaarts worden veiliggesteld Het is van cruciaal belang onderzoek naar en ontwikkeling van ecologisch ontwerp te ondersteunen.”

Om deze uitdagingen aan te gaan zouden het Europees Agentschap voor chemische stoffen (ECHA) en het Europees Agentschap voor veiligheid en gezondheid op het werk (OSHA) een grotere rol en meer middelen moeten krijgen.

Het EESC stelt voor het begrip “einde gebruik” in te voeren in aanvulling op het begrip “einde van de levensduur”, teneinde hergebruik, vernieuwing of tweede leven en recycling van batterijen te bevorderen.

Batterijen die in de EU op de markt worden gebracht, moeten gedurende hun hele levenscyclus duurzaam en veilig zijn en zeer goed presteren. Daarom moeten zij met een zo gering mogelijk milieueffect worden geproduceerd, uit materialen die zonder de mensenrechten te schaden en conform sociale en milieunormen zijn gewonnen. Batterijen moeten lang meegaan en veilig zijn, en aan het einde van hun levensduur moeten zij een andere bestemming krijgen of gereviseerd dan wel gerecycled worden, waarbij waardevolle materialen weer in de economie terugkomen. (ks)

Europese onderzoeksruimte: het EESC verwelkomt de herziening hiervan als een echte New Deal voor Europa’s O&I

Met de nieuwe blauwdruk laat de Europese Commissie zien dat zij vastbesloten is om te voorkomen dat Europa het onderspit delft tegen de VS en Azië, zowel op het gebied van fundamenteel als toegepast onderzoek, octrooien en geavanceerde producten en diensten, aldus het EESC in een advies dat tijdens de zitting van maart is goedgekeurd.

Read more in all languages

Met de nieuwe blauwdruk laat de Europese Commissie zien dat zij vastbesloten is om te voorkomen dat Europa het onderspit delft tegen de VS en Azië, zowel op het gebied van fundamenteel als toegepast onderzoek, octrooien en geavanceerde producten en diensten, aldus het EESC in een advies dat tijdens de zitting van maart is goedgekeurd.

Het belangrijkste sterke punt van de voorgestelde nieuwe Europese onderzoeksruimte (EOR) is de aandacht voor O&I-resultaten die snel om te zetten zijn in duurzame activiteiten en duurzame banen, benadrukt het Europees Economisch en Sociaal Comité (EESC).

“De nieuwe EOR mag absoluut niet meer van hetzelfde zijn,” zegt Paul Rübig, rapporteur voor het advies. “Deze New Deal zal het effect van O&I versterken in een tijd waarin innovatie doorslaggevend zal zijn, niet alleen voor de door COVID-19 geteisterde economie van Europa, maar ook voor het overleven van de planeet.”

In het onderzoek in Europa worden O&O-resultaten langzamer in innovatieve producten en diensten vertaald dan in de VS en Azië. Europa loopt achter op Azië wat octrooien betreft (in 2019 kwam 65 % van de wereldwijde octrooiaanvragen uit Azië, slechts 11,3 % uit Europa) en met name op het gebied van bedrijven die digitale diensten verlenen en “technologiegedreven innovaties”, d.w.z. nieuwe producten op basis van onderzoek en ontwikkeling op het gebied van nieuwe technologie. Meer in het algemeen heeft Azië, met name China en Korea, zijn prestaties op het gebied van onderzoek, technologie en innovatie (OTI) de afgelopen 20 jaar enorm verbeterd. De nieuwe EOR moet Europa helpen zijn achterstand in te lopen door middel van investeringen en meer mobiliteit.

Hoewel het EESC de blauwdruk van de Commissie steunt, wijst het op vijf sleutelsectoren die niet op de lijst van strategische technologieën staan, maar wel van vitaal belang zijn voor de welvaart van Europa:

  • digitale bedrijfsmodellen;
  • technologieën voor de productie van goederen en levensmiddelen;
  • klinisch onderzoek en de farmaceutische en biotechnologische sector;
  • ruimtevaarttechnologieën;
  • schoon water en sanitaire voorzieningen.

