Skip to main content
Newsletter Info

EESC info

European Economic and Social Committee A bridge between Europe and organised civil society

MARCH 2025 | NL

GENERATE NEWSLETTER PDF

Beschikbare talen:

  • BG
  • CS
  • DA
  • DE
  • EL
  • EN
  • ES
  • ET
  • FI
  • FR
  • GA
  • HR
  • HU
  • IT
  • LT
  • LV
  • MT
  • NL
  • PL
  • PT
  • RO
  • SK
  • SL
  • SV
Hoofdartikel

Woord vooraf

Het maatschappelijk middenveld kan kloven overbruggen en schadelijke polarisatie tegengaan

In een tijd waarin onze samenlevingen kampen met groeiende polarisatie en afbrokkelend vertrouwen in democratische instellingen, moet het maatschappelijk middenveld opstaan. Polarisatie is op zich niet altijd negatief, want uiteenlopende meningen zijn goed voor het democratische debat, maar als polarisatie leidt tot vijandigheid, desinformatie en verdeeldheid worden de fundamenten van onze democratie erdoor aangetast.

Het maatschappelijk middenveld kan kloven overbruggen en schadelijke polarisatie tegengaan

In een tijd waarin onze samenlevingen kampen met groeiende polarisatie en afbrokkelend vertrouwen in democratische instellingen, moet het maatschappelijk middenveld opstaan. Polarisatie is op zich niet altijd negatief, want uiteenlopende meningen zijn goed voor het democratische debat, maar als polarisatie leidt tot vijandigheid, desinformatie en verdeeldheid worden de fundamenten...Meer

Het maatschappelijk middenveld kan kloven overbruggen en schadelijke polarisatie tegengaan

In een tijd waarin onze samenlevingen kampen met groeiende polarisatie en afbrokkelend vertrouwen in democratische instellingen, moet het maatschappelijk middenveld opstaan. Polarisatie is op zich niet altijd negatief, want uiteenlopende meningen zijn goed voor het democratische debat, maar als polarisatie leidt tot vijandigheid, desinformatie en verdeeldheid worden de fundamenten van onze democratie erdoor aangetast.

Tijdens de Week van het maatschappelijk middenveld van dit jaar passeerden bijzondere initiatieven ter bestrijding van schadelijke polarisatie de revue. Met de EESC-prijs voor het maatschappelijk middenveld hebben we organisaties in de schijnwerpers gezet die zich bezighouden met mediawijsheid, het tegengaan van desinformatie en het bevorderen van de dialoog tussen de generaties. Het zijn de projecten van dit soort organisaties die we moeten ondersteunen om veerkrachtige en hechte samenlevingen te kunnen opbouwen.

Overal in Europa is sprake van toenemende maatschappelijke versplintering. We staan voor tal van uitdagingen: economische ongelijkheid, sociale uitsluiting, digitale desinformatie en politiek extremisme. De opkomst van populistische bewegingen in heel Europa de afgelopen jaren, de krimpende pluriformiteit van de media en het afkalvende vertrouwen in instellingen illustreren hoe polarisatie ontevredenheid aanwakkert. Deze ontwikkelingen ondermijnen de democratische structuren en hollen de sociale cohesie uit. Dan is het maatschappelijk middenveld niet alleen meer een deelnemer aan het democratische proces – het is de hoeder van de veerkracht daarvan.

Maatschappelijke organisaties zijn al lange tijd voorvechters van de democratische waarden. Ze fungeren als bemiddelaars, brengen mensen met uiteenlopende meningen samen, weerleggen desinformatie en bevorderen een geïnformeerd publiek debat. Ze bieden een platform voor hen die zich niet gehoord voelen en ijveren voor inclusief beleid dat kloven overbrugt in plaats van ze te verdiepen. Via maatschappelijke betrokkenheid, op feiten gebaseerde discussies en initiatieven die verdraagzaamheid stimuleren, draagt het maatschappelijk middenveld actief bij aan het bestrijden van krachten die verdeeldheid zaaien.

Het EESC is er stellig van overtuigd dat het verstevigen van participatie en dialoog de enige weg voorwaarts is. We zien dit elke dag in ons werk: onze leden, die werkgevers, vakbonden en ngo’s vertegenwoordigen, gaan stevige debatten aan, maar altijd met het doel om punten van overeenstemming te vinden. Onze kracht ligt in het streven naar consensus en dit model moet in heel Europa worden verspreid.

Het maatschappelijk middenveld moet in staat worden gesteld om zijn rol bij de bestrijding van polarisatie volledig te vervullen. Dit betekent dat de toegang van maatschappelijke organisaties tot financiering moet worden gewaarborgd, dat hun handelingsvrijheid moet worden beschermd en dat een klimaat moet worden bevorderd waarin hun bijdrage aan de democratie erkenning en waardering krijgt. Participatie-instrumenten, of het nu gaat om burgerraadplegingen, grassrootsinitiatieven of verschillende soorten overlegdemocratie, moeten worden versterkt om ervoor te zorgen dat mensen zich bij de besluitvorming betrokken voelen.

Voor de toekomst van Europa is het doorslaggevend dat zijn burgers zich vertegenwoordigd, betrokken en gehoord voelen. Het maatschappelijk middenveld is geen democratische accessoire – het vormt de ruggengraat van de democratie. In deze tijd van verdeeldheid moeten we maatschappelijke organisaties de instrumenten, erkenning en ruimte geven die ze nodig hebben om onze democratische waarden te blijven verdedigen. Door dialoog te bevorderen, sociale integratie te stimuleren en extremisme te bestrijden kan het maatschappelijk middenveld de kracht zijn die polarisatie verandert van een bron van conflict in een aanjager van constructief debat en sociale vooruitgang.

Laten we ons er samen voor inspannen dat verdeeldheid niet onze toekomst bepaalt. Laten we dus werken aan een Europa waar de diversiteit van meningen onze eenheid versterkt, waar betrokkenheid het vertrouwen herstelt en waar het maatschappelijk middenveld het voortouw neemt om kloven te overbruggen.

Oliver Röpke

Voorzitter van het EESC

Minder
Voor in uw agenda

3 april 2025

De sociale dialoog gebruiken ter verbetering van de kwaliteit van leven en werk op de westelijke Balkan, Tirana (Albanië)

10 april 2025

Op weg naar een EU-actieplan inzake zeldzame ziekten, Warschau (Polen)

29-30 april 2025

EESC-zitting

De speciale gast

Onze speciale gast is deze keer de Franse journalist en schrijver Nicolas Gros-Verheyde, expert op het gebied van defensie en buitenlands beleid. Hij analyseert de vijf voorstellen van het plan ReArm Europe dat onlangs door de Europese Commissie is gepresenteerd om de Europese defensie te versterken nu steeds meer wordt betwijfeld of de VS nog wel gecommiteerd is aan de Europese veiligheid.

Onze speciale gast is deze keer de Franse journalist en schrijver Nicolas Gros-Verheyde, expert op het gebied van defensie en buitenlands beleid. Hij analyseert de vijf voorstellen van het plan ReArm Europe dat onlangs door de Europese Commissie is gepresenteerd om de Europese defensie te versterken nu steeds meer wordt betwijfeld of de VS nog wel gecommiteerd is aan de Europese veiligheid.

Nicolas Gros-Verheyde is sinds 1989 als journalist werkzaam. Hij werk...Meer

Onze speciale gast is deze keer de Franse journalist en schrijver Nicolas Gros-Verheyde, expert op het gebied van defensie en buitenlands beleid. Hij analyseert de vijf voorstellen van het plan ReArm Europe dat onlangs door de Europese Commissie is gepresenteerd om de Europese defensie te versterken nu steeds meer wordt betwijfeld of de VS nog wel gecommiteerd is aan de Europese veiligheid.

Nicolas Gros-Verheyde is sinds 1989 als journalist werkzaam. Hij werkte voor Ouest France, ARTE, LCI en France Culture als correspondent voor de EU en de NAVO. In Europese kringen staat hij bekend en wordt hij gerespecteerd als een groot kenner van Europese zaken en het buitenlandse en defensiebeleid. Hij is hoofdredacteur van het in 2008 opgerichte B2, het toonaangevende en meest complete mediakanaal op het gebied van Europese defensie en diplomatie. Het wordt gefinancierd door abonnementen en beheerd door een vereniging zonder winstoogmerk in de vorm van een coöperatie van journalisten. https://club.bruxelles2.eu/

Hij schreef de boeken “La défense européenne à l'heure de la guerre en Ukraine”, “La politique européenne de sécurité et de défense commune. Parce que l'Europe vaut bien une défense” en “Europe de la défense”, en becommentarieert het politieke nieuws op LN24, France-Info en RTBF.

Minder
Copyright: Nicolas Gros-Verheyde

Het plan om Europa te herbewapenen

door Nicolas Gros-Verheyde

Tijdens een speciale topbijeenkomst op 6 maart jl. hebben de 27 EU-lidstaten ingestemd met het door Commissievoorzitter Ursula von der Leyen gepresenteerde plan “ReArm Europe”. Dit plan bestaat uit vijf pijlers met voorstellen die zeker interessant zijn, maar waarover het laatste woord nog niet is gezegd.

door Nicolas Gros-Verheyde

Tijdens een speciale topbijeenkomst op 6 maart jl. hebben de 27 EU-lidstaten ingestemd met het door Commissievoorzitter Ursula von der Leyen gepresenteerde plan “ReArm Europe”. Dit plan bestaat uit vijf pijlers met voorstellen die zeker interessant zijn, maar waarover het laatste woord nog niet is gezegd.

De eerste pijler betreft flexibiliteit in het stabiliteits- en groeipact.

De Commissie stelt v...Meer

door Nicolas Gros-Verheyde

Tijdens een speciale topbijeenkomst op 6 maart jl. hebben de 27 EU-lidstaten ingestemd met het door Commissievoorzitter Ursula von der Leyen gepresenteerde plan “ReArm Europe”. Dit plan bestaat uit vijf pijlers met voorstellen die zeker interessant zijn, maar waarover het laatste woord nog niet is gezegd.

De eerste pijler betreft flexibiliteit in het stabiliteits- en groeipact.

De Commissie stelt voor om de ontsnappingsclausule van het stabiliteits- en groeipact in werking te stellen, zodat de lidstaten de defensie-uitgaven met 1,5 % van het bbp kunnen verhogen zonder het gevaar te lopen dat er een buitensporigtekortprocedure wordt opgestart. Dit kan volgens de Commissie over een periode van vier jaar bijna 650 miljard EUR extra opleveren voor defensie-uitgaven. Ursula von der Leyen stelt dat Europa zijn defensie-uitgaven aanzienlijk moet opvoeren.

De tweede pijler betreft een nieuw leningsinstrument voor defensiedoeleinden.

Dit instrument, ter waarde van ca. 150 miljard EUR, zou gefinancierd moeten worden met leningen uit de EU-begroting volgens een systeem dat vergelijkbaar is met macrofinanciële bijstand. Bedoeling is dat het wordt gebruikt op prioritaire gebieden waar ernstige tekortkomingen bestaan: lucht- en raketafweer (het Duitse initiatief inzake een Europees ruimteschild), artilleriesystemen, raketten en munitie, drones en droneafweersystemen, strategische hulpmiddelen, bescherming van kritieke infrastructuur (ook met betrekking tot de ruimte), militaire mobiliteit, cyberdefensie, artificiële intelligentie en elektronische oorlogvoering.

Om de zaak te bespoedigen stelt de Commissie voor een beroep te doen op artikel 122 van het Verdrag, dat louter in uitzonderlijke omstandigheden wordt gebruikt en waarvoor slechts de instemming van de lidstaten in de Raad van de EU nodig is: het Europees Parlement wordt van een desbetreffend besluit alleen in kennis gesteld. Deze omzeiling van het democratische proces zou kunnen worden aangevochten. Het plan om de Europese defensie te versterken werd goedgekeurd op de top van Versailles in maart 2022. Dat is drie jaar geleden! Dit plan kan dus bezwaarlijk “urgent” worden genoemd.

De derde pijler betreft het gebruik van regionale fondsen.

Op korte termijn, zo benadrukt de Commissie, kan de EU met het Europese budget “meer doen” door middelen van bepaalde begrotingslijnen te herschikken. Ze stelt voor om de lidstaten de mogelijkheid te geven cohesiebeleidsprogramma’s te gebruiken om de defensie-uitgaven te verhogen en wil de procedure voor vrijwillige overdrachten naar andere EU-fondsen met defensiedoeleinden vergemakkelijken.

Dit zou forse bezuinigingen in de huidige meerjarenbegroting (2021-2027) vereisen. De vraag is: moeten we sociale of regionale cohesie opofferen voor onze defensie? Deze kwestie moet nader worden besproken.

Tegelijkertijd zou het STEP-platform voor strategische technologieën verder worden kunnen gemobiliseerd door het uit te breiden tot alle technologieën in de defensiesector. Een andere mogelijkheid is volgens de Commissie het versoepelen van bestaande beperkingen, zoals mededingingsregels of regels voor voorfinanciering en medefinanciering.

De vierde pijler betreft leningen van de Europese Investeringsbank (EIB).

De EIB en haar aandeelhouders (de lidstaten) hebben zich herhaaldelijk uitgesproken tegen verdere maatregelen om kredieten puur voor de militaire sector te verlenen; ze geven de voorkeur aan leningen voor producten voor tweeërlei gebruik. De Commissie dringt er dan ook op aan om het beleid van de EIB te wijzigen.

De vijfde pijler betreft het vrijmaken van particulier kapitaal.

Het doel is om de toegang van defensiebedrijven tot kapitaal/financiering – een terugkerend probleem voor de sector – te optimaliseren. Dit idee zou moeten worden opgenomen in de Commissiemededeling over een “spaar- en investeringsunie”.

Minder

Meteen ter zake!

Marcin Nowacki, lid van het EESC en rapporteur van het advies Defensiefinanciering in de EU, somt de aanbevelingen van het EESC op om de veiligheid van de EU te vergroten. Nu de bedreigingen voor de veiligheid toenemen en allianties verschuiven, pleit het EESC voor een uniform en robuust EU-defensiemechanisme. Europa kan niet meer zo sterk afhankelijk zijn van wapenleveranciers van buiten de EU, zoals nu het geval is. Maar het gaat er niet alleen om méér uit te geven, het gaat er ook om verstandig en efficiënt uit te geven.

Marcin Nowacki, lid van het EESC en rapporteur van het advies Defensiefinanciering in de EU, somt de aanbevelingen van het EESC op om de veiligheid van de EU te vergroten. Nu de bedreigingen voor de veiligheid toenemen en allianties verschuiven, pleit het EESC voor een uniform en robuust EU-defensiemechanisme. Europa kan niet meer zo sterk afh...Meer

Marcin Nowacki, lid van het EESC en rapporteur van het advies Defensiefinanciering in de EU, somt de aanbevelingen van het EESC op om de veiligheid van de EU te vergroten. Nu de bedreigingen voor de veiligheid toenemen en allianties verschuiven, pleit het EESC voor een uniform en robuust EU-defensiemechanisme. Europa kan niet meer zo sterk afhankelijk zijn van wapenleveranciers van buiten de EU, zoals nu het geval is. Maar het gaat er niet alleen om méér uit te geven, het gaat er ook om verstandig en efficiënt uit te geven.

Minder

Europese defensie: het gaat erom verstandig en efficiënt uit te geven

Door Marcin Nowacki

Nu Europa wordt geconfronteerd met een snel veranderend geopolitiek landschap, rijst een belangrijke vraag: hoe kan de Europese Unie haar veiligheid waarborgen in een wereld die steeds onzekerder wordt? In het advies Defensiefinanciering in de EU presenteert het EESC een uitgebreide routekaart om de veiligheid van de EU te vergroten en zich voor te bereiden op zowel huidige als toekomstige uitdagingen.