Een ander belangrijk aspect dat het EESC in zijn advies naar voren brengt, is de noodzaak om uitmuntendheid te paren aan snelheid bij het omzetten van O&O-resultaten in innovatieve producten en diensten. In het bedrijfsleven is snelheid cruciaal, terwijl wetenschappers streven naar uitmuntendheid en meer tijd en geld vragen voor O&I. Het OTI-beleid van de Commissie moet beide op elkaar aan laten sluiten. (dm)

 

 

De toekomst van Europa zal afhangen van hoe we omgaan met onze plattelandsgebieden

Plattelandsgebieden moeten aantrekkelijker worden gemaakt voor jongeren en bedrijven. Dit zou de levenskwaliteit van alle Europeanen verbeteren door hen in staat te stellen om te kiezen waar zij willen wonen en werken. Dit was een van de belangrijkste conclusies uit het debat “Naar een holistische strategie voor duurzame plattelands- en stadsontwikkeling”, dat op 8 maart bij het EESC plaatsvond.

Read more in all languages

Plattelandsgebieden moeten aantrekkelijker worden gemaakt voor jongeren en bedrijven. Dit zou de levenskwaliteit van alle Europeanen verbeteren door hen in staat te stellen om te kiezen waar zij willen wonen en werken. Dit was een van de belangrijkste conclusies uit het debat “Naar een holistische strategie voor duurzame plattelands- en stadsontwikkeling”, dat op 8 maart bij het EESC plaatsvond.

Plattelands- en stedelijke gebieden in Europa worden gekenmerkt door een ongelijke ontwikkeling. Het is cruciaal om deze trend met beleid om te buigen, te zorgen voor een eerlijke en duurzame overgang naar een welzijnsgerichte economie in alle regio’s, en een nieuw bevolkingsevenwicht te bevorderen. Plattelandsgebieden zijn fundamenteel voor de economische en sociale cohesie, de regionale veerkracht en talloze diensten die verband houden met lokale ecosystemen (bijvoorbeeld de voedselproductie), en moeten daarom aantrekkelijker worden gemaakt voor jongeren en bedrijven.

Peter Schmidt, voorzitter van de afdeling Landbouw, Plattelandsontwikkeling en Milieu (NAT) van het EESC, zei: “Het herstel na COVID-19 biedt een uitgelezen kans om werk te maken van strategieën om ervoor te zorgen dat geen enkele regio of burger wordt uitgesloten van de billijke transitie naar een klimaatneutrale, duurzame en welvarende Europese Unie.

“De EU heeft een ambitieus herstelpakket goedgekeurd. Nu is het zaak dat bij de middeltoewijziging terdege rekening wordt gehouden met de regionale verschillen”, aldus EESC-lid Stefano Palmieri, voorzitter van de afdeling Economische en Monetaire Unie, Economische en Sociale Samenhang (ECO) van het EESC.

Deša Srsen, van het kabinet van Dubravka Šuica, vicevoorzitter van de Europese Commissie, zei: “Met delangetermijnvisie voor plattelandsgebieden, waarvan de goedkeuring voor juni gepland staat, wil de Commissie een nieuw momentum voor het platteland creëren.”

Josep Puxeu Rocamora, rapporteur voor het EESC-advies over “Een geïntegreerde aanpak voor de plattelandsgebieden in de EU”, benadrukte dat de integratie van plattelandsgebieden en kwetsbare gebieden zeer complex is, aangezien er raakvlakken zijn met alle EU-beleidsterreinen. “Voor de ontwikkeling van deze gebieden stellen we een ‘territoriale overeenkomst’ voor die participatief moet zijn, aangepast aan de specifieke kenmerken van elk gebied en waarmee het historisch, cultureel en natuurlijk erfgoed wordt behouden.” (mr)

Het is hoog tijd dat de Unie van gelijkheid werkelijkheid wordt

Accurate gegevensverzameling en adequaat beleid op nationaal niveau zijn noodzakelijk voor een doeltreffende uitvoering van het actieplan van de EU tegen racisme en voor het ontmaskeren van racisme en etnische discriminatie, die tijdens de COVID-19-pandemie in Europa ernstige vormen hebben aangenomen.

Read more in all languages

Accurate gegevensverzameling en adequaat beleid op nationaal niveau zijn noodzakelijk voor een doeltreffende uitvoering van het actieplan van de EU tegen racisme en voor het ontmaskeren van racisme en etnische discriminatie, die tijdens de COVID-19-pandemie in Europa ernstige vormen hebben aangenomen.

Een kwart van de Europeanen voelt zich op ten minste één gebied van hun leven gediscrimineerd en op de arbeidsmarkt wordt meer dan ooit gediscrimineerd op grond van ras en etnische afkomst. Het is dan ook dringend noodzakelijk dat de wetgeving ter bestrijding van racisme in de hele EU wordt bijgewerkt en gehandhaafd, zo bleek tijdens een virtuele hoorzitting die het EESC op 18 maart heeft gehouden.

De hoorzitting over een Unie van gelijkheid en het EU-actieplan tegen racisme 2020-2025 werd bijgewoond door vertegenwoordigers van EU-instellingen en Europese platforms voor mensenrechten en tegen racisme. De cijfers die er werden gepresenteerd schetsten een somber beeld van de situatie.

Cristian Pîrvulescu, rapporteur voor het EESC-advies over dit onderwerp, onderstreepte dat het EU-actieplan tegen racisme op het juiste moment komt, nu de ongelijkheid en discriminatie als gevolg van de pandemie toenemen.

Namens de Europese Commissie wees Thibault Balthazar op de belangrijke rol van de lidstaten en moedigde hij hen aan de nationale actieplannen goed te keuren en daarbij het maatschappelijk middenveld en organen voor de bevordering van gelijke behandeling te betrekken. Aleksandra Wesoły presenteerde EU-instrumenten zoals het netwerk voor voorlichting over radicalisering en andere platforms die helpen radicalisering en extremistische berichtgeving te bestrijden. Volgens Maria Daniella Marouda blijkt uit een studie van de Europese Commissie tegen Racisme en Onverdraagzaamheid (ECRI) dat er vooruitgang is geboekt op het gebied van antidiscriminatiewetgeving.

Joanna Goodey van het Bureau voor de grondrechten benadrukte dat er weliswaar wetgeving bestaat, maar dat gegevens ontbreken, en dat het actieplan alleen kans van slagen heeft als er sprake is van een gedegen en regelmatige verzameling van gegevens.

De rapporteur voor advies van het Comité van de Regio's over het EU-actieplan tegen racisme, Yoomi Renström, benadrukte dat de lokale en regionale overheden als strategische partners bij het opstellen, uitvoeren en monitoren van de nationale actieplannen erkend moeten worden.

Csaba Asztalos, voorzitter van de Roemeense Raad ter bestrijding van discriminatie, onderstreepte het belang van toegankelijke databanken en duidelijke communicatiestrategieën, terwijl Marie Mescam van SOS Racisme weest op de dringende behoefte aan een ruimte voor dialoog binnen de EU, waar maatschappelijke organisaties, organen voor de bevordering van gelijke behandeling en organisaties tegen racisme ervaringen kunnen uitwisselen en kennis kunnen delen.

Juliana Wahlgren, senior advocacy officer van het Europees Netwerk tegen racisme, sprak de hoop uit dat bij de uitvoering van het actieplan ook experts van maatschappelijke organisaties worden betrokken die tot een raciale of etnische minderheid behoren. (mt)

De Westelijke Balkan — het “ontbrekende stukje” van de Europese puzzel

Tijdens zijn zitting van maart had het Europees Economisch en Sociaal Comité plaats ingeruimd voor een debat met Olivér Várhelyi, commissaris voor Nabuurschap en Uitbreiding, over de stand van zaken met betrekking tot de toetreding van de partners van de Westelijke Balkan. Leden van het EESC gaven lucht aan hun overtuiging dat de toetreding van deze partners tot de EU een geostrategische investering in vrede en economische groei is.