Door Marcin Nowacki

Nu Europa wordt geconfronteerd met een snel veranderend geopolitiek landschap, rijst een belangrijke vraag: hoe kan de Europese Unie haar veiligheid waarborgen in een wereld die steeds onzekerder wordt? In het advies Defensiefinanciering in de EU presenteert het EESC een uitgebreide routekaart om de v...Meer

Door Marcin Nowacki

Nu Europa wordt geconfronteerd met een snel veranderend geopolitiek landschap, rijst een belangrijke vraag: hoe kan de Europese Unie haar veiligheid waarborgen in een wereld die steeds onzekerder wordt? In het advies Defensiefinanciering in de EU presenteert het EESC een uitgebreide routekaart om de veiligheid van de EU te vergroten en zich voor te bereiden op zowel huidige als toekomstige uitdagingen.

Dit advies komt op een moment waarop de veiligheidsdreigingen escaleren. Centraal in het advies van het EESC staat de oproep voor een uniform en robuust EU-financieringsmechanisme voor defensie. De huidige financieringsstructuren zijn ontoereikend en verandering is noodzakelijk. Zonder een meer gecoördineerde aanpak van defensiefinanciering dreigt de EU achterop te raken bij de bescherming van haar belangen. Een van de punten van zorg die in het advies worden genoemd, is het feit dat “78% van de 75 miljard EUR die de EU-landen aan overheidsopdrachten op defensiegebied hebben besteed, naar leveranciers van buiten de EU is gegaan", zoals staat te lezen in het verslag van de Commissie over de toekomst van het Europese concurrentievermogen. Deze toenemende afhankelijkheid van externe leveranciers mag niet worden genegeerd.

Het gaat er echter niet alleen om méér uit te geven, het gaat er ook om verstandig en efficiënt uit te geven. Het EESC beveelt aan de coördinatie tussen de EU en de NAVO te versterken, meer geld uit te trekken voor initiatieven als het Europees Defensiefonds (EDF) en de Europese Vredesfaciliteit (EPF), en de nadruk te leggen op gezamenlijke aankopen om middelen te stroomlijnen en de kosten te verlagen. Bovendien pleit het EESC ervoor dat de Europese NAVO-leden ten minste 2,5% van hun bbp aan defensie besteden, een stap die het antwoord van Europa op de huidige geopolitieke dreigingen zou versterken. Deze hogere uitgavendoelstelling zorgt ervoor dat de Europese NAVO-leden effectiever bijdragen aan de collectieve veiligheid en tegelijkertijd de volledige soevereiniteit over hun strijdkrachten behouden.

Ook initiatieven als de verordening ter ondersteuning van de productie van munitie (Act in Support of Ammunition Production – ASAP) en de wet ter versterking van de Europese defensie-industrie door middel van gemeenschappelijke aanbestedingen (Edirpa) zijn essentieel om de defensievermogens van de EU te versterken. Deze inspanningen zullen Europa in staat stellen de middelen doeltreffend te bundelen en zowel militaire als civiele paraatheid te waarborgen.

Technologische vooruitgang, met inbegrip van artificiële intelligentie, drones en cyberbeveiliging, wordt steeds belangrijker voor de nationale veiligheid. Het EESC hamert op het belang van investeringen op deze gebieden om opkomende bedreigingen voor te blijven. Samenwerking tussen de publieke en private sector is de sleutel tot innovatie, met name op het gebied van AI, drones en cyberbeveiligingssystemen.

In het advies wordt ook gepleit voor een veerkrachtige Europese defensie-industrie en een sterkere samenwerking tussen bedrijven, kleine en middelgrote ondernemingen en overheden. Door innovatie te stimuleren en ervoor te zorgen dat Europa concurrerend blijft, wordt de afhankelijkheid van externe leveranciers verminderd en wordt een meer zelfvoorzienende defensie-industrie opgebouwd.

Bovendien mogen we de regionale initiatieven binnen de EU niet vergeten. Door de regionale samenwerking te versterken kunnen defensiestrategieën beter worden afgestemd op de specifieke veiligheidsbehoeften van verschillende lidstaten. Deze aanpak zorgt ervoor dat regionale problemen adequaat worden aangepakt binnen het bredere EU-kader.

Het versterken van de defensie van de EU gaat niet alleen over veiligheid, maar ook over het hooghouden van de waarden van de EU. Wij zijn van mening dat de EU, door de in ons advies uiteengezette routekaart te volgen, haar toekomst kan veiligstellen en haar vrede en economische belangen kan beschermen.

Minder

Een vraag voor...

We vroegen Javier Garat Pérez, rapporteur voor het EESC-advies Aanbevelingen van het maatschappelijk middenveld voor een Europees oceaanpact, naar het belangrijkste advies van het EESC ten behoeve van het initiatief van de Europese Commissie waarin een alomvattende visie voor het oceaangerelateerde beleid in brede zin wordt uiteengezet. Welke specifieke maatregelen moeten worden genomen om de oceanen te beschermen tegen verwoesting en vervuiling en om hun biodiversiteit te behouden? Wat zijn de grootste bedreigingen voor de gezondheid van oceanen en welke oplossingen stelt het EESC voor? 

We vroegen Javier Garat Pérez, rapporteur voor het EESC-advies Aanbevelingen van het maatschappelijk middenveld voor een Europees oceaanpact, naar het belangrijkste advies van het EESC ten behoeve van het initiatief van de Europese Commissie waarin een alomvattende visie voor het oceaangerelateerde beleid in brede zin wordt uiteengezet. We...Meer

We vroegen Javier Garat Pérez, rapporteur voor het EESC-advies Aanbevelingen van het maatschappelijk middenveld voor een Europees oceaanpact, naar het belangrijkste advies van het EESC ten behoeve van het initiatief van de Europese Commissie waarin een alomvattende visie voor het oceaangerelateerde beleid in brede zin wordt uiteengezet. Welke specifieke maatregelen moeten worden genomen om de oceanen te beschermen tegen verwoesting en vervuiling en om hun biodiversiteit te behouden? Wat zijn de grootste bedreigingen voor de gezondheid van oceanen en welke oplossingen stelt het EESC voor? 

Minder

Aanbevelingen van het EESC voor het Europees oceaanpact - Een blauwdruk voor concurrentievermogen, veerkracht en welvaart

Door Javier GARAT PÉREZ

In reactie op het initiatief voor een Europees oceaanpact van Commissievoorzitter Ursula von der Leyen heeft het Europees Economisch en Sociaal Comité (EESC) belangrijke aanbevelingen gedaan voor een alomvattende en evenwichtige benadering van oceaanbeheer. De visie van het EESC is gericht op het waarborgen van gezonde en productieve oceanen, het stimuleren van de blauwe economie van de EU, het versterken van marien onderzoek en mariene innovatie en het veiligstellen van mariene ecosystemen voor toekomstige generaties.

Door Javier GARAT PÉREZ

In reactie op het initiatief voor een Europees oceaanpact van Commissievoorzitter Ursula von der Leyen heeft het Europees Economisch en Sociaal Comité (EESC) belangrijke aanbevelingen gedaan voor een alomvattende en evenwichtige benadering van oceaanbeheer. De visie van het EESC is gericht op het waarborgen van gezonde en productieve oceanen, het stimuleren van de blauwe economie van de EU, het versterken van marien onderzoek en mar...Meer

Door Javier GARAT PÉREZ

In reactie op het initiatief voor een Europees oceaanpact van Commissievoorzitter Ursula von der Leyen heeft het Europees Economisch en Sociaal Comité (EESC) belangrijke aanbevelingen gedaan voor een alomvattende en evenwichtige benadering van oceaanbeheer. De visie van het EESC is gericht op het waarborgen van gezonde en productieve oceanen, het stimuleren van de blauwe economie van de EU, het versterken van marien onderzoek en mariene innovatie en het veiligstellen van mariene ecosystemen voor toekomstige generaties.

Het potentieel van de blauwe economie ontsluiten

Het EESC onderstreept het belang van de ontwikkeling van een robuuste en concurrerende blauwe economie. Dit houdt in dat regelgevingskaders moeten worden vereenvoudigd, voor strategische autonomie moet worden gezorgd, innovatie moet worden gestimuleerd en vooruitgang moet worden geboekt op weg naar decarbonisatie.

Ten behoeve van een bloeiende maritieme industrie bepleit het EESC dringende investeringen in e-brandstoffen, hernieuwbare offshore-energie en innovatieve mariene technologieën. Daarnaast zal het opzetten van een sterke maritieme cluster met duidelijke duurzaamheidsdoelen bijdragen tot het behoud van Europa’s leidende positie in de maritieme industrie. Daartoe is het onontbeerlijk een “Industriële alliantie voor waardeketens van de blauwe economie” in het leven te roepen en de EU-strategie voor maritieme veiligheid te versterken.

Het EESC beveelt aan om bestaand beleid, zoals het gemeenschappelijk visserijbeleid, te evalueren. Duurzame visserij moet voortdurend worden ondersteund en de afhankelijkheid van ingevoerde vis en schaal- en schelpdieren moet worden verminderd. Voor deze invoer moeten dezelfde sociale en milieunormen gelden als voor EU-visserijproducten. Voorts dringt het EESC er bij de Commissie op aan om voor 2026 een EU-actieplan voor "blauw voedsel" te ontwikkelen.

Verbetering van mariene kennis, marien onderzoek en mariene innovatie

Het EESC dringt aan op meer financiering voor marien onderzoek en mariene innovatie en benadrukt de behoefte aan wereldwijde wetenschappelijke samenwerking en betere technologie in de maritieme sector. Om dit mogelijk te maken, stelt het voor om centra voor de blauwe economie en een waarnemingspost voor de oceanen op te zetten.

Stimuleren van investeringen en financiering voor duurzame oceanen

Het EESC wijst op de noodzaak om aanzienlijke publieke en private financiering te mobiliseren ter ondersteuning van SDG 14 (leven in het water). Daartoe moeten binnen EU-financieringsprogramma’s zoals Horizon Europa speciale begrotingslijnen voor oceaangerelateerde projecten worden gecreëerd. Het Europees Fonds voor maritieme zaken, visserij en aquacultuur (EFMZVA) moet ook meer middelen krijgen om concurrerende en koolstofvrije sectoren te ondersteunen.

Een sociaal inclusieve en rechtvaardige transitie

In een veerkrachtige oceaaneconomie moeten werknemers in de maritieme sector billijk worden behandeld. Het EESC pleit voor maatregelen om het tekort aan arbeidskrachten aan te pakken, generatievernieuwing te stimuleren en omscholingsmogelijkheden te bieden. Er moet in uitgebreide sociale ondersteuningssystemen worden voorzien om werknemers te beschermen, met name werknemers die door technologische veranderingen niet kunnen overstappen naar een nieuwe functie.

Zorgen voor gezonde en veerkrachtige oceanen

Onze oceanen worden op tal van manieren bedreigd, door klimaatverandering, vervuiling, plastic en menselijke druk. Het EESC roept daarom op tot meer inspanningen voor herstel, bescherming en duurzame instandhouding van mariene omgevingen, overeenkomstig mondiale verbintenissen op het gebied van biodiversiteit. Het bereiken van een “goede milieutoestand” is tegelijkertijd cruciaal voor economische stabiliteit en klimaatbestendigheid. Daarnaast moeten we dringend investeren in groene infrastructuur, het terugdringen van verontreiniging en een Europees plan voor aanpassing aan de klimaatverandering, terwijl we ook het leiderschap van de EU in de mondiale mariene governance moeten versterken.

Zorgen voor een alomvattend kader voor oceaanbeheer

Om de economische welvaart te stimuleren en tegelijkertijd de grenzen van onze planeet te respecteren, pleit het EESC voor regionale samenwerking met lokale gemeenschappen met het oog op coherent beleid. Ook dringt het aan op betere internationale overeenkomsten, sterkere EU-oceaandiplomatie en specifieke werkgroepen die zich binnen de EU-instellingen met maritieme kwesties bezighouden.

Tot slot beveelt het EESC aan om de maritieme ruimtelijke ordening te verbeteren, zodat er een evenwicht kan worden gevonden tussen uiteenlopende belangen, zoals de uitbreiding van offshore-energie enerzijds en visserij en aquacultuur anderzijds. Doel is co-existentie en duurzaamheid te bevorderen en er tegelijkertijd voor te zorgen dat traditionele vissersgemeenschappen in stand worden gehouden en bij de besluitvorming worden betrokken.

Minder
Nieuws van het EESC

Het maatschappelijk middenveld onder vuur: waarom de EU nu in actie moet komen

Op tal van plaatsen in Europa en Amerika zijn maatschappelijke organisaties onder vuur komen te liggen. De EU moet nu actie ondernemen om hen te verdedigen en de democratie te vrijwaren. Het Europees Economisch en Sociaal Comité (EESC) heeft in een plenair debat op de Internationale Dag van ngo’s duidelijk gesteld dat maatschappelijke organisaties onmisbaar zijn voor het verdedigen van de democratie. Nu de geldkraan steeds verder wordt dichtgedraaid en hun voortbestaan op het spel staat, moet de EU onmiddellijk actie ondernemen om hen te beschermen en te steunen.

Op tal van plaatsen in Europa en Amerika zijn maatschappelijke organisaties onder vuur komen te liggen. De EU moet nu actie ondernemen om hen te verdedigen en de democratie te vrijwaren. Het Europees Economisch en Sociaal Comité (EESC) heeft in een plenair debat op de Internationale Dag van ngo’s duidelijk gesteld dat maatschappelijke organisaties onmisbaar zijn voor het verdedigen van de democratie. Nu de geldkraan steeds verder wordt dichtgedraaid en hun voortbestaan op...Meer

Op tal van plaatsen in Europa en Amerika zijn maatschappelijke organisaties onder vuur komen te liggen. De EU moet nu actie ondernemen om hen te verdedigen en de democratie te vrijwaren. Het Europees Economisch en Sociaal Comité (EESC) heeft in een plenair debat op de Internationale Dag van ngo’s duidelijk gesteld dat maatschappelijke organisaties onmisbaar zijn voor het verdedigen van de democratie. Nu de geldkraan steeds verder wordt dichtgedraaid en hun voortbestaan op het spel staat, moet de EU onmiddellijk actie ondernemen om hen te beschermen en te steunen.

Op 27 februari jl. heeft het EESC een debat gehouden over het thema “De EU en het maatschappelijk middenveld: versterking van democratie en participatie”. Dit bood vertegenwoordigers en deskundigen van maatschappelijke organisaties en leden van het Europees Parlement de kans om de rol van de maatschappelijke organisaties op dit cruciale gebied te bespreken en te evalueren.

Europarlementariër Raquel García Hermida-van der Walle (Renew Europe) wees erop dat maatschappelijke organisaties vaak bijdragen aan de nodige checks-and-balances. Maatschappelijke organisaties zorgen ook voor verschillende methoden van sociale interactie en kunnen daarmee diensten verlenen die door de overheid niet altijd worden geleverd. Als gevolg hiervan kunnen maatschappelijke organisaties soms politiek lastig zijn voor overheden en komen ze dikwijls als eerste onder vuur te liggen.

Nicholas Aiossa, directeur van Transparency International Europe, zei: “Er is een bewuste politieke campagne in het Europees Parlement gaande om maatschappelijke organisaties in diskrediet te brengen, de financiering ervan te beperken en hun rol en functie te verstoren. En dat terwijl er geen bewijs van financiële onregelmatigheden is gevonden.”

In januari werden ngo’s die actief zijn op het gebied van milieu en klimaat er door de centrumrechtse Europese Volkspartij (EVP) in het Europees Parlement (EP) van beschuldigd dat ze door de Europese Commissie worden gefinancierd om te lobbyen bij het EP, andere EU-instellingen en Europarlementariërs. Dit heeft tot grote verontwaardiging onder Europese maatschappelijke organisaties geleid.

Kritiek op maatschappelijke organisaties is van alle tijden, maar de recente aanvallen worden in de hand gewerkt door nepnieuws en misinformatie. Brikena Xhomaqi, covoorzitter van de Verbindingsgroep van het EESC, betoogde dat de huidige situatie een wake-upcall voor alle maatschappelijke organisaties is om de handen ineen te slaan en verandering teweeg te brengen. “Mensen moeten beseffen dat de meeste maatschappelijke organisaties afhankelijk zijn van vrijwilligerswerk, zodat we geen belastinggeld verspillen.”

De deelnemers riepen de Europese Commissie ook op om zich krachtiger over dit onderwerp uit te spreken en opperden een aantal manieren om de rol van maatschappelijke organisaties te versterken.