Read more in all languages

Tijdens zijn zitting van maart had het Europees Economisch en Sociaal Comité plaats ingeruimd voor een debat met Olivér Várhelyi, commissaris voor Nabuurschap en Uitbreiding, over de stand van zaken met betrekking tot de toetreding van de partners van de Westelijke Balkan. Leden van het EESC gaven lucht aan hun overtuiging dat de toetreding van deze partners tot de EU een geostrategische investering in vrede en economische groei is.

EESC-voorzitter Christa Schweng opende het debat met de mededeling dat het EESC groot belang hecht aan de uitbreiding van de EU met de Westelijke Balkan: "Ons Comité beschouwt de Westelijke Balkan als het ontbrekende puzzelstukje in het streven van de Europese Unie naar een verenigd en duurzaam Europa, een Europa dat klaar is voor de toekomst."

Óliver Várhelyi wees op de gevolgen van de COVID-19-pandemie voor de Westelijke Balkan en benadrukte dat "de Europese Commissie vastbesloten is om onze naaste buren met alle mogelijke middelen te blijven steunen in deze moeilijke tijden.” De heer Várhelyi presenteerde ook het economisch en investeringsplan van de Commissie voor de Westelijke Balkan, een initiatief van 9 miljard euro met als tweeledig doel om het economisch herstel op gang te brengen en de regio beter te laten aansluiten op de Europese Unie. “Het plan moet niet alleen de economische ontwikkeling, de veerkracht en het concurrentievermogen, maar ook de sociale cohesie van de regio een impuls geven. Daarvoor moeten we samenwerken,” aldus Várhelyi.

Na de discussie werd het advies Bevordering van het toetredingsproces – Een geloofwaardig EU-perspectief voor de Westelijke Balkan goedgekeurd. Rapporteur Andrej Zorko benadrukte het belang van de uitbreiding: "De toetreding van de partners van de Westelijke Balkan tot de EU is een geostrategische investering in vrede, stabiliteit, veiligheid en economische groei op het hele continent.” (dfg)

Ontdek wat het EESC voor u kan betekenen – NIEUWE UITGAVE

In de nieuwe editie van deze publicatie wordt een beknopt en actueel beeld geschetst van het Europees Economisch en Sociaal Comité als uniek forum voor overleg, dialoog en consensusvorming tussen vertegenwoordigers van de verschillende geledingen van het maatschappelijk middenveld, waaronder werkgevers, vakbonden en belangengroeperingen zoals beroeps- en gemeenschapsorganisaties, jongerengroeperingen, vrouwengroepen, consumentenorganisaties, milieubeweging en nog veel meer.

Read more in all languages

In de nieuwe editie van deze publicatie wordt een beknopt en actueel beeld geschetst van het Europees Economisch en Sociaal Comité als uniek forum voor overleg, dialoog en consensusvorming tussen vertegenwoordigers van de verschillende geledingen van het maatschappelijk middenveld, waaronder werkgevers, vakbonden en belangengroeperingen zoals beroeps- en gemeenschapsorganisaties, jongerengroeperingen, vrouwengroepen, consumentenorganisaties, milieubeweging en nog veel meer.

In de brochure worden ook de rol en de taken van het EESC uiteengezet, wordt uitgelegd hoe het Comité functioneert en samenwerkt met de wetgevende instellingen van de EU en worden enkele noemenswaardige resultaten belicht.

Beschikbaar in 23 officiële talen van de EU op de website van het EESC: https://www.eesc.europa.eu/en/our-work/publications-other-work/publications/discover-what-eesc-can-do-you-2021-edition

Gedrukte exemplaren kunnen worden aangevraagd bij de eenheid Bezoekersgroepen en Publicaties (ViP): vipcese@eesc.europa.eu (af)

Het ga je goed, David!

David Gippini Fournier verlaat op 1 mei 2021 de persafdeling van het EESC. Beste David, het was voor je collega’s van de persafdeling een waar genoegen om met je samen te werken. Je bent dan ook een uitstekende professional die zowel voor je collega’s als voor je werk net dat ietsje meer doet en die uitblinkt door zijn diplomatieke houding.

Read more in all languages

David Gippini Fournier verlaat op 1 mei 2021 de persafdeling van het EESC. Beste David, het was voor je collega’s van de persafdeling een waar genoegen om met je samen te werken. Je bent dan ook een uitstekende professional die zowel voor je collega’s als voor je werk net dat ietsje meer doet en die uitblinkt door zijn diplomatieke houding. Qua elegantie in pr hoef je niet onder te doen voor Humphrey Bogart.

Keer op keer wist je rustig te blijven onder enorme druk!

Het was een plezier om met jou samen te werken.

Veel succes toegewenst!

Je collega’s van de persafdeling: Agata, Katerina, Ewa, Laura, Nicola, Millie, Daniela, Melissa, Margarida en Marco.

 

Isabel Caño Aguilar, voormalig vicevoorzitter belast met communicatie (2018-2020): “Een persattaché met een vleugje Galicische ironie”

Ik heb veel met David Gippini samengewerkt en we hebben vooral een aantal persinterviews voorbereid. Toen ik hem in 2018 leerde kennen, kwam hij op mij over als een serieuze persoon. Zijn bijdragen waren altijd tiptop in orde en zeer goed voorbereid. Hij was een snelle denker.

Read more in all languages

Ik heb veel met David Gippini samengewerkt en we hebben vooral een aantal persinterviews voorbereid. Toen ik hem in 2018 leerde kennen, kwam hij op mij over als een serieuze persoon. Zijn bijdragen waren altijd tiptop in orde en zeer goed voorbereid. Hij was een snelle denker. Buiten de werkuren ontdekte ik dat hij een open persoon was, die alle tijd voor je nam, met een vleugje Galicische ironie, en we kwamen erg goed overeen. We hadden ook onze kleine “meningsverschillen”; ik ben zelf voorstander van een inclusief taalgebruik, David is meer academisch ingesteld en houdt niet zo van dichterlijke vrijheden. We hebben hier vaak over gesproken, wat tot eindeloze, rijke en interessante gesprekken leidde. Maar ik moet hem bedanken voor zijn strengheid, en voor het feit dat hij veel van mijn teksten mooier heeft gemaakt.

Ik vind het jammer dat hij nu vertrekt en wens hem veel succes in deze nieuwe fase. Ik weet zeker dat de persdienst hem erg zal missen. Ik zal hem ook missen.

Nieuws van de groepen

Duurzaam economisch herstel is de enige weg naar een socialer Europa

Door de groep Werkgevers van het EESC

Voorafgaand aan de Sociale Top in Porto volgende maand spraken leden van de groep Werkgevers met Nicolas Schmit, commissaris voor Werkgelegenheid en Sociale Rechten. Tijdens een ongedwongen en open debat benadrukte de voorzitter van de groep Werkgevers, de heer Mallia, dat snel economisch herstel geboden is, hetgeen alleen mogelijk is als we ervoor zorgen dat ondernemingen over het juiste ondernemingsklimaat beschikken om concurrerend te zijn, banen te scheppen en daarmee welzijn voor onze samenlevingen te waarborgen.

 

Read more in all languages

Door de groep Werkgevers van het EESC

Voorafgaand aan de Sociale Top in Porto volgende maand spraken leden van de groep Werkgevers met Nicolas Schmit, commissaris voor Werkgelegenheid en Sociale Rechten. Tijdens een ongedwongen en open debat benadrukte de voorzitter van de groep Werkgevers, de heer Mallia, dat snel economisch herstel geboden is, hetgeen alleen mogelijk is als we ervoor zorgen dat ondernemingen over het juiste ondernemingsklimaat beschikken om concurrerend te zijn, banen te scheppen en daarmee welzijn voor onze samenlevingen te waarborgen.