Mevrouw García Hermida-Van Der Walle zei dat ze erop zal aandringen dat de rol van maatschappelijke organisaties in het verslag over de rechtsstaat meer erkend en versterkt wordt en dat het conditionaliteitsmechanisme als een randvoorwaarde wordt gesteld.

EP-lid Michał Wawrykiewicz (EVP) zei het als zijn taak te zien om het bewustzijn over deze fundamentele onderwerpen binnen zijn fractie te vergroten. Ook bracht hij naar voren dat besluitvormers erop moet worden gewezen dat maatschappelijke organisaties en ngo’s actief zijn in het veld en cruciale diensten verlenen die het leven van mensen direct beïnvloeden.

EESC-voorzitter Oliver Röpke onderschreef de standpunten van de vertegenwoordigers van maatschappelijke organisaties: “We moeten ons verzetten tegen pogingen om deze organisaties te delegitimeren of om hun toegang tot middelen die essentieel zijn voor democratische participatie te beperken. Gezien het inperken van de financiering en de toenemende politieke druk moet ervoor gezorgd worden dat maatschappelijke organisaties kunnen rekenen op krachtigere steun, zodat ze hun belangrijke werk kunnen voortzetten.” (at)

Minder

Het maatschappelijk middenveld is opgewassen tegen grote uitdagingen

Van 17-20 maart 2025 heeft het Europees Economisch en Sociaal Comité de Week van het maatschappelijk middenveld gehouden. Die werd bijgewoond door meer dan 800 deelnemers van maatschappelijke organisaties en belangengroepen uit heel Europa, waaronder jongerenorganisaties en ngo’s. Ook de pers was aanwezig. Tijdens de openingszitting werd erop gewezen dat de ruimte voor het maatschappelijk middenveld moet worden beschermd door middel van juridische actie en dat er voor maatschappelijke organisaties een sleutelrol is weggelegd. Zij moeten immers de beleidsmakers ter verantwoording roepen, bruggen bouwen, sociale veerkracht bevorderen en een stem geven aan degenen die al te vaak niet worden gehoord. 

Van 17-20 maart 2025 heeft het Europees Economisch en Sociaal Comité de Week van het maatschappelijk middenveld gehouden. Die werd bijgewoond door meer dan 800 deelnemers van maatschappelijke organisaties en belangengroepen uit heel Europa, waaronder jongerenorganisaties en ngo’s. Ook de pers was aanwezig. Tijdens de openingszitting werd erop gewezen dat de ruimte voor het maatschappelijk middenveld moet worden beschermd door middel van juridische actie en dat er voor maa...Meer

Van 17-20 maart 2025 heeft het Europees Economisch en Sociaal Comité de Week van het maatschappelijk middenveld gehouden. Die werd bijgewoond door meer dan 800 deelnemers van maatschappelijke organisaties en belangengroepen uit heel Europa, waaronder jongerenorganisaties en ngo’s. Ook de pers was aanwezig. Tijdens de openingszitting werd erop gewezen dat de ruimte voor het maatschappelijk middenveld moet worden beschermd door middel van juridische actie en dat er voor maatschappelijke organisaties een sleutelrol is weggelegd. Zij moeten immers de beleidsmakers ter verantwoording roepen, bruggen bouwen, sociale veerkracht bevorderen en een stem geven aan degenen die al te vaak niet worden gehoord.

Het thema van de Week van het maatschappelijk middenveld in 2025 was Versterking van de cohesie en de participatie in gepolariseerde samenlevingen. Dit jaar stonden er drie belangrijke initiatieven op de agenda: de panels van de EESC-verbindingsgroep, de Dag van het Europees burgerinitiatief en de uitreiking van de EESC-prijs voor het maatschappelijk middenveld. De bedoeling was om:

  • de polarisatie tegen te gaan die de afgelopen jaren is toegenomen door de financiële crisis, de klimaatverandering en de groeiende inkomensongelijkheid;
  • de belangrijke rol te benadrukken die het maatschappelijk middenveld in dit verband kan spelen, en
  • de door het maatschappelijk middenveld voorgestelde oplossingen en geformuleerde eisen voor de EU-beleidsmakers te verzamelen om de polarisatie in Europa te bestrijden door de sociale cohesie en de democratische participatie op belangrijke maatschappelijke terreinen te versterken.

In zijn openingstoespraak benadrukte EESC-voorzitter Oliver Röpke: “Het maatschappelijk middenveld moet de huidige uitdagingen aangaan. Participatie, dialoog en solidariteit zijn meer dan mooie idealen – ze vormen het fundament van een veerkrachtig en verenigd Europa. Hier, in het kader van de Week van het maatschappelijk middenveld, willen we nogmaals bevestigen dat wij ons inzetten voor inclusie en actief burgerschap. Een sterke democratie is niet alleen afhankelijk van haar instellingen, maar ook van de betrokkenheid van al haar burgers.”

Albena Azmanova, hoogleraar politieke en sociale wetenschappen aan City Saint George’s, University of London, sprak over de groeiende economische onzekerheid waarmee de meerderheid van de mensen te maken heeft: de zogenaamde “epidemie van precariteit”. Ze legde uit dat in tijden van extreme onveiligheid de sleutel tot een doorbraak bij het maatschappelijk middenveld ligt:

“Door de grootschalige economische onzekerheid hebben de mensen niet meer de kracht om terug te vechten. Het maatschappelijk middenveld daarentegen is nog strijdvaardig. Burgeractivisten zijn gedreven en hebben een doel voor ogen. Zij willen iets ondernemen tegen bepaalde misstanden. Zij zijn de zichtbare armen en benen van de democratie.”

Younous Omarjee, ondervoorzitter van het Europees Parlement, zei: “In tijden van toenemend individualisme creëert het maatschappelijk middenveld een gevoel van saamhorigheid tussen de burgers en dient het als bolwerk tegen de verspreiding van extreemrechtse ideeën.”

Adriana Porowska, minister voor het maatschappelijk middenveld namens het Poolse voorzitterschap, sprak over de cruciale rol van ngo’s bij het opbouwen van sociale veerkracht en hun belang voor kwetsbare groepen en mensen in afgelegen gebieden. Ze vertelde hoe het maatschappelijk middenveld in Polen de veerkracht van het land versterkt.

Brikena Xhomaqi, covoorzitter van de EESC-verbindingsgroep met Europese maatschappelijke organisaties en netwerken, benadrukte dat het adagium van de EU “eenheid in verscheidenheid” door mensen aan de basis in praktijk wordt gebracht. Tegelijkertijd liggen maatschappelijke organisaties en ngo’s steeds meer onder vuur en worden hun financiering en rol ter discussie gesteld. “Zonder de juiste middelen kunnen maatschappelijke organisaties hun werk niet doen. Onze overheidsinstellingen moeten de ruimte voor het maatschappelijk middelveld beschermen, ook op juridisch vlak, want het zijn de maatschappelijke organisaties die zorgen voor sociale cohesie en voor eenheid in verscheidenheid.”

Minder

Slowaakse Debatbond wint 15e EESC-prijs voor het maatschappelijk middenveld, in het teken van de strijd tegen schadelijke polarisatie

Met zijn prijs voor het maatschappelijk middenveld zet het EESC uitzonderlijke initiatieven vanuit het maatschappelijk middenveld voor de instandhouding en versterking van de Europese identiteit en het Europees burgerschap in het zonnetje. De prijs staat ieder jaar in het teken van een ander thema van groot maatschappelijk belang dat het werkterrein van het EESC bestrijkt.

Met zijn prijs voor het maatschappelijk middenveld zet het EESC uitzonderlijke initiatieven vanuit het maatschappelijk middenveld voor de instandhouding en versterking van de Europese identiteit en het Europees burgerschap in het zonnetje. De prijs staat ieder jaar in het teken van een ander thema van groot maatschappelijk belang dat het werkterrein van het EESC bestrijkt.

Op 20 maart heeft het Europees Economisch en Sociaal Comité (EESC) drie maatschappelijke or...Meer

Met zijn prijs voor het maatschappelijk middenveld zet het EESC uitzonderlijke initiatieven vanuit het maatschappelijk middenveld voor de instandhouding en versterking van de Europese identiteit en het Europees burgerschap in het zonnetje. De prijs staat ieder jaar in het teken van een ander thema van groot maatschappelijk belang dat het werkterrein van het EESC bestrijkt.

Op 20 maart heeft het Europees Economisch en Sociaal Comité (EESC) drie maatschappelijke organisaties uit respectievelijk Slowakije, België en Frankrijk onderscheiden voor hun baanbrekende projecten in de strijd tegen de toenemende schadelijke polarisatie in de Europese Unie.

Het prijzengeld van 32 000 euro werd verdeeld onder de drie laureaten.

De hoofdprijs van 14 000 euro werd toegekend aan de Slowaakse Debatbond voor het initiatief Olympiade voor kritisch denken (The Critical Thinking Olympiad), bedoeld om de Slowaakse jeugd weerbaarder te maken tegen desinformatie. Het betreft een wedstrijd in drie leeftijdsgroepen waarin studenten media-uitdagingen uit de echte wereld aangaan en content beoordelen op betrouwbaarheid.

De twee andere laureaten ontvingen elk 9 000 EUR.

Het Franse Reporters d’Espoirs sleepte de tweede prijs in de wacht met hun “Prix Européen Jeunes Reporters d'Espoirs”, een Franstalig opleidingsprogramma voor oplossingsgerichte journalistiek.

De derde prijs ging naar FEC Diversité uit België, voor hun project “ESCAPE GAME EXTRÊME DROITE pour se désintoxiquer”, een immersief spel dat is bedoeld om extreemrechtse ideologieën te bestrijden.

Over de 15e EESC-prijs voor het maatschappelijk middenveld

De 15e EESC-prijs voor het maatschappelijk middenveld stond open voor particulieren, bedrijven en maatschappelijke organisaties die met hun non-profitprojecten de strijd aanbinden met schadelijke polarisatie in de Europese Unie.

De afgelopen jaren is Europa getroffen door meerdere crises, van de Russische aanvalsoorlog tegen Oekraïne en de stijgende energieprijzen en kosten van levensonderhoud tot de aanhoudende economische en sociale nasleep van de COVID-19-pandemie. Dergelijke crises kunnen het vertrouwen in overheidsinstellingen ondermijnen en schadelijke polarisatie in de samenleving in de hand werken.

Polarisatie kan erbij horen in een open, pluralistische samenleving, maar toenemend populisme en negatieve polarisatie plaatsen de Europese democratieën voor grote uitdagingen. Europa wordt ook geconfronteerd met een voortdurende versplintering van het traditionele medialandschap, toenemende desinformatie en aanvallen op de mediavrijheid, die alle een bedreiging vormen voor de democratische waarden.

De winnaars van dit jaar werden gekozen uit meer dan 50 inzendingen uit 15 lidstaten. De winnende projecten zijn gekozen vanwege de buitengewone creativiteit en inzet van hun initiatiefnemers in de strijd tegen schadelijke polarisatie in de Europese samenleving.

Aurel Laurenţiu Plosceanu, EESC-vicevoorzitter voor communicatie: “Het maatschappelijk middenveld speelt een fundamentele rol bij de bescherming van de Europese democratie, zoals opnieuw is gebleken uit de opmerkelijke en veelzijdige inzendingen van dit jaar”.

Minder

Drie jaar oorlog van Rusland tegen Oekraïne: de koers uitzetten voor de geopolitieke toekomst van de EU

“Drie jaar na de start van de meedogenloze en niet-uitgelokte aanvalsoorlog van Rusland tegen Oekraïne – een aanval op een soevereine natie, maar ook op fundamentele waarden als democratie, menselijke waardigheid en de op regels gebaseerde internationale orde – herbevestigen wij onze solidariteit met het Oekraïense volk”, zei EESC-voorzitter Oliver Röpke in een verklaring tijdens de EESC-zitting in februari.

“Drie jaar na de start van de meedogenloze en niet-uitgelokte aanvalsoorlog van Rusland tegen Oekraïne – een aanval op een soevereine natie, maar ook op fundamentele waarden als democratie, menselijke waardigheid en de op regels gebaseerde internationale orde – herbevestigen wij onze solidariteit met het Oekraïense volk”, zei EESC-voorzitter Oliver Röpke in een verklaring tijdens de EESC-zitting in februari.

Sinds de eerste dag van...Meer

“Drie jaar na de start van de meedogenloze en niet-uitgelokte aanvalsoorlog van Rusland tegen Oekraïne – een aanval op een soevereine natie, maar ook op fundamentele waarden als democratie, menselijke waardigheid en de op regels gebaseerde internationale orde – herbevestigen wij onze solidariteit met het Oekraïense volk”, zei EESC-voorzitter Oliver Röpke in een verklaring tijdens de EESC-zitting in februari.

Sinds de eerste dag van deze inval hebben wij Oekraïne bijgestaan - niet alleen met woorden, maar ook met daden. Vandaag benadrukken wij nog eens onze niet aflatende steun voor de soevereiniteit, democratie en Europese toekomst van Oekraïne. Wij roepen de EU op om haar politieke, economische, humanitaire en militaire steun voort te zetten en op te voeren.

Het Oekraïense volk heeft buitengewone moed en weerbaarheid aan de dag gelegd bij het verdedigen van hun land en van de beginselen die ons als Europeanen verenigen. Sinds dag één hebben het EESC, zijn leden en het door het EESC vertegenwoordigde Europees maatschappelijk middenveld Oekraïne bijgestaan, niet alleen in woorden maar ook met daden.

In een tijd van toenemende geopolitieke onzekerheid zijn de recente verklaringen van vertegenwoordigers van de VS waarin de collectieve defensieverplichtingen van de NAVO in twijfel worden getrokken, uiterst alarmerend. Europa kan het zich niet veroorloven achterover te leunen.

Oekraïne vecht niet alleen voor zijn overleving, maar voor de veiligheid van het hele Europese continent.

De EU-leiders moeten dit moment aangrijpen om de Europese veiligheids- en defensiecapaciteit te versterken, strategische autonomie te herdefiniëren, het multilateralisme te verdedigen, de samenwerking met de Verenigde Naties te verdiepen en sterkere mondiale partnerschappen te smeden met democratische bondgenoten buiten Europa.

Europa moet nu in actie komen.

Halfhartigheid speelt autocraten en agressors in de kaart.

De democratieën moeten eensgezind en standvastig optreden.

Het EESC roept de EU op haar strategische autonomie te versterken, op te komen voor democratie en de grondrechten, en zich resoluut achter Oekraïne te scharen. De EU moet onverwijld strategische geopolitieke actie ondernemen.

U kunt de volledige verklaring hier lezen. (at)

Minder

De prioriteit van het Poolse EU-voorzitterschap: de Europese veiligheid versterken en Europa verenigd houden

De belangrijkste taak van het huidige Poolse voorzitterschap van de Raad van de Europese Unie is om Europa verenigd te houden, vooruit te komen en snelle beslissingen te nemen.

De belangrijkste taak van het huidige Poolse voorzitterschap van de Raad van de Europese Unie is om Europa verenigd te houden, vooruit te komen en snelle beslissingen te nemen.

Tijdens de februarizitting hield het Europees Economisch en Sociaal Comité een debat over de prioriteiten van het Poolse EU-voorzitterschap met Magdalena Sobkowiak-Czarnecka, Pools staatssecretaris voor EU-aangelegenheden.

Verwijzend naar de externe veiligheid van de EU en in ...Meer

De belangrijkste taak van het huidige Poolse voorzitterschap van de Raad van de Europese Unie is om Europa verenigd te houden, vooruit te komen en snelle beslissingen te nemen.

Tijdens de februarizitting hield het Europees Economisch en Sociaal Comité een debat over de prioriteiten van het Poolse EU-voorzitterschap met Magdalena Sobkowiak-Czarnecka, Pools staatssecretaris voor EU-aangelegenheden.

Verwijzend naar de externe veiligheid van de EU en in het bijzonder naar de aanvalsoorlog tegen Oekraïne, zei mevrouw Sobkowiak-Czarnecka: “Ons doel is om Oekraïne te blijven helpen en de eenheid binnen de EU te bewaren.” Ze noemde het 16e pakket sancties tegen Rusland als een van de eerste resultaten van het Poolse voorzitterschap.

EESC-voorzitter Oliver Röpke benadrukte dat Polen het roulerende EU-voorzitterschap heeft overgenomen in een tijd van grote uitdagingen, zoals geopolitieke spanningen en energiecrises.

"Tijdens het debat van vandaag is er opnieuw op gewezen dat stabiliteit, weerbaarheid en eenheid cruciaal zijn om de toekomst van de Europese Unie vorm te geven", zo zei hij. "De prioriteiten van het Poolse voorzitterschap sluiten nauw aan bij onze collectieve ambities, met name wat betreft het bevorderen van een multidimensionale benadering van veiligheid. In een tijd van wereldwijde onzekerheid blijft ons streven naar een daadkrachtig en coöperatief optreden onwrikbaar.”

Onder het motto “Veiligheid, Europa!” zal het Poolse EU-voorzitterschap werken aan zeven dimensies van veiligheid – extern, intern, economisch, voedsel, energie, gezondheid en informatie.

In de afgelopen maanden is de samenwerking tussen het EESC en het Poolse voorzitterschap intensief en productief geweest. Het EESC heeft 15 verkennende adviezen opgesteld, die al zijn goedgekeurd of binnenkort zullen worden goedgekeurd. (mp)

Minder
Copyright: NATO

Krachtige investeringen en NAVO-samenwerking zijn van cruciaal belang om de Europese defensie te versterken

Met het oog op de toenemende veiligheidsdreigingen heeft Europa dringend behoefte aan een uniforme strategie voor defensiefinanciering. Op verzoek van het Poolse EU-voorzitterschap heeft het EESC een advies goedgekeurd waarin het oproept tot doortastende maatregelen: meer investeringen in moderne systemen, intensievere NAVO-samenwerking en meer financiering binnen het financieel kader van de EU.

Met het oog op de toenemende veiligheidsdreigingen heeft Europa dringend behoefte aan een uniforme strategie voor defensiefinanciering. Op verzoek van het Poolse EU-voorzitterschap heeft het EESC een advies goedgekeurd waarin het oproept tot doortastende maatregelen: meer investeringen in moderne systemen, intensievere NAVO-samenwerking en meer financiering binnen het financieel kader van de EU.

De risico’s voor de veiligheid van Europa nemen alsmaar toe en brenge...Meer

Met het oog op de toenemende veiligheidsdreigingen heeft Europa dringend behoefte aan een uniforme strategie voor defensiefinanciering. Op verzoek van het Poolse EU-voorzitterschap heeft het EESC een advies goedgekeurd waarin het oproept tot doortastende maatregelen: meer investeringen in moderne systemen, intensievere NAVO-samenwerking en meer financiering binnen het financieel kader van de EU.

De risico’s voor de veiligheid van Europa nemen alsmaar toe en brengen de afhankelijkheid van externe defensieleveranciers aan het licht: 78 % van de 75 miljard EUR die de EU-landen in een jaar tijd hebben uitgegeven aan defensieopdrachten, ging naar leveranciers van buiten de EU. Het versterken van de Europese technologische en industriële defensiebasis (EDTIB) is van cruciaal belang om deze afhankelijkheid te verminderen.

Marcin Nowacki, rapporteur van het EESC-advies over Defensiefinanciering in de EU, licht toe: "De financieringsmechanismen van de EU op defensiegebied moeten worden herzien om de uitdagingen van deze tijd het hoofd te kunnen bieden. De bestaande begrotingsregels beperken de militaire uitgaven, en hoewel initiatieven zoals het Europees Defensiefonds (EDF) en de Europese Vredesfaciliteit (EPF) een stap vooruit betekenen, blijven ze ontoereikend om de huidige bedreigingen in volle omvang aan te pakken.

Samenwerking binnen de NAVO is essentieel voor interoperabiliteit en een uniforme strategie. Gezamenlijke aanbestedingen, cyber- en ruimtebeveiligingspartnerschappen en het IRIS2-satellietproject zullen de veerkracht vergroten. De defensiefinanciering moet in overeenstemming zijn met de bredere EU-prioriteiten en mag de sociale en milieudoelstellingen niet in gevaar brengen. Strategische investeringen, innovatie en langetermijnplanning zijn essentieel om de veiligheid en autonomie van Europa te waarborgen. (tk)

Minder

EESC voegt de daad bij het woord en stelt prioriteiten vast in de strijd tegen genderongelijkheid en geweld tegen vrouwen

Tijdens het EESC-forum op hoog niveau over vrouwenrechten bespraken de prominente deelnemers dringende kwesties rond vrouwenrechten. Ook werden de belangrijkste prioriteiten geformuleerd in de aanloop naar de komende zitting van de VN-commissie inzake de status van de vrouw

Tijdens het EESC-forum op hoog niveau over vrouwenrechten bespraken de prominente deelnemers dringende kwesties rond vrouwenrechten. Ook werden de belangrijkste prioriteiten geformuleerd in de aanloop naar de komende zitting van de VN-commissie inzake de status van de vrouw

De boodschap van het EESC-forum op hoog niveau over vrouwenrechten was duidelijk: er is vooruitgang geboekt, maar niet genoeg. Hoewel de EU stappen heeft ondernomen om vrouwen en meisjes te bescherme...Meer

Tijdens het EESC-forum op hoog niveau over vrouwenrechten bespraken de prominente deelnemers dringende kwesties rond vrouwenrechten. Ook werden de belangrijkste prioriteiten geformuleerd in de aanloop naar de komende zitting van de VN-commissie inzake de status van de vrouw

De boodschap van het EESC-forum op hoog niveau over vrouwenrechten was duidelijk: er is vooruitgang geboekt, maar niet genoeg. Hoewel de EU stappen heeft ondernomen om vrouwen en meisjes te beschermen, worden de hard bevochten verworvenheden in Europa nog steeds bedreigd door structurele vormen van ongelijkheid, genderstereotypen en doordat vrouwenrechten op veel plaatsen worden teruggeschroefd. Zolang er structurele barrières blijven bestaan, kunnen vrouwen niet volledig deelnemen aan de samenleving.

Het forum op hoog niveau, dat op 26 februari plaatsvond als onderdeel van de EESC-zitting, werd bijgewoond door Sif Holst, voorzitter van de ad-hocgroep Gelijkheid van het EESC, EESC-voorzitter Oliver Röpke, Hadja Lahbib, Europees commissaris voor Gelijkheid, Paraatheid en Crisisbeheer, Carlien Scheele, directeur Europees Instituut voor gendergelijkheid, Florence Raes, directeur van het Brusselse kantoor van UN Women, Ayşe Yürekli, vertegenwoordiger EU bij Kagider, Turkse vereniging voor vrouwelijke ondernemers, Mary Collins, secretaris-generaal Europese Vrouwenlobby en Cianán Russell, senior beleidsmedewerker bij ILGA Europe.

In twee dynamische discussierondes werden urgente kwesties op het gebied van gendergelijkheid besproken, waarover het EESC tijdens de zitting adviezen heeft uitgebracht. Deskundigen, belanghebbenden en beleidsmakers konden van gedachten wisselen, oplossingen aandragen en hun inzet voor de bevordering van vrouwenrechten in Europa en daarbuiten kracht bijzetten.

De eerste paneldiscussie was gewijd aan de komende 69e zitting van de VN-commissie inzake de positie van de vrouw (UNCSW69), de tweede aan geweld tegen vrouwen en meisjes als mensenrechtenkwestie. Na afloop van het forum werden tijdens de zitting twee adviezen over deze kwesties goedgekeurd: EESC-bijdrage aan de EU-prioriteiten voor de UNCSW69 en Geweld tegen vrouwen als mensenrechtenkwestie. (lm)

Minder

EESC en AU ECOSOCC bevestigen hun inzet voor gendergelijkheid tijdens CSW69 van de VN

Ter gelegenheid van de 69e zitting van de VN-commissie inzake de Status van de Vrouw (CSW69) in New York hebben het Europees Economisch en Sociaal Comité (EESC) en de Economische, Sociale en Culturele Raad van de Afrikaanse Unie (AU ECOSOCC) opnieuw bevestigd dat zij zich onverminderd willen inzetten voor de bevordering van gendergelijkheid en empowerment van vrouwen. 

Ter gelegenheid van de 69e zitting van de VN-commissie inzake de Status van de Vrouw (CSW69) in New York hebben het Europees Economisch en Sociaal Comité (EESC) en de Economische, Sociale en Culturele Raad van de Afrikaanse Unie (AU ECOSOCC) opnieuw bevestigd dat zij zich onverminderd willen inzetten voor de bevordering van gendergelijkheid en empowerment van vrouwen.

Nu de internationale gemeenschap stilstaat bij de goedkeuring, 30 jaar geleden, van de Verklarin...Meer

Ter gelegenheid van de 69e zitting van de VN-commissie inzake de Status van de Vrouw (CSW69) in New York hebben het Europees Economisch en Sociaal Comité (EESC) en de Economische, Sociale en Culturele Raad van de Afrikaanse Unie (AU ECOSOCC) opnieuw bevestigd dat zij zich onverminderd willen inzetten voor de bevordering van gendergelijkheid en empowerment van vrouwen.

Nu de internationale gemeenschap stilstaat bij de goedkeuring, 30 jaar geleden, van de Verklaring van Beijing en het Actieplatform, erkennen het EESC en de AU ECOSOCC zowel de geboekte vooruitgang als de voortdurende uitdagingen die volledige gendergelijkheid nog steeds in de weg staan.

Hun tweede gezamenlijke verklaring benadrukt belangrijke prioriteiten, waaronder het vergroten van het leiderschap van vrouwen door middel van genderquota, het uitbannen van gendergerelateerd geweld via internationale verdragen, het overbruggen van de digitale genderkloof en het bevorderen van de economische zelfredzaamheid van vrouwen.

De verklaring bepleit krachtiger beleid op het gebied van onbetaald zorgwerk, het betrekken van vrouwen bij vredesinspanningen en gegevensgestuurde beleidsvorming. Verder wordt de nadruk gelegd op wereldwijde samenwerking om systemische ongelijkheden weg te nemen en de rechten van vrouwen te handhaven. Het EESC roept de EU tevens op om gendergerelateerd geweld te bestrijden, voor gendergelijkheid te zorgen en op de bres te staan voor het maatschappelijk middenveld bij het bevorderen van gelijkheid.

EESC-voorzitter Oliver Röpke: “Nu we herdenken dat het 30 jaar geleden is dat de Verklaring van Beijing werd ondertekend, moeten we woorden omzetten in daden. Gendergelijkheid is geen voorrecht maar een grondrecht en de verwezenlijking ervan is cruciaal voor duurzame en inclusieve samenlevingen. Het EESC is vastbesloten om barrières weg te nemen, ervoor te zorgen dat vrouwen volledig kunnen deelnemen aan de besluitvorming en economische zelfredzaamheid te bevorderen. Regeringen, instellingen en het maatschappelijk middenveld moeten nu daadkrachtig optreden; er is geen gelijkheid zonder verantwoording.

De commissie inzake de Status van de Vrouw is het belangrijkste internationale en intergouvernementele orgaan dat strijdt voor gendergelijkheid. Dit was de tweede keer dat het EESC deelnam aan de grootste jaarlijkse VN-bijeenkomst over verbetering van de positie van de vrouw. (tk)

Minder

Dringend actie nodig voor een Europese industriestrategie

Het Europees Economisch en Sociaal Comité (EESC) roept de EU op om een doortastende industriestrategie door te voeren. Deze moet zorgen voor een beter concurrentievermogen en goede banen en moet afgestemd zijn op de Green Deal. Om de gewenste resultaten te bereiken, moet deze strategie nauwgezet worden gemonitord en aan nieuwe uitdagingen worden aangepast.

Het Europees Economisch en Sociaal Comité (EESC) roept de EU op om een doortastende industriestrategie door te voeren. Deze moet zorgen voor een beter concurrentievermogen en goede banen en moet afgestemd zijn op de Green Deal. Om de gewenste resultaten te bereiken, moet deze strategie nauwgezet worden gemonitord en aan nieuwe uitdagingen worden aangepast.

“Europa dreigt te de-industrialiseren. Industrie en klimaatmaatregelen moeten hand in hand gaan”...Meer

Het Europees Economisch en Sociaal Comité (EESC) roept de EU op om een doortastende industriestrategie door te voeren. Deze moet zorgen voor een beter concurrentievermogen en goede banen en moet afgestemd zijn op de Green Deal. Om de gewenste resultaten te bereiken, moet deze strategie nauwgezet worden gemonitord en aan nieuwe uitdagingen worden aangepast.

“Europa dreigt te de-industrialiseren. Industrie en klimaatmaatregelen moeten hand in hand gaan”, aldus Andrea Mone, rapporteur voor het EESC-advies over De toekomst van de EU-industrie in het licht van de hoge energieprijzen en transitiekosten, dat tijdens de februarizitting werd goedgekeurd.

In dat advies pleit het EESC voor een solide economisch en regelgevingskader om iets te doen aan de hoge energie- en grondstoffenprijzen, de investeringsproblemen in verband met de groene transitie, de ontoereikende infrastructuurontwikkeling, het tekort aan vaardigheden en de zwakke interne vraag. Om de sociale en territoriale cohesie te bevorderen, is een concurrentiebeleid nodig dat gericht is op investeringen en innovatie.

De oproep van het EESC om dringend actie te ondernemen moet worden gezien tegen de achtergrond van de toenemende bezorgdheid over de economische veiligheid van de EU en de afhankelijkheid van derde landen.  Nu de geopolitieke en handelsonzekerheid toeneemt, is een veerkrachtig Europees handelsbeleid nodig om de duurzaamheid van de industrie te waarborgen tegen de achtergrond van asymmetrische doelstellingen voor het koolstofarm maken van de economie, wereldwijde overcapaciteit en toenemende handelsspanningen. Meer autonomie bij het veiligstellen van kritieke grondstoffen is essentieel om dit doel te bereiken.

Zoals het verslag-Draghi aangeeft, is het van cruciaal belang om meer te investeren en het bestuur te hervormen. Een eengemaakte markt, vooral in de energiesector, zal de Europese economie sterker maken. Door de regeldruk te verminderen, de randvoorwaarden voor de elektriciteitsmarkt te verfijnen en financiële instrumenten zoals stroomafnameovereenkomsten te optimaliseren, zal de transitie in de sector vlotter verlopen.

Een rechtvaardige transitie kan niet zonder een sterke sociale dialoog en collectieve onderhandelingen. Het industriebeleid moet worden gekoppeld aan onderwijs- en werkgelegenheidsstrategieën, met de nadruk op onderzoek, innovatie en de ontwikkeling van vaardigheden. Investeringen in energie-infrastructuur, hernieuwbare energie en de circulaire economie zullen helpen om de klimaatdoelstellingen te halen.

Het EESC heeft ook een aanvullend advies goedgekeurd over De toekomst van energie-intensieve industrieën (EII’s) in de EU, waarin oplossingen op maat worden voorgesteld om hun duurzaamheid op lange termijn te waarborgen. Of de industrie een toekomst heeft in de EU hangt af van de vraag of de specifieke uitdagingen kunnen worden overwonnen. (ll)

Minder

EU heeft eerlijkere en eenvoudigere regels nodig om concurrerend te blijven

Grensoverschrijdende bedrijfsuitbreiding in de EU betekent navigeren door een doolhof van tegenstrijdige btw-regels en papierwerk, wat de kosten opdrijft. Kleine en middelgrote ondernemingen (kmo's) staan voor onevenredig zware nalevingslasten, waardoor het moeilijker wordt om te groeien en te concurreren. Het EESC dringt aan op dringende hervormingen in twee adviezen die tijdens de februarizitting zijn goedgekeurd en die voortbouwen op de rapporten van Letta en Draghi. De voorstellen omvatten geharmoniseerde financiële regelgeving, AI-gestuurde verslaglegging en een gecoördineerd industriebeleid.