Te midden van de ergste economische recessie sinds de Tweede Wereldoorlog is een solide economisch herstel zowel een voorwaarde voor sociale vooruitgang als een manier om die vooruitgang te bevorderen.

Dit betekent dat het bij de uitvoering van de Europese pijler van sociale rechten (EPSR) en de sociale top in Porto niet alleen over sociaal beleid moet gaan, maar ook over economisch herstel en concurrentievermogen.

Daarom mag het bevorderen van werkgelegenheid en van arbeidsparticipatie niet neerkomen op nieuwe wetgeving of andere verplichtingen die de bedrijven met meer lasten opzadelen. Deze aanpak heeft in het verleden gefaald en zal in deze dramatische economische crisis zeker niet werken.

In plaats daarvan moeten we ons richten op het creëren van arbeidsmarkten waar flexibiliteit en het vermogen van bedrijven om zich aan veranderingen aan te passen, gepaard gaan met voldoende zekerheid voor werknemers.

Een dynamische industrie- en dienstensector en een florerend bedrijfsleven blijven van cruciaal belang voor de toekomstige welvaart en het toekomstige welzijn van Europa. We hebben een goed opgeleide en innovatieve beroepsbevolking nodig om werk te maken van de digitale en groene transitie. Een goede concurrerentiepositie, als basis voor investeringen, is cruciaal voor de instandhouding van ons sociaal model.

EU-wetgeving zou uitsluitend voor daadwerkelijk grensoverschrijdende kwesties moeten gelden. Wanneer de EU wetgeving opstelt, moeten alle nieuwe initiatieven op EU-niveau beter met feitenmateriaal worden onderbouwd en moet bezien worden hoe zij bijdragen tot het concurrentievermogen. Een nieuwe, gerichte concurrentievermogenstoets voor alle nieuwe initiatieven zou hiertoe bijdragen.

De groep Werkgevers vergaderde op 15 april met commissaris Schmit. Tijdens deze vergadering werd een aantal sociale kwesties besproken, zoals het actieplan EPSR, de top van Porto, het voorstel van de Commissie inzake toereikende minimumlonen, de sociale dialoog en collectieve onderhandelingen.

De volledige toespraak van de voorzitter van de groep Werkgevers, de heer Mallia, tot commissaris Schmit is te vinden via deze link: https://www.eesc.europa.eu/en/news-media/news/speech-president-mallia-eesc-employers-group-meeting-commissioner-schmit (dv/kr)

Toereikende minimumlonen zijn cruciaal voor de sociale cohesie

Door de groep Werknemers van het EESC

Toereikende minimumlonen zijn cruciaal voor de sociale cohesie en de bestrijding van armoede onder werkenden en ongelijkheid. (Zeer) slechte arbeidsvoorwaarden en -omstandigheden komen in Europa echter veel voor, met name onder werknemers met onzekere banen. In sommige landen is het systeem van collectieve onderhandelingen sterk genoeg om goede arbeidsvoorwaarden te waarborgen, maar dat is niet overal het geval.

Read more in all languages

Door de groep Werknemers van het EESC

Toereikende minimumlonen zijn cruciaal voor de sociale cohesie en de bestrijding van armoede onder werkenden en ongelijkheid. (Zeer) slechte arbeidsvoorwaarden en -omstandigheden komen in Europa echter veel voor, met name onder werknemers met onzekere banen. In sommige landen is het systeem van collectieve onderhandelingen sterk genoeg om goede arbeidsvoorwaarden te waarborgen, maar dat is niet overal het geval.

Een gebrek aan sociale bescherming heeft nefaste gevolgen, met name wanneer andere problemen toenemen, zoals thans het geval is met de verschrikkelijke gezondheids- en sociale crisis als gevolg van de COVID-19-pandemie.