Uitbreiding over de grenzen in de EU betekent navigeren door een doolhof van tegenstrijdige btw-regels en papierwerk, wat de kosten opdrijft. Kleine en middelgrote ondernemingen (kmo's) staan voor onevenredig zware nalevingslasten, waardoor het moeilijker wordt om uit te breiden en te concurreren. Het EESC dringt aan op dringende hervormingen in twee adviezen die tijdens de februarizitting zijn goedgekeurd en die voortbouwen op de rapporten van Letta en Draghi. De voorstellen omv...Meer

Uitbreiding over de grenzen in de EU betekent navigeren door een doolhof van tegenstrijdige btw-regels en papierwerk, wat de kosten opdrijft. Kleine en middelgrote ondernemingen (kmo's) staan voor onevenredig zware nalevingslasten, waardoor het moeilijker wordt om uit te breiden en te concurreren. Het EESC dringt aan op dringende hervormingen in twee adviezen die tijdens de februarizitting zijn goedgekeurd en die voortbouwen op de rapporten van Letta en Draghi. De voorstellen omvatten geharmoniseerde financiële regelgeving, AI-gestuurde verslaglegging en een gecoördineerd industriebeleid.

“De eengemaakte markt is de ruggengraat van de Europese economische welvaart, maar is nog niet voltooid in belangrijke sectoren als financiën, energie en digitale diensten”, aldus EESC-voorzitter Oliver Röpke. “Uit het debat van vandaag blijkt dat er dringend hervormingen nodig zijn om belemmeringen weg te nemen en de dienstensector te versterken, zodat bedrijven in de hele EU op gelijke voet kunnen concurreren.”

Maria Luís Albuquerque, commissaris voor Financiële Diensten en de Spaar- en investeringsunie, steunde deze oproep: “Mijn visie voor de Spaar- en investeringsunie is welvaart creëren voor onze burgers en groei voor onze bedrijven door ze samen te brengen in een veilige, concurrerende, goed gereguleerde en gecontroleerde omgeving."

Het EESC heeft in zijn adviezen twee kritieke uitdagingen voor het concurrentievermogen vermeld: de versnippering van de eengemaakte markt, benadrukt in de rapporten van Letta en Draghi en de buitensporige bureaucratie, die vooral de kmo’s parten speelt. Beide factoren staan innovatie en economische groei in de weg.

Wat is het probleem?

Bedrijven in heel Europa worden overspoeld door complexe en overlappende regelgeving. Dit is een verspilling van tijd en geld, vertraagt de Green Deal en beperkt de toegang tot financiering voor middelgrote bedrijven Het leidt tot gefrustreerde bedrijven, hogere kosten voor consumenten en een zwakkere economische groei.

Naast de regeldruk heeft Europa te maken met diepere structurele problemen die het concurrentievermogen aantasten. Trage vooruitgang bij de voltooiing van de eengemaakte markt, verschillen in digitale en energie-infrastructuur en een gebrek aan gecoördineerd industriebeleid beperken het vermogen van de EU om wereldwijd te concurreren. Terwijl andere economische blokken snel reageren om investeringen aan te trekken en innovatie te stimuleren, dreigt Europa achterop te raken.

Hoe kan dit worden opgelost?

Versterking van het concurrentievermogen vergt een alomvattende aanpak, waarbij belemmeringen in belangrijke sectoren zoals financiën en energie worden weggenomen, de digitale transformatie wordt versneld en ervoor wordt gezorgd dat kmo’s kunnen groeien en op gelijke voet kunnen concurreren.

In de EESC-adviezen wordt het volgende voorgesteld:

  • Vereenvoudiging van regelgeving zonder de milieu- en sociale normen af te zwakken
  • Het creëren van één, op AI gebaseerd platform voor het stroomlijnen van rapportages voor kleine en middelgrote bedrijven, waardoor naleving sneller en eenvoudiger wordt
  • Het harmoniseren van regels in alle sectoren om te besparen op steeds terugkerend papierwerk
  • Het standaardiseren van financiële regelgeving in alle lidstaten aan de hand van een gecoördineerd EU-industriebeleid
  • Hervorming van het mechanisme voor koolstofgrenscorrectie (CBAM) met het oog op een eerlijker, minder omslachtig systeem (gb)
Minder

Is de Clean Industrial Deal op zijn taak berekend?

Op 6 maart organiseerde het EESC een debat over de Clean Industrial Deal van de Europese Commissie, enkele dagen voor de besprekingen in de Raad op 12 maart. Beleidsmakers, industrieleiders en maatschappelijke organisaties onderzochten of dit initiatief de sector schone technologie, energie-intensieve industrieën en de strategische autonomie in Europa echt kan ondersteunen.

Op 6 maart organiseerde het EESC een debat over de Clean Industrial Deal van de Europese Commissie, enkele dagen voor de besprekingen in de Raad op 12 maart. Beleidsmakers, industrieleiders en maatschappelijke organisaties onderzochten of dit initiatief de sector schone technologie, energie-intensieve industrieën en de strategische autonomie in Europa echt kan ondersteunen.

Gezien de geopolitieke instabiliteit en de veranderende trans-Atlantische betrekkingen heeft...Meer

Op 6 maart organiseerde het EESC een debat over de Clean Industrial Deal van de Europese Commissie, enkele dagen voor de besprekingen in de Raad op 12 maart. Beleidsmakers, industrieleiders en maatschappelijke organisaties onderzochten of dit initiatief de sector schone technologie, energie-intensieve industrieën en de strategische autonomie in Europa echt kan ondersteunen.

Gezien de geopolitieke instabiliteit en de veranderende trans-Atlantische betrekkingen heeft Europa dringender dan ooit behoefte aan strategische autonomie. De Clean Industrial Deal heeft tot doel de economie sneller koolstofvrij te maken, circulariteit te bevorderen en tegelijkertijd het industriële concurrentievermogen te stimuleren, te beginnen met het verlagen van de energieprijzen. Er blijven echter twijfels bestaan over de haalbaarheid en de financiering van het plan.

“Het is geen kwestie van kiezen tussen strategische autonomie, concurrentievermogen en de dubbele transitie,” aldus Pietro de Lotto, voorzitter van de adviescommissie Industriële Reconversie (CCMI) van het EESC. Hij is van mening dat dit een moeilijke evenwichtsoefening wordt en voegt eraan toe: “Alle industrieën worden hierdoor getroffen en moeten zich in hun eigen tempo aanpassen, maar wel met duidelijke toezeggingen”.

Volgens de Commissie is het op geopolitiek vlak van groot belang dat we voor onze energie niet langer afhankelijk zijn van Rusland. De achteruitgang van de Europese industrie begint echter steeds zorgwekkender te worden. Zowel de industriële productie als de instroom van directe buitenlandse investeringen zijn de afgelopen twee jaar aanzienlijk gedaald.

Financiering wordt een grote uitdaging. EU-instellingen, lidstaten en industrie zullen moeten samenwerken om de doelstellingen van de Deal te halen. De Europese Investeringsbank heeft 500 miljoen EUR aan tegengaranties toegezegd en 1,5 miljard EUR om de energienetten te verbeteren, maar de nationale regeringen moeten extra middelen vrijmaken.

De sociale gevolgen van de transitie zijn ook een belangrijk punt, vooral in energie-intensieve sectoren waar veel banen verloren zijn gegaan. Vertegenwoordigers van maatschappelijke organisaties vroegen zich af of het verlagen van energiebelastingen, een belangrijk voorstel van de Deal, ten koste zou kunnen gaan van de financiering van onderwijs en gezondheidszorg.

Ondanks het optimisme over de langetermijndoelstellingen van de Clean Industrial Deal, spraken deskundigen hun bezorgdheid uit over het vermogen van de Deal om de uitdagingen op korte termijn aan te pakken. Snelheid en vereenvoudiging zijn cruciaal, aangezien hoge energiekosten en belemmeringen in de regelgeving de vooruitgang kunnen afremmen. Uiteenlopende nationale maatregelen blijven een probleem. Het industriebeleid in heel Europa moet op één lijn worden gebracht, maar daar dreigt de Clean Industrial Deal de boot te missen.

Technologische neutraliteit is ook een knelpunt en leidt tot discussies over de juiste balans tussen hernieuwbare energiebronnen, waterstof en biobrandstoffen. Hoewel de focus op hernieuwbare energie wordt toegejuicht, zijn er ook krachtige toezeggingen op het gebied van energie-efficiëntie nodig. Hernieuwbare energie heeft de Europese consument tussen 2021 en 2023 al 100 miljard EUR bespaard. De EU moet dit succesverhaal verder uitbouwen. (jh)

Minder

EU-boeren hebben dringend steun nodig om volatiele markten te overleven

Europese boeren worden geconfronteerd met steeds ernstigere crises, van extreme weersomstandigheden tot instabiele markten en oneerlijke concurrentie. Het Europees Economisch en Sociaal Comité (EESC) waarschuwt dat het huidige EU-beleid boeren niet beschermt en pleit dan ook voor dringende hervormingen om de inkomens van landbouwers veilig te stellen, hun onderhandelingspositie te versterken en een duurzame landbouw te garanderen.

Europese boeren worden geconfronteerd met steeds ernstigere crises, van extreme weersomstandigheden tot instabiele markten en oneerlijke concurrentie. Het Europees Economisch en Sociaal Comité (EESC) waarschuwt dat het huidige EU-beleid boeren niet beschermt en pleit dan ook voor dringende hervormingen om de inkomens van landbouwers veilig te stellen, hun onderhandelingspositie te versterken en een duurzame landbouw te garanderen.

In een op verzoek van het Poolse...Meer

Europese boeren worden geconfronteerd met steeds ernstigere crises, van extreme weersomstandigheden tot instabiele markten en oneerlijke concurrentie. Het Europees Economisch en Sociaal Comité (EESC) waarschuwt dat het huidige EU-beleid boeren niet beschermt en pleit dan ook voor dringende hervormingen om de inkomens van landbouwers veilig te stellen, hun onderhandelingspositie te versterken en een duurzame landbouw te garanderen.

In een op verzoek van het Poolse EU-voorzitterschap opgesteld advies pleit het EESC voor een veerkrachtiger landbouwsysteem waarin de boeren centraal staan.

“Het beroep van landbouwer is een nobel beroep met twee hoofddoelen: veilig voedsel van topkwaliteit produceren om de mensen te voeden en het milieu in stand te houden en te verbeteren. Het enige wat we ervoor terugvragen is een eerlijk loon voor een dag hard werken, respect en een eerlijke prijs voor het voedsel dat we leveren,” aldus Joe Healy, een van de drie rapporteurs voor het advies.

Volgens het EESC is het gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB) niet opgewassen tegen de huidige uitdagingen. Het beveelt dan ook aan boeren te ondersteunen met financiële instrumenten zoals publieke verzekeringen tegen natuurrampen, anticyclische steun en rechtstreekse betalingen. Onderlinge fondsen, die in sommige EU-lidstaten al worden gebruikt, zouden een extra vangnet kunnen bieden dat collectief wordt gefinancierd door boeren, de industrie, regionale overheden en de EU.

Met het oog op de herziening van het GLB na 2027 pleit het EESC ervoor om de GLB-begroting weer op een niveau van ten minste 0,5% van het bbp van de EU te brengen. Er zijn strengere handelsregels nodig om ervoor te zorgen dat geïmporteerde producten voldoen aan de milieu- en arbeidsnormen van de EU.

Een ander belangrijk punt van zorg is verkoop onder de kostprijs, een praktijk die boeren onder extreme financiële druk zet. Het EESC dringt er bij de EU-beleidsmakers op aan serieus na te denken over een verbod op aankopen onder de kostprijs om te voorkomen dat grote detailhandelaren boeren failliet laten gaan, en daarbij de Spaanse wetgeving inzake de voedselvoorzieningsketen als voorbeeld te nemen.

Om de transparantie en de marktmacht van boeren te verbeteren, stelt het EESC voor een digitaal EU-centrum op te richten om prijzen, kosten en winsten te monitoren. Ook pleit het voor collectieve prijsonderhandelingen en meer steun voor coöperaties en producentenorganisaties. De EU-landbouw heeft behoefte aan meer economische onafhankelijkheid en concurrentiekracht.

Hoewel klimaatdoelstellingen van essentieel belang zijn, kunnen boeren de kosten daarvan niet alleen dragen. Een duurzaamheidsfonds zou hen kunnen helpen om over te stappen op groenere praktijken. In het advies wordt ook gewaarschuwd voor het risico van koolstoflekkage, die kan optreden wanneer de strenge EU-regels lokale boeren benadelen ten opzichte van concurrenten buiten de EU.

Het EESC benadrukt het belang van investeringen in plattelandsontwikkeling, innovatie en eenvoudigere GLB-regels. Nu boeren steeds meer onder druk komen te staan, is de urgentie des te duidelijker: de EU-leiders moeten nu actie ondernemen om te voorkomen dat er nog meer landbouwbedrijven verdwijnen. (ks)

Minder

Versterking van veerkracht en concurrentievermogen in het Europees Semester 2025

Het Europees Economisch en Sociaal Comité (EESC) heeft belangrijke aanbevelingen gedaan voor het najaarspakket van het Europees Semester 2025 en dringt aan op strategische investeringen en nauwere samenwerking om de veerkracht en het concurrentievermogen van de EU te vergroten. 

Het Europees Economisch en Sociaal Comité (EESC) heeft belangrijke aanbevelingen gedaan voor het najaarspakket van het Europees Semester 2025 en dringt aan op strategische investeringen en nauwere samenwerking om de veerkracht en het concurrentievermogen van de EU te vergroten.

Het EESC heeft zijn aanbevelingen geformuleerd in een advies...Meer

Het Europees Economisch en Sociaal Comité (EESC) heeft belangrijke aanbevelingen gedaan voor het najaarspakket van het Europees Semester 2025 en dringt aan op strategische investeringen en nauwere samenwerking om de veerkracht en het concurrentievermogen van de EU te vergroten.

Het EESC heeft zijn aanbevelingen geformuleerd in een advies dat het tijdens zijn zitting van februari heeft goedgekeurd. Het legt daarin de nadruk op duurzaamheid, arbeidsmarkthervormingen en een betere afstemming tussen nationaal beleid en EU-beleid, en pleit tegelijkertijd voor een grotere betrokkenheid van het maatschappelijk middenveld.

Het EESC betreurt het dat de jaarlijkse duurzamegroeianalyse – een cruciaal beleidsdocument – dit jaar niet is gepubliceerd. Het benadrukt dat de EU-instellingen zich moeten voorbereiden op geopolitieke risico’s die van invloed zijn op handel, inflatie en groei.

Het EESC steunt het initiatief om een kompas voor het concurrentievermogen te lanceren en roept op tot investeringen in de energie- en digitale sector, onder meer via een nog op te richten Europees Fonds voor strategische investeringen. Daarnaast pleit het voor een sterkere participatie van het maatschappelijk middenveld, een pragmatische beoordeling van de herstel- en veerkrachtfaciliteit (RRF) en meer samenwerking tussen de lidstaten om het economisch beleid en de productiviteit te verbeteren. (tk)

Minder

Modernisering van het cohesiebeleid voor een sterkere, veerkrachtigere EU

Het cohesiebeleid is van oudsher een pijler van de Europese integratie en bevordert de economische, sociale en geografische eenheid in de hele EU. Nu het meerjarig financieel kader (MFK) voor de periode na 2027 vorm krijgt, is het van essentieel belang het cohesiebeleid te moderniseren om de efficiëntie, duurzaamheid en het reactievermogen op nieuwe uitdagingen te vergroten.

Het cohesiebeleid is van oudsher een pijler van de Europese integratie en bevordert de economische, sociale en geografische eenheid in de hele EU. Nu het meerjarig financieel kader (MFK) voor de periode na 2027 vorm krijgt, is het van essentieel belang het cohesiebeleid te moderniseren om de efficiëntie, duurzaamheid en het reactievermogen op nieuwe uitdagingen te vergroten.

In zijn onlangs goedgekeurde advies Meer

Het cohesiebeleid is van oudsher een pijler van de Europese integratie en bevordert de economische, sociale en geografische eenheid in de hele EU. Nu het meerjarig financieel kader (MFK) voor de periode na 2027 vorm krijgt, is het van essentieel belang het cohesiebeleid te moderniseren om de efficiëntie, duurzaamheid en het reactievermogen op nieuwe uitdagingen te vergroten.

In zijn onlangs goedgekeurde advies Versterking van de resultaatgerichtheid van het cohesiebeleid na 2027 – uitdagingen, risico’s en kansen benadrukt het EESC de noodzaak van een resultaatgerichte aanpak om ervoor te zorgen dat het cohesiebeleid tastbare voordelen blijft opleveren en tegelijkertijd ongelijkheden vermindert en een duurzaam concurrentievermogen bevordert.

"Het cohesiebeleid moet het belangrijkste EU-instrument voor regionale ontwikkeling blijven. Bij een resultaatgerichte aanpak gaat het erom dat elke euro die wordt uitgegeven bijdraagt tot economisch en sociaal welzijn", aldus de rapporteur voor het advies, David Sventek.

Het MFK 2028+ moet grondig worden herzien om de regionale ontwikkeling, de groene en de digitale transitie en het economische concurrentievermogen te ondersteunen. Met een investeringsbehoefte van meer dan 750-800 miljard EUR per jaar is een sterke EU-financiering essentieel.

Het EESC zou graag zien dat de begrotingscapaciteit op 1,8 % van het bbp van de EU wordt gehandhaafd en dat de middelen voor het cohesiebeleid worden verhoogd. Tot de belangrijkste prioriteiten behoren gedeelde governance, regionaal beleid op maat, resultaatgerichte financiering en vereenvoudigde processen.

Een resultaatgerichte aanpak verhoogt de efficiëntie, maar vereist een betere uitvoering en monitoring. Door concurrentievermogen en sociale investeringen met elkaar in evenwicht te brengen, de technische ondersteuning te versterken en te zorgen voor transparantie zal het cohesiebeleid meer effect sorteren, de economische veerkracht bevorderen en de ongelijkheden in Europa verkleinen. (tk)

Minder

EESC pleit voor regeneratief toerisme ten behoeve van economie en milieu

Toerisme is een motor voor de economie van de EU en heeft de potentie om het Europese concurrentievermogen te versterken. Het is tijd om de toeristische sector tegen het licht te houden en naast duurzaam toerisme ook regeneratief toerisme te stimuleren - zodat toeristische bestemmingen niet alleen levensvatbaar blijven maar ook floreren. 

Toerisme is een motor voor de economie van de EU en heeft de potentie om het Europese concurrentievermogen te versterken. Het is tijd om de toeristische sector tegen het licht te houden en naast duurzaam toerisme ook regeneratief toerisme te stimuleren - zodat toeristische bestemmingen niet alleen levensvatbaar blijven maar ook floreren.

Het Europees Economisch en Sociaal Comité (EESC) dringt er bij de Europese Unie op aan de toeristische sector om te vorm...Meer

Toerisme is een motor voor de economie van de EU en heeft de potentie om het Europese concurrentievermogen te versterken. Het is tijd om de toeristische sector tegen het licht te houden en naast duurzaam toerisme ook regeneratief toerisme te stimuleren - zodat toeristische bestemmingen niet alleen levensvatbaar blijven maar ook floreren.

Het Europees Economisch en Sociaal Comité (EESC) dringt er bij de Europese Unie op aan de toeristische sector om te vormen met een nadruk op duurzaamheid en regeneratie en zodoende te zorgen voor langdurige economische en ecologische voordelen.

Toerisme blijft van cruciaal belang voor de EU-economie, met name in regio’s die sterk afhankelijk zijn van deze sector. Het EESC pleit in dit verband voor een versnelde transitie naar duurzaam toerisme en een verschuiving naar strategieën voor regeneratief toerisme, zoals uiteengezet in zijn advies Toerisme in de EU: duurzaamheid als motor voor het concurrentievermogen op lange termijn.

“We moeten ervoor zorgen dat toerisme een rol speelt bij het herstel van het Europese concurrentievermogen. Dit is van essentieel belang; in tal van lidstaten en regio’s draagt toerisme immers in belangrijke mate bij tot hun bbp en waardeketens” aldus de rapporteur voor het advies, Isabel Yglesias.

Mevrouw Yglesias zei dat het advies voortbouwt op de (tijdens het Spaanse voorzitterschap van de Raad in de tweede helft van 2023 aangenomen) Verklaring van Palma, die een brede consensus opleverde over de manier waarop ervoor kan worden gezorgd dat duurzaamheid centraal komt te staan in het toerisme van de toekomst.

Hiertoe moeten de Europese instellingen en de nationale, regionale en lokale overheden de sector actief ondersteunen bij de beoogde veranderingen, zorgen voor een voortdurende dialoog met alle relevante stakeholders en de sociale dialoog versterken.

Pogingen om toerisme duurzaam te maken waren er ook in het verleden al, maar de stijging in het reizen na de COVID-19-pandemie heeft veel populaire bestemmingen onder druk gezet. Hierdoor wordt het voor de regio’s moeilijker om economische groei en duurzame ontwikkeling in evenwicht te brengen, terwijl ze tegelijkertijd ook worstelen met personeelstekorten en een mismatch tussen beschikbare banen en de vaardigheden van werknemers.

Daarom pleit het EESC er ook voor om meer aandacht te besteden aan regeneratief toerisme en om dit soort toerisme op te nemen in de Europese strategie voor duurzaam toerisme die de Europese Commissie in de komende maanden zal presenteren.

In tegenstelling tot traditioneel duurzaam toerisme, dat zich richt op het verminderen van milieuschade, is regeneratief toerisme gericht op het herstellen en versterken van het natuurlijke, sociale en economische kapitaal. Deze vooruitstrevende aanpak huldigt de principes van de circulaire economie en beoogt een blijvende positieve impact op bestemmingen en lokale gemeenschappen. (ll)

Minder

Nieuwe EESC-studie over generatieve AI: het concurrentievermogen van Europa op het gebied van AI vergroten

De EU staat op een cruciale tweesprong bij de ontwikkeling van AI. De markt voor generatieve AI wordt gedomineerd door Amerikaanse bedrijven, die 80 % van de wereldwijde private investeringen binnenhalen, en China is bezig aan een snelle opmars. Om in kaart te brengen wat Europa moet doen om concurrerend te blijven heeft het Europees Economisch en Sociaal Comité (EESC) in samenwerking met het Centrum voor Europese Beleidsstudies (CEPS) een nieuwe studie gepubliceerd.

De EU staat op een cruciale tweesprong bij de ontwikkeling van AI. De markt voor generatieve AI wordt gedomineerd door Amerikaanse bedrijven, die 80 % van de wereldwijde private investeringen binnenhalen, en China is bezig aan een snelle opmars. Om in kaart te brengen wat Europa moet doen om concurrerend te blijven heeft het Europees Economisch en Sociaal Comité (EESC) in samenwerking met het Centrum voor Europese Beleidsstudies (CEPS...Meer

De EU staat op een cruciale tweesprong bij de ontwikkeling van AI. De markt voor generatieve AI wordt gedomineerd door Amerikaanse bedrijven, die 80 % van de wereldwijde private investeringen binnenhalen, en China is bezig aan een snelle opmars. Om in kaart te brengen wat Europa moet doen om concurrerend te blijven heeft het Europees Economisch en Sociaal Comité (EESC) in samenwerking met het Centrum voor Europese Beleidsstudies (CEPS) een nieuwe studie gepubliceerd.

In de studie, die is opgesteld onder auspiciën van de afdeling Interne Markt, Productie en Consumptie (INT) van het EESC en regelmatig is besproken binnen de EESC-waarnemingspost Digitale Transitie en Eengemaakte Markt, wordt gekeken naar de belangrijkste kansen en uitdagingen en naar de beleidsmaatregelen die nodig zijn om het AI-landschap in Europa te verbeteren.

Belangrijkste aanbevelingen voor de EU:

  • Meer investeringen in AI en rekenkracht - Europa moet meer investeren in AI-infrastructuur om innovatie te stimuleren.
  • Focus op drie sectoren met veel potentie - AI kan de groei aandrijven in de auto-industrie, schone energie en het onderwijs.
  • Bevordering van opensource-AI - Door een impuls te geven aan opensourcemodellen zal AI toegankelijker worden en zal er meer concurrentie ontstaan.
  • Betere integratie van O&O-inspanningen in de hele EU.

Empowerment van het maatschappelijk middenveld bij de governance van AI
- In de studie wordt gewezen op het belang van maatschappelijke organisaties bij de vormgeving van het beleid en de governance op AI-gebied. Ter bevordering van de inclusiviteit en de invoering van ethische AI worden de volgende aanbevelingen gedaan in het rapport:

  • Programma’s ten behoeve van de geletterdheid op AI-gebied - Initiatieven op het gebied van scholing en sociale dialoog om werknemers en het publiek in brede zin mondiger te maken.
  • "Social by Design"-benadering - Ervoor zorgen dat de ontwikkeling van AI aansluit bij de behoeften van de samenleving en dat de mens centraal staat.
  • Meer financiering voor maatschappelijke organisaties - Ondersteuning van non-profitorganisaties die de kloof tussen AI-technologie en het inzicht in AI bij de bevolking overbruggen.
  • Ethische AI - Voorrang geven aan betrouwbare AI-systemen die aansluiten bij Europese waarden.

Het potentieel van het EESC op het gebied van AI-beleid benutten
- Het EESC bevindt zich in een goede positie om maatschappelijke organisaties op gestructureerde wijze bij het AI-beleid te betrekken. In de studie wordt aanbevolen om opensource-AI te promoten en ethische innovatie te bevorderen via openbare aanbestedingen en financieringsregelingen, waarbij het EESC als centraal punt voor de samenwerking met maatschappelijke organisaties en opensourcegemeenschappen fungeert en het bewustzijn over de impact van AI op de samenleving vergroot.

De studie introduceert ook een gemeenschappelijk glossarium op AI-gebied opdat beleidsmakers, ontwikkelaars en gebruikers dankzij een gemeenschappelijk taalgebruik goed met elkaar kunnen communiceren. Dit is van cruciaal belang voor een verantwoorde ontwikkeling, governance en toepassing van AI in alle sectoren.

De studie zal worden toegezonden aan belangrijke EU-instellingen en naar verwachting worden meegenomen in toekomstig AI-beleid. Het volledige rapport is hier te lezen. (vk)

Minder
Nieuws van de groepen
Copyright: EU2025 - source: EC

De EU Clean Industrial Deal nader bekeken: urgentie en hervorming nodig

Door Michal Pintér, afgevaardigde van de adviescommissie Industriële Reconversie (CCMI) van het EESC

De onlangs gepubliceerde Clean Industrial Deal (CID) erkent het strategische belang van energie-intensieve industrieën voor de economie van de EU. Voorts schetst zij op correcte wijze de belangrijkste uitdagingen van deze industrieën. Hoewel de deal interessante ideeën bevat zoals groene leidende markten, steun voor de circulaire economie en financiering voor het koolstofarm maken van de economie, ontbreekt het de maatregelen aan de nodige urgentie en doortastendheid om de neergang van Europa’s energie-intensieve industrieën (EII's) te keren.

Door Michal Pintér, afgevaardigde van de adviescommissie Industriële Reconversie (CCMI) van het EESC

De onlangs gepubliceerde Clean Industrial Deal (CID) erkent het strategische belang van energie-intensieve industrieën voor de economie van de EU. Voorts schetst zij op correcte wijze de belangrijkste uitdagingen van deze industrieën. Hoewel de deal opmerkelijke ideeën bevat zoals groene leidende markten, steun voor de circulai...Meer

Door Michal Pintér, afgevaardigde van de adviescommissie Industriële Reconversie (CCMI) van het EESC

De onlangs gepubliceerde Clean Industrial Deal (CID) erkent het strategische belang van energie-intensieve industrieën voor de economie van de EU. Voorts schetst zij op correcte wijze de belangrijkste uitdagingen van deze industrieën. Hoewel de deal opmerkelijke ideeën bevat zoals groene leidende markten, steun voor de circulaire economie en financiering voor het koolstofarm maken van de economie, ontbreekt het de maatregelen aan de nodige urgentie en doortastendheid om de neergang van Europa's energie-intensieve industrieën (EII's) te keren.

In zijn onlangs goedgekeurde advies De toekomst van energie-intensieve industrieën (EII's) in de EU in het licht van hoge energieprijzen en transitiekosten erkent het Europees Economisch en Sociaal Comité dat er een forse concurrentiekloof bestaat tussen EII's in de EU en die van mondiale concurrenten. De Commissie heeft de energieprijzen terecht aangeduid als de belangrijkste boosdoener. De Deal en het Actieplan voor Betaalbare Energie bevatten echter geen hervorming van de opzet van de elektriciteitsmarkt. Marginale prijzen werkten toen de EU profiteerde van relatief goedkoop en stabiel geleverd gas uit Rusland. Helaas is de realiteit veranderd: nu hebben we te maken met dure en volatiele LNG-leveringen en dat zal waarschijnlijk nog jaren zo blijven. Hoewel het aandeel goedkope, fossielvrije elektriciteit in de energiemix van de EU toeneemt, blijven de prijzen van fossiele brandstoffen de prijsvorming van elektriciteit bepalen.

Beleidsinspanningen om meer hernieuwbare-energiebronnen te gebruiken zijn welkom, maar ze leiden niet tot lagere elektriciteitsrekeningen ten gevolge van de huidige marktstructuur. Er zijn nu maatregelen nodig om de kostenvoordelen van hernieuwbare elektriciteit door te geven aan de industrie en om alle opties voor prijsvermindering te beoordelen, waaronder ontkoppeling van de elektriciteitsprijs.

De Deal erkent ook de lacunes in het mechanisme voor koolstofgrenscorrectie (geen exportoplossing, verschuiving van middelen en omzeiling) en handelsbeschermingsinstrumenten. Helaas bevat de Deal echter weinig informatie over hoe de EU-markt zal worden beschermd, waardoor EII's in een wereldwijde handelsoorlog in het ongewisse blijven.

Het EESC dringt er bij de EU-instellingen op aan om via sectorspecifieke actieplannen doortastende maatregelen te nemen om verdere de-industrialisatie te voorkomen en het vermogen van de industrie van de EU tot industriële transformatie op peil te houden.

Minder

Geen defensie zonder sociale investeringen

door de groep Werknemers van het EESC

Defensie en sociale uitgaven moeten hand in hand gaan. Het verhogen van de defensie-uitgaven mag niet ten koste gaan van de welvaartsstaat. Een sterke welvaartsstaat blijft een belangrijk middel om te voorkomen dat extreemrechtse partijen autocratieën naar Russisch model in de EU oprichten.

door de groep Werknemers van het EESC

Defensie en sociale uitgaven moeten hand in hand gaan. Het verhogen van de defensie-uitgaven mag niet ten koste gaan van de welvaartsstaat. Een sterke welvaartsstaat blijft een belangrijk middel om te voorkomen dat extreemrechtse partijen autocratieën naar Russisch model in de EU oprichten.

Nu de oorlog in Oekraïne zijn vierde jaar ingaat, gaan er veel stemmen op om de defensie-uitgaven te verhogen, ...Meer

door de groep Werknemers van het EESC

Defensie en sociale uitgaven moeten hand in hand gaan. Het verhogen van de defensie-uitgaven mag niet ten koste gaan van de welvaartsstaat. Een sterke welvaartsstaat blijft een belangrijk middel om te voorkomen dat extreemrechtse partijen autocratieën naar Russisch model in de EU oprichten.

Nu de oorlog in Oekraïne zijn vierde jaar ingaat, gaan er veel stemmen op om de defensie-uitgaven te verhogen, vooral na de politieke koerswijziging van de VS. De Europese landen kunnen niet langer rekenen op bescherming. Er zijn al veel taboes gesneuveld, niet alleen als het gaat om discussies over militaire kwesties op EU-niveau, maar ook als het gaat om hogere schulden.

Sommigen hebben het echter ook voorgesteld als een nulsomspel voor de welvaartsstaat, alsof de kracht van het Amerikaanse leger te wijten is aan het feit dat het land geen fatsoenlijk socialezekerheidsstelsel heeft, of alsof onze verzwakte legers het gevolg zijn van de kosten van onze pensioenen en sociale zekerheid.