Tegen deze achtergrond heeft het voorstel van de Europese Commissie voor een richtlijn betreffende toereikende minimumlonen in de Europese Unie tot doel ervoor te zorgen dat iedereen in Europa een fatsoenlijk loon krijgt en dat de collectieve onderhandelingen worden versterkt en uitgebreid, terwijl tegelijkertijd de verschillende tradities op het gebied van sociale dialoog in de lidstaten worden geëerbiedigd. Door middel van nationale actieplannen, die in een tripartiet proces met de sociale partners worden overeengekomen, kan opwaartse convergentie van de lonen worden bereikt en kan tegelijkertijd loondiscriminatie van elke aard en armoede onder werkenden worden bestreden.

Gelet op de urgentie van het voorstel, met name in verband met de moeilijkheden als gevolg van COVID-19, zei rapporteur Cinzia Del Rio: “Alle werknemers moeten een billijk en toereikend minimumloon krijgen, dat hetzij bij wet, hetzij via collectieve onderhandelingen wordt vastgesteld, om een waardige levensstandaard en toegang tot sociale bescherming mogelijk te maken. Sociale en loondumping, grote loonongelijkheden en toenemende armoede onder werkenden, die met name jongeren, vrouwen en achtergestelde groepen treft, moeten worden aangepakt door middel van sterke Europese verbintenissen.

In het op 25 maart 2021 door de voltallige vergadering goedgekeurde EESC-advies over de voorgestelde richtlijn schaart het Comité zich achter de urgentie en noodzaak van maatregelen, de geschiktheid van en rechtsgrondslag voor een richtlijn (eveneens erkend door deRaad van de EU in zijn juridische beoordeling) en de clausules die respect voor de autonomie van de sociale partners waarborgen. (prp)

 

Maatschappelijke organisaties als drijvende kracht achter veranderingen in de samenleving en economie na COVID-19

Door de groep Diversiteit Europa van het EESC

Tijdens een recente conferentie van de groep Diversiteit Europa hebben vertegenwoordigers van het maatschappelijk middenveld hun achterban opgeroepen om politici duidelijk te maken wat voor soort samenleving zij voor ogen hebben.

Read more in all languages

Door de groep Diversiteit Europa van het EESC

 

Tijdens een recente conferentie van de groep Diversiteit Europa hebben vertegenwoordigers van het maatschappelijk middenveld hun achterban opgeroepen om politici duidelijk te maken wat voor soort samenleving zij voor ogen hebben.

De deelnemers aan de conferentie over Maatschappelijke organisaties tijdens en na COVID-19: welke uitdagingen voor welke toekomst? betoogden dat samenhang in het beleid en een zinvolle betrokkenheid van de burgers van cruciaal belang zijn. Zij riepen op tot een geïntegreerde totaalaanpak van de beleidsvorming, waarbij de waarden van de EU, het welzijn van haar burgers en bottom-upinitiatieven die de meningen en rechten van EU-burgers eerbiedigen, actief worden bevorderd. Het benutten van de nieuwe vormen van solidariteit en sociaal activisme die tijdens de pandemie tot leven zijn gekomen, zal daarbij van cruciaal belang zijn.

Séamus Boland, voorzitter van de groep Diversiteit Europa, wees op de voortreffelijke inzet van de maatschappelijke organisaties en moedigde hen en de burgers aan zich actief in te zetten voor de wederopbouw en het herstel van gemeenschappen en samenlevingen na COVID-19.

“Het is nu het juiste moment om onze groei- en governancemodellen te heroverwegen en een evenwicht te vinden tussen economische welvaart en sociale integratie, menselijk kapitaal, duurzaamheid en welzijn”, aldus de heer Boland, die ook twee voorwaarden voor een echte verschuiving noemde: “Een geïntegreerde totaalaanpak van beleidsvorming en betrokkenheid van het maatschappelijk middenveld bij het ontwerpen en realiseren van de nieuwe wereld."

De voorzitter riep de EU en de lidstaten op partnerschappen aan te gaan met de maatschappelijke organisaties en benadrukte dat het maatschappelijk middenveld en de overheid moeten blijven opkomen voor democratisch bestuur, grondrechten en de rechtsstaat.

De conclusies en aanbevelingen van de conferentie zijn hier te vinden. (jk)

Soon in the EESC/Cultural events

Dag van Europa 2021

Het EESC viert de Dag van Europa van oudsher door zijn deuren te openen voor het publiek. Als gevolg van de COVID-19-crisis echter is dit jaar voor een andere oplossing gekozen en krijgen burgers uit Europa en de rest van de wereld de kans om het huis van het maatschappelijk middenveld op een veilige, virtuele manier te verkennen.

Read more in all languages

Het EESC viert de Dag van Europa van oudsher door zijn deuren te openen voor het publiek. Als gevolg van de COVID-19-crisis echter is dit jaar voor een andere oplossing gekozen en krijgen burgers uit Europa en de rest van de wereld de kans om het huis van het maatschappelijk middenveld op een veilige, virtuele manier te verkennen.

Met de Dag van Europa op 9 mei herdenken we de verklaring van Schuman, waarmee het startschot werd gegeven voor de Europese Unie zoals we die vandaag kennen. Deze dag is een mooie gelegenheid om na te denken over de vraag wat solidariteit ons heeft gebracht en wat we in de toekomst hopen te verwezenlijken.

De burgers van de EU moeten op deze dag nog sterker het gevoel krijgen dat zij deel uitmaken van een groter geheel; vandaar ook de keuze van de Europese instellingen voor de slogan “SAMEN sterker”.

Neem deel aan de Dag van Europa en ...

  • Ontdek wat het EESC voor jou doet via een virtueel 360-gradenbezoek in 3D: kom te weten wie wij zijn en wat we doen, en leer meer over de meerwaarde van het EESC en zijn leden.
  • Lees de praktijkverhalen van de organisaties van onze leden die duidelijk maken wat de EESC-leden in hun thuisbasis doen en hoe zij daar de EU helpen deze crisis te boven te komen.
  • Bezoek ook ons cultuurhoekje waar je interactief wordt rondgeleid door de vele interessante virtuele tentoonstellingen.
  • Neem deel aan onze talrijke liveactiviteiten: op de Dag van Europa vieren we toch op de eerste plaats dat we in Europa in vrede samenleven; je kunt online deelnemen aan spelletjes en andere leuke activiteiten, zoals een virtueel bezoek aan het EESC, een live webinar met EESC-leden, een digitale fotoautomaat en een fotowedstrijd.

Zorg dat je erbij bent!

Europe Day 2021 | European Economic and Social Committee (europa.eu) (cl)

Redactie

Ewa Haczyk-Plumley (editor-in-chief)
Daniela Marangoni (dm)

Aan deze uitgave werkten mee

Amalia Tsoumani (at)
Aude François (af)
Chloé Lahousse (cl)
Daniela Marangoni (dm)
Daniela Vincenti (dv)
Ewa Haczyk-Plumley (ehp)
Jasmin Kloetzing  (jk)
Katerina Serifi (ks)
Katharina Radler (kr)
Laura Lui (ll)
Marco Pezzani (mp)
Nicola Accardo (na)
Pablo Ribera Paya (prp)
Stefano Martinelli (sm)

Coördinatie

Agata Berdys (ab)
Katerina Serifi (ks)

Technical support
Bernhard Knoblach (bk)

Adres

Europees Economisch en Sociaal Comité
Jacques Delorsgebouw, Belliardstraat 99, B-1040
Brussel, België

EESC Info verschijnt negen keer per jaar – telkens ter gelegenheid van een EESC-zitting. EESC info is beschikbaar in 23 talen.
EESC Info is niet het officiële verslag van de werkzaamheden van het EESC. Voor die werkzaamheden wordt verwezen naar het Publicatieblad van de Europese Unie en andere publicaties van het EESC.
Reproductie – onder vermelding van EESC Info – is toegestaan, op voorwaarde dat de redactie een
link wordt toegestuurd.
 

April 2021
05/2021

Follow us

  • Facebook
  • Twitter
  • LinkedIn
  • Instagram