Wij van de groep Werknemers willen twee zaken benadrukken:

  • Als het op defensie-uitgaven aankomt, is de EU als geheel de op één na grootste speler in de wereld. Hoewel in sommige gevallen gezamenlijke of extra uitgaven nodig kunnen zijn, is er echt behoefte aan coördinatie en gezamenlijke projecten om strategische autonomie te waarborgen. We moeten onszelf verdedigen en niet wereldwijd concurreren met de VS.
  • Een goed functionerende welvaartsstaat, naast maatregelen om armoede en ongelijkheid te bestrijden, is de beste manier om te voorkomen dat extreemrechts in veel lidstaten aan de macht komt. Deze extreemrechtse partijen, die in opmars zijn, hebben weinig op met democratie en staan openlijk vijandig tegenover de meeste van onze waarden. Ze willen de autocratie van het Kremlin in onze lidstaten nabootsen en als ze aan de macht komen, zullen ze een gecoördineerd defensiebeleid in de weg staan.

De lidstaten van de EU moeten inzien dat defensie en sociale investeringen elkaar versterken, waarbij het een het ander mogelijk maakt.

Minder

De groep Maatschappelijke Organisaties wil de stem van het maatschappelijk middenveld luider laten klinken

Door de EESC-groep Maatschappelijke Organisaties

Het EESC moet van meet af aan worden betrokken bij de initiatieven van de Europese Commissie om het maatschappelijk middenveld een grotere rol te geven. Volgens de EESC-groep Maatschappelijke Organisaties kan de aangekondigde studie van het EESC getiteld “In kaart brengen van de praktijken van de civiele dialoog in de EU-instellingen” een waardevolle bijdrage leveren.

Door de EESC-groep Maatschappelijke Organisaties

Het EESC moet van meet af aan worden betrokken bij de initiatieven van de Europese Commissie om het maatschappelijk middenveld een grotere rol te geven. Volgens de EESC-groep Maatschappelijke Organisaties kan de aangekondigde studie van het EESC getiteld “In kaart brengen van de praktijken van de civiele dialoog in de EU-instellingen”...Meer

Door de EESC-groep Maatschappelijke Organisaties

Het EESC moet van meet af aan worden betrokken bij de initiatieven van de Europese Commissie om het maatschappelijk middenveld een grotere rol te geven. Volgens de EESC-groep Maatschappelijke Organisaties kan de aangekondigde studie van het EESC getiteld “In kaart brengen van de praktijken van de civiele dialoog in de EU-instellingen” een waardevolle bijdrage leveren.

Naar aanleiding van de nieuwe beleidscyclus van de EU en de aankondiging in het werkprogramma van de Commissie van een EU-strategie om het maatschappelijk middenveld te ondersteunen, te beschermen en mondiger te maken (derde kwartaal 2025), heeft de groep Maatschappelijke Organisaties een conferentie gehouden om de belangrijkste acties voor de mandaatsperiode 2024-2029 onder de aandacht te brengen. Het evenement, dat op 3 maart plaatsvond, werd bijgewoond door zo’n 100 vertegenwoordigers van nationale en Europese maatschappelijke organisaties en burgers.

Séamus Boland, voorzitter van de groep Maatschappelijke Organisaties, zei dat het de rol van deze organisaties moet zijn ervoor te zorgen dat de beleidsvorming inspeelt op de behoeften van mensen. Hij herhaalde de oproep om het EESC te betrekken bij het door de Commissie geplande platform van het maatschappelijk middenveld.

“Het EESC, dat over veel ervaring beschikt en een interessant platform biedt, moet van meet af aan worden betrokken bij de initiatieven van de Europese Commissie om het maatschappelijk middenveld een grotere rol te geven. Het EESC moet deelnemen aan de governance en een essentiële rol spelen bij de oprichting van het platform voor het maatschappelijk middenveld”, aldus de heer Boland.

Hij stelde dat een gestructureerde, regelmatige, transparante en inclusieve civiele dialoog moet voortbouwen op bestaande structuren en alle relevante belanghebbenden moet samenbrengen. De Europese instellingen zouden dan ook een door het EESC gefaciliteerde werkgroep voor de civiele dialoog moeten oprichten.

“Een werkgroep voor de civiele dialoog zou een blauwdruk kunnen maken om een gunstiger klimaat te scheppen voor maatschappelijke organisaties in het beleidsvormingsproces”, zei de heer Boland.  Dit zou een eerste stap kunnen zijn in de richting van een meer gestructureerde civiele dialoog en de volgende vragen aan de orde kunnen stellen: wie wordt er geraadpleegd, over welke onderwerpen, volgens welke tijdschema's en met welke resultaten?

De voorgestelde werkgroep zou zich ook kunnen baseren op de komende studie van het EESC over reeds bestaande dialogen, getiteld "In kaart brengen van de praktijken van de civiele dialoog in de EU-instellingen".

Deze studie wordt in opdracht van het EESC uitgevoerd op verzoek van de groep Maatschappelijke Organisaties. De resultaten worden verwacht tegen juli 2025. In deze studie zullen de praktijken van de civiele dialoog binnen de EU-instellingen uitgebreid in kaart worden gebracht: welke procedures zijn er zoal om maatschappelijke organisaties te betrekken, en welke methodologie wordt daarbij gebruikt? Kennis over bestaande praktijken moet de werkzaamheden voor een meer gestructureerde civiele dialoog in de nieuwe wetgevingscyclus ondersteunen. Tijdens de conferentie werden de voorlopige bevindingen van de studie alvast gepresenteerd door Berta Mizsei van het Centrum voor Europese Beleidsstudies (CEPS).

Ook werd tijdens de conferentie benadrukt dat de financiële gezondheid van maatschappelijke organisaties een voorwaarde is voor de dialoog en om beleidsmakers in contact te brengen met de behoeften van mensen. Hun financiële stabiliteit en onafhankelijkheid moeten gewaarborgd zijn.

De conclusies en aanbevelingen van de conferentie zijn beschikbaar op de website van het EESC.

Minder
Focus op Jouw Europa, jouw mening! (YEYS)

YEYS 2025: Actief burgerschap en corruptiebestrijding staan hoog op de jongerenagenda

Op 13 en 14 maart jl. werd “Jouw Europa, jouw mening” (YEYS) gehouden, een jongerenevenement dat het Europees Economisch en Sociaal Comité (EESC) elk jaar organiseert. Dit jaar stond de rol van jongeren bij de gemeenschappelijke vormgeving van een veerkrachtige toekomst centraal, onder het motto “Jongeren een stem geven”. 

Op 13 en 14 maart jl. werd “Jouw Europa, jouw mening” (YEYS) gehouden, een jongerenevenement dat het Europees Economisch en Sociaal Comité (EESC) elk jaar organiseert. Dit jaar stond de rol van jongeren bij de gemeenschappelijke vormgeving van een veerkrachtige toekomst centraal, onder het motto “Jongeren een stem geven”. 

B...Meer

Op 13 en 14 maart jl. werd “Jouw Europa, jouw mening” (YEYS) gehouden, een jongerenevenement dat het Europees Economisch en Sociaal Comité (EESC) elk jaar organiseert. Dit jaar stond de rol van jongeren bij de gemeenschappelijke vormgeving van een veerkrachtige toekomst centraal, onder het motto “Jongeren een stem geven”. 

Bijna 100 jongeren uit heel de EU, de negen kandidaat-lidstaten van de EU en het Verenigd Koninkrijk namen deel aan het evenement. Als vertegenwoordigers van jongerenorganisaties, nationale jeugdraden en middelbare scholen brachten zij de zorgen van een breed scala aan groepen onder de aandacht. Velen van hen komen al langer op voor jongeren, terwijl dit evenement voor anderen een belangrijke eerste stap was op weg naar inbreng in de participatiedemocratie, zowel binnen hun gemeenschap als daarbuiten.

Tijdens meerdere workshops brachten jongeren, bijgestaan door gespreksleiders, de urgentste kwesties in kaart die de politiek volgens hen zou moeten aanpakken. Deze kwesties varieerden van corruptiebestrijding tot het ontwikkelen van een coherente klimaatstrategie en het waarborgen van gelijke rechten voor iedereen. Aangezien corruptie het vertrouwen in instellingen ondermijnt en de democratie aantast, is het beslist noodzakelijk dat onderzoeksjournalistiek ondersteund wordt en er meer transparantie komt rond de besteding van belastinggeld.

“We moeten ervoor zorgen dat er verantwoording wordt afgelegd. We kunnen het ons niet veroorloven om alleen maar toe te kijken; niets doen zal ons duur komen te staan. We moeten deze strijd aangaan en winnen,” aldus een van de aanwezige jongeren.

Jongeren gaven ook aan dat er in de strijd tegen klimaatverandering gemeenschappelijke doelstellingen bepaald moeten worden en dat we “een bestaan moeten waarborgen dat vrij is van de nadelige gevolgen van klimaatverandering”. Ze drongen aan op onderwijsprogramma’s die op waarden zijn gebaseerd, om online gedrag positief te beïnvloeden en desinformatie tegen te gaan. De deelnemers pleitten ook voor gelijke rechten, behandeling en kansen en voor inclusie van iedereen in alle ruimtes. Wat betreft de geringe vertegenwoordiging van jongeren in de politieke besluitvorming benadrukten ze dat een democratie vereist dat alle stemmen worden gehoord.

Hoogtepunt van het evenement, dat anderhalve dag duurde, was de slotzitting waarop de toegewijde en betrokken jongeren hun aanbevelingen voorlegden aan EESC-voorzitter Oliver Röpke en EU-jongerencoördinator Biliana Sirakova. De jongeren stelden door middel van een stemming de volgende vijf punten van aandacht vast, in volgorde van belangrijkheid:

(1) Corruptie bestrijden door middel van transparantie en de participatie van jongeren.

(2) Actief burgerschap: van klaslokaal tot gemeenschap.

(3) Ongelijkheid tegengaan.

(4) Jongeren moeten kunnen meepraten.

(5) Een samenhangende strategie inzake klimaatverandering ontwikkelen.

Voorzitter Röpke benadrukte dat deze aanbevelingen de advieswerkzaamheden van het EESC vorm kunnen geven en dat gendergelijkheid een topprioriteit van het Comité is. Sirakova merkte op dat deze aanbevelingen ook als input voor de werkzaamheden van de EU kunnen dienen. (cpwb)

 

Minder

Jongeren aanmoedigen om ze te empoweren

Door Kristýna Bulvasová

In de huidige onzekere wereld waarin oude overtuigingen afbrokkelen en voorheen gedeelde waarden ons niet langer verenigen maar verdelen, moeten jongeren de kans krijgen zich op een zinvolle manier in te zetten om de vele dringende problemen aan te pakken die zich maar blijven opstapelen. De discussies tijdens YEYS 2025 lieten duidelijk zien dat er niet één typisch “jongerenthema” is en dat jongeren zich terecht zorgen maken over veel verschillende problemen – variërend van het bestrijden van corruptie en het bevorderen van gelijkheid tot het aanpakken van klimaatverandering, zo schrijft de Tsjechische student en YEYS-deelnemer Kristýna Bulvasová.

Door Kristýna Bulvasová

In de huidige onzekere wereld waarin oude overtuigingen afbrokkelen en voorheen gedeelde waarden ons niet langer verenigen maar verdelen, moeten jongeren de kans krijgen zich op een zinvolle manier in te zetten om de vele dringende problemen aan te pakken die zich maar blijven opstapelen. De discussies tijdens YEYS 2025 lieten duidelijk zien dat er niet één typisch “jongerenthema” is en dat jongeren...Meer

Door Kristýna Bulvasová

In de huidige onzekere wereld waarin oude overtuigingen afbrokkelen en voorheen gedeelde waarden ons niet langer verenigen maar verdelen, moeten jongeren de kans krijgen zich op een zinvolle manier in te zetten om de vele dringende problemen aan te pakken die zich maar blijven opstapelen. De discussies tijdens YEYS 2025 lieten duidelijk zien dat er niet één typisch “jongerenthema” is en dat jongeren zich terecht zorgen maken over veel verschillende problemen – variërend van het bestrijden van corruptie en het bevorderen van gelijkheid tot het aanpakken van klimaatverandering, zo schrijft de Tsjechische student en YEYS-deelnemer Kristýna Bulvasová.

Hoe vaak heb ik als jonge Gen Z-persoon niet horen zeggen “jouw generatie staat voor ongekende problemen” of “jullie moeten leiderschap tonen om de huidige uitdagingen te helpen oplossen”.  Er staat veel op het spel en we staan voor grote uitdagingen: een ongekende democratische terugval, de polarisatie van onze samenlevingen over zaken die voorheen “gedeelde waarden” waren, de destabilisatie van aloude overtuigingen en systemen, en een toenemende onzekerheid.

Er worden niet alleen hoge verwachtingen gesteld aan jongeren, maar ook aan maatschappelijke organisaties, die met heel weinig middelen een cruciale rol spelen in het begeleiden van de waarden van jongeren, en aan onderwijssystemen Formeel onderwijs moet jongeren kunnen uitrusten met de vaardigheden en instrumenten die ze nodig hebben om de probleemoplossers en leiders van vandaag en morgen te worden. Ik ben bang dat veel onderwijssystemen te star zijn om de 21e eeuw aan te kunnen. Scholen bieden geen onderwijs over klimaatverandering of over brede gezondheidskwesties – of het nu gaat om geestelijke of reproductieve gezondheid. Ze beschikken ook niet over state-of-the-art technologie en zijn slecht toegankelijk voor kwetsbare groepen.

Zelfs de vraag wie als kwetsbaar wordt beschouwd, is gepolitiseerd – of erger nog, geïnstrumentaliseerd – waardoor de druk op degenen die het zich het minst kunnen veroorloven en die niet achter mogen blijven, nog verder toeneemt.

Onze samenlevingen zijn het niet langer eens over wat kwetsbaarheid betekent of hoe het te herkennen: ik heb dit aan den lijve ondervonden toen ik een workshop gaf op een school in de buurt van de Tsjechisch-Slowaakse grens, waar ik sprak over de loonkloof tussen mannen en vrouwen en andere ongelijkheden tussen mannen en vrouwen. De leerlingen en leerkrachten reageerden vol ongeloof en ontkenden gewoon dat er in onze samenleving ongelijkheden bestaan. Dit doet me geloven dat we meer moeten discussiëren en capaciteit moeten opbouwen op het gebied van kwetsbaarheden en ongelijkheid, ongeacht de leeftijdsgroep.

Gelijke toegang tot onderwijs en kansen voor jongeren – inclusief kansarme vrouwen en meisjes, mensen met een handicap en jongeren met een migratieachtergrond – blijft een wensdroom. Als het ons gezamenlijke doel is om jongeren een sterke basis te bieden om hun potentieel en dromen waar te maken, moeten we nu actie ondernemen. Het is niet eenvoudig om een oplossing voor te stellen, maar het versterken van de banden van de EU-lidstaten met maatschappelijke organisaties – vooral die in het informele onderwijs – zou kunnen helpen om kloven te dichten nadat is vastgesteld welke gebieden het meest kwetsbaar zijn. De bijscholing van leerkrachten en alle jeugdwerkers die helpen om gemeenschappen op te bouwen zou vervolgens een kader kunnen bieden voor gerichte en systematische oplossingen.

Het maatschappelijk middenveld heeft de rol op zich genomen om actieve burgerparticipatie aan te moedigen, maar de betrokkenheid van jongeren bij de besluitvorming en het democratisch bestuur blijft laag. Er gaapt een duidelijke kloof tussen de aspiraties van jongeren en de ruimtes en mogelijkheden om ze te verwezenlijken. Verkiezingen alleen leveren niet de gewenste resultaten op, want in sommige landen blijft het bestrijden van politieke culturen en desinformatie een uitdaging. Niet gaan stemmen betekent echter niet dat je geen mening hebt of dat er geen problemen zijn die je zou willen aanpakken. Om actief burgerschap aan te moedigen, moeten jongeren niet alleen positieve ervaringen opdoen met democratische actie, maar moeten er ook tastbare resultaten zijn en mag er niet louter aan "youthwashing", symbolische acties of cherrypicking worden gedaan. Ik heb nog steeds de hoop dat de EU-lidstaten hiervoor ruimtes kunnen creëren en misschien een punt kunnen bereiken waarop jongeren niet meer hoeven te wachten totdat ze de kans krijgen om zich op een zinvolle manier in te zetten en mee te creëren. Maar dit mag niet pas gebeuren over drie, vijf of tien jaar. Er moet nu iets veranderen, om te voorkomen dat de maatschappelijke kloof nog groter wordt.

Tijdens YEYS 2025 had ik het genoegen om deel te nemen aan het opstellen van een aanbeveling over het thema klimaatverandering, omdat ik persoonlijk geloof dat de drievoudige planetaire crisis een van de grootste uitdagingen voor de mensheid is. De ontwikkeling van een coherente klimaatveranderingsstrategie voor de EU was een van de vijf YEYS-aanbevelingen, naast corruptiebestrijding door transparantie en jongerenparticipatie, actief burgerschap, gelijkheid en het idee dat “jongeren moeten kunnen meepraten”. Aangezien het op de lijst van meest gedeelde aanbevelingen staat, is het duidelijk dat jonge YEYS-ers dit als een cruciale uitdaging zien die moet worden aangepakt. Dit weerspiegelt echter de kijk van een reeds behoorlijk mondige groep jongeren en kan niet als representatief voor alle EU-lidstaten worden beschouwd. Sommigen dachten misschien dat deze specifieke aanbeveling het belangrijkst zou zijn voor de deelnemers van YEYS 2025, maar toch kwam ze bij de eindstemming als laatste uit de bus. Laat dit ons eraan herinneren dat er niet één onderwerp is dat bij uitstek een “jongerenthema” kan worden genoemd. Jongeren zijn terecht bezorgd over alle actuele kwesties, en de jongerenagenda is van nature breed en intersectioneel.

Sommige jongeren erkennen het belang van milieubescherming en duurzaamheid, terwijl andere het zich niet kunnen veroorloven hier prioriteit aan te geven omdat ze al moeite hebben om in hun basisbehoeften te voorzien. Ik heb de drievoudige planetaire crisis een van de grootste uitdagingen voor de mensheid genoemd, maar als we bedenken dat alle grote problemen tegelijk moeten worden aangepakt om doeltreffend te zijn, verandert het plaatje. De huidige geopolitieke context en het streven van de EU naar mondiale concurrentiekracht leiden de aandacht af en vertragen de transitieprocessen. Maar uiteindelijk hebben noch wij, noch toekomstige generaties een planeet B waarop we deze problemen kunnen oplossen, en we kunnen het ons niet langer veroorloven om de planetaire grenzen te overschrijden.

Om terug te komen op de hoge inzet: jongeren in al hun diversiteit moeten nog steeds het “jong zijn” kunnen omarmen met alle privileges, uitdagingen en mooie dingen die daarbij horen. Een recent VN-rapport toont echter aan dat de levensvreugde en het geluksgevoel onder jongvolwassenen de afgelopen tien jaar duidelijk is afgenomen. Zelfs met de ernstige uitdagingen waarmee we worden geconfronteerd, ben ik ervan overtuigd dat als we jongeren kunnen inspireren door de tastbare resultaten van hun acties te laten zien, we een goede kans maken om dringende problemen aan te pakken en de kwaliteit van leven voor iedereen te verbeteren.

Kristýna Bulvasová is lid van het Europees jongerennetwerk voor duurzame ontwikkeling. Ze was jongerenafgevaardigde bij het Congres van Lokale en Regionale Overheden van de Raad van Europa en Tsjechisch jongerenafgevaardigde bij de VN. Als voormalig woordvoerder van het Tsjechisch-Duitse Jeugdforum is ze nog steeds actief betrokken bij het versterken van de Tsjechisch-Duitse samenwerking. Kristýna is een jongerenactiviste die zich richt op toekomstgericht onderwijs en duurzaamheid. Momenteel leidt ze de Tsjechische ngo MOB - Young Citizens terwijl ze haar studies aan de Karelsuniversiteit in Praag en de Universiteit van Regensburg afrondt. Kristýna nam niet alleen actief deel aan YEYS, maar sprak ook op de EESC-week van het maatschappelijk middenveld tijdens de sessie over Prognoses voor inclusieve rechtvaardige transitie en groene/blauwe groei.

Minder

JONGE MOLDAVIËRS OP “JOUW EUROPA, JOUW MENING”: EEN GENERATIE DIE VOORBIJ DE GRENZEN KIJKT

De jonge Moldavische Mădălina-Mihaela Antoci was dit jaar een van de vertegenwoordigers van de kandidaat-lidstaten van de EU tijdens het jaarlijkse EESC-jongerenevenement Jouw Europa, jouw mening (YEYS). Ze nam ook deel aan de Week van het maatschappelijk middenveld van het EESC, waar ze een inspirerende toespraak hield met als titel “Nog altijd in verscheidenheid verenigd”. De voorzitter van het Erasmus Student Network Moldavië en bestuurslid van de nationale jeugdraad van het land sprak met ons over het belang van de EU voor jonge Moldaviërs en over haar streven om jongeren aan te moedigen om in het buitenland te studeren en wereldburger te worden.

De jonge Moldavische Mădălina-Mihaela Antoci was dit jaar een van de vertegenwoordigers van de kandidaat-lidstaten van de EU tijdens het jaarlijkse EESC-jongerenevenement Jouw Europa, jouw mening (YEYS). Ze nam ook deel aan de Meer

De jonge Moldavische Mădălina-Mihaela Antoci was dit jaar een van de vertegenwoordigers van de kandidaat-lidstaten van de EU tijdens het jaarlijkse EESC-jongerenevenement Jouw Europa, jouw mening (YEYS). Ze nam ook deel aan de Week van het maatschappelijk middenveld van het EESC, waar ze een inspirerende toespraak hield met als titel “Nog altijd in verscheidenheid verenigd”. De voorzitter van het Erasmus Student Network Moldavië en bestuurslid van de nationale jeugdraad van het land sprak met ons over het belang van de EU voor jonge Moldaviërs en over haar streven om jongeren aan te moedigen om in het buitenland te studeren en wereldburger te worden.

1. Betrekt de nationale jeugdraad van Moldavië jongeren bij discussies over integratie in de EU? Hoe kijken jonge Moldaviërs naar de EU?

Zeker! De Moldavische nationale jeugdraad zorgt ervoor dat de stem van jongeren wordt gehoord in het EU-integratieproces van Moldavië door middel van raadplegingen, campagnes en een rechtstreekse dialoog met beleidsmakers. Voor veel jonge Moldaviërs staat de EU synoniem met vooruitgang, nieuwe horizonten en een toekomst waarin hun talenten worden erkend en gewaardeerd. Toch zijn er nog veel lacunes in de kennis over de EU en dat is precies waar wij om de hoek komen kijken: we zetten nieuwsgierigheid om in actieve deelname.

We organiseren forums, debatten en workshops over EU-integratie, EU-beleid en jongerenrechten.
We pleiten ervoor om jongeren bij nationale besluitvormingsprocessen te betrekken.
We zetten campagnes op om jonge Moldaviërs te informeren over de voordelen van het EU-lidmaatschap.

2. Kun je kort vertellen wat jouw werk voor het Erasmus Student Network (ESN) in Moldavië precies inhoudt?

Mijn rol als voorzitter van ESN Moldavië bestaat erin om jonge mensen kansen in het buitenland te bieden die hun leven kunnen veranderen. Ons team zet zich in voor het bevorderen van mobiliteit, het creëren van een gastvrije omgeving voor uitwisselingsstudenten en het stimuleren van internationaal onderwijs. Een van mijn belangrijkste initiatieven is Erasmus in Schools, waar we middelbare scholieren aanmoedigen om hun horizon te verbreden en mondiaal te denken.

3. Hoeveel Moldavische studenten hebben tot nu toe deelgenomen aan het academisch programma van Erasmus+, in totaal of jaarlijks?

Moldavië ontvangt momenteel geen Erasmus+-studenten, maar onze jongeren worden wel opgemerkt in het buitenland! Dankzij het Erasmus+-programma studeren elk jaar tussen de 500 en 700 Moldavische studenten aan vooraanstaande Europese universiteiten of lopen ze stage bij belangrijke Europese instellingen. Sinds de start van het programma hebben duizenden jongeren ervaring opgedaan in het buitenland en zijn ze teruggekeerd naar Moldavië met in hun bagage innovatie, leiderschap en een nieuwe kijk op dingen. Via Erasmus in Schools wil ik dat nog meer jonge Moldaviërs mobiel worden en inzien dat de wereld aan hun voeten ligt.

4. Wat is volgens jou de waarde van zulke academische uitwisselingsprogramma’s voor jongeren in een kandidaat-lidstaat als Moldavië?

Erasmus+ is meer dan een studieprogramma. Het is een springplank voor de toekomst van Moldavië. Jongeren krijgen er een opleiding, maar ze leren er ook om zich aan te passen, weerbaar te worden en door een Europese bril naar de wereld te kijken. In een kandidaat-lidstaat als Moldavië is het cruciaal om een generatie te vormen die voorbij de grenzen kijkt, die innoveert, samenwerkt en klaar is om Moldavië naar een Europese toekomst te leiden.

5. Wat waren jouw verwachtingen voor “Jouw Europa, jouw mening” en de Week van het maatschappelijk middenveld?

Ik verwachtte stimulerende discussies, gedurfde ideeën en concrete toezeggingen om jongeren bij de beleidsvorming te betrekken. Evenementen als deze hebben een grote impact: het zijn platforms waar jonge aanjagers van verandering de status quo ter discussie stellen en resoluut oproepen tot een sterker en meer inclusief Europa. Voor Moldavië betekent dit dat we een nieuwe stap zetten om de afstand tussen de realiteit thuis en onze Europese aspiraties te verkleinen. Zo laten we zien dat wij jonge Moldaviërs niet stilstaan en wachten op de toekomst, maar dat we onze eigen toekomst vormgeven.

Mădălina Mihaela Antoci is een 21-jarige jongerenleider met een passie voor onderwijs, burgerparticipatie en empowerment van jongeren. Ze is momenteel voorzitter van het Erasmus Student Network van Moldavië en bestuurslid van de nationale jeugdraad van dit land.

Als onvermoeibare voorstander van het academisch programma van Erasmus+ heeft ze opmerkelijke successen geboekt bij het aanmoedigen van jonge mensen om de internationale mogelijkheden te verkennen en tegelijkertijd de waarde van onderwijs in eigen land te benadrukken. Ze heeft honderden studenten geïnspireerd om de weg van academische mobiliteit in te slaan en een actieve rol te spelen in hun lokale gemeenschap.

Minder

De kracht van Oekraïense jongeren

Jouw Europa, jouw mening! — Het YEYS-evenement heeft dit jaar zo’n 90 leerlingen uit de EU, kandidaat-lidstaten en het Verenigd Koninkrijk bijeengebracht. Valeriia Makarenko kwam helemaal uit het door oorlog verscheurde Charkiv in Oekraïne om haar land te vertegenwoordigen op het evenement. Ze vertelde ons waarom deelname aan YEYS heel belangrijk is voor jonge Oekraïners en sprak de hoop uit dat haar generatie, die door de oorlog weerbaar is geworden en tot een eenheid is gesmeed, Oekraïne naar een zonnigere toekomst zal leiden. 

Jouw Europa, jouw mening! — Het YEYS-evenement heeft dit jaar zo’n 90 leerlingen uit de EU, kandidaat-lidstaten en het Verenigd Koninkrijk bijeengebracht. Valeriia Makarenko kwam helemaal uit het door oorlog verscheurde Charkiv in Oekraïne om haar land te vertegenwoordigen. Ze vertelde ons waarom deelname aan YEYS heel belangrijk is voor jonge Oekraïners en sprak de hoop uit dat haar generatie, die door de oorlog weerbaar is geworden en tot een ...Meer

Jouw Europa, jouw mening! — Het YEYS-evenement heeft dit jaar zo’n 90 leerlingen uit de EU, kandidaat-lidstaten en het Verenigd Koninkrijk bijeengebracht. Valeriia Makarenko kwam helemaal uit het door oorlog verscheurde Charkiv in Oekraïne om haar land te vertegenwoordigen. Ze vertelde ons waarom deelname aan YEYS heel belangrijk is voor jonge Oekraïners en sprak de hoop uit dat haar generatie, die door de oorlog weerbaar is geworden en tot een eenheid is gesmeed, Oekraïne naar een zonnigere toekomst zal leiden.

1) Waarom is het volgens jou belangrijk dat jongeren EU-evenementen zoals “Jouw Europa, jouw mening” bijwonen?

Ik ben van mening dat het bijwonen van EU-evenementen zoals “Jouw Europa, jouw mening” van cruciaal belang is voor jongeren, omdat het hun een platform biedt om hun mening te geven, deel te nemen aan zinvolle discussies en actief vorm te geven aan de toekomst van Europa. Deze evenementen bieden mogelijkheden van werkelijk onschatbare waarde om over besluitvormingsprocessen te leren, leiderschapsvaardigheden te ontwikkelen en in contact te komen met andere jongeren uit verschillende landen. Voor jonge Oekraïners is deelname zelfs nog belangrijker omdat het ons in staat stelt onze authentieke ervaringen te delen, de integratie van Oekraïne in Europa te bepleiten en solidariteit onder Europese jongeren te bevorderen.

2) Welke invloed heeft de oorlog volgens jou gehad op jongeren in Oekraïne?
Het lijdt geen twijfel dat de grootschalige oorlog, met alle gevolgen ervan qua opleiding, geestelijke gezondheid en het algemene gevoel van veiligheid, het leven van jongeren in Oekraïne ingrijpend heeft veranderd. Veel jongeren zagen zich genoodzaakt om te verhuizen of online te gaan studeren, vaak onder wisselende omstandigheden. De oorlog heeft hen echter ook weerbaar gemaakt; jonge Oekraïners zijn niet alleen symbool komen te staan voor macht en kracht, maar zijn zich ook meer gaan inzetten als vrijwilliger, als activist en ten behoeve van wederopbouw, bij bijvoorbeeld stedenbouwkundige projecten. Ondanks alle moeilijkheden blijven we vastbesloten om onze identiteit te beschermen en bij te dragen aan de toekomst van ons land.

3) Hoe hoop je dat de toekomst van jongeren in Oekraïne eruitziet?
De toekomst is voor bijna elke Oekraïense tiener zeker een ingewikkelde kwestie. Mijn gemeenschap en ik hopen dat alle jongeren in Oekraïne toegang zullen hebben tot goed onderwijs, mogelijkheden tot professionele groei en een zekere toekomst binnen een sterk, onafhankelijk Oekraïne. Ik hoop ook dat de internationale gemeenschap Oekraïne blijft steunen bij de wederopbouw, zodat jonge mensen niet slechts overleven, maar ook tot bloei kunnen komen. De kracht van Oekraïense jongeren is onmiskenbaar, en het is dan ook inspirerend om te zien dat steeds meer jongeren deelnemen aan verschillende projecten op het gebied van onder meer onderwijs, wetenschap en herstel van de infrastructuur. Als belangrijkste hoop ik dat onze generatie, die wordt gekenmerkt door veerkracht en eenheid, Oekraïne naar een betere, meer innovatieve en democratische toekomst zal leiden.

4) Wil je tot slot nog iets zeggen over het evenement?  

Ik raakte echt geïnspireerd. Alleen al doordat ik kon praten, luisteren en analyseren wat andere deelnemers zeiden, was het gevoel van empowerment voor mij onmiskenbaar; door ons eenvoudigweg te verenigen kunnen we laten zien waartoe we echt in staat zijn. Zo hielpen sommige projecten die we hebben gedaan, ons echt om andere landen beter te begrijpen. Ik ben heel veel te weten gekomen over verschillende landen. Ik was geweldig, ik ben trots dat ik erbij was. 

Valeriia Makarenko is een 16-jarige leerling uit Charkiv, Oekraïne. Ze zit in de 10e klas van het Charkiv Lyceum #99.

Minder

Mijn ervaring met YEYS 2025 – Jongeren kunnen het verschil maken!

De 17-jarige student Adam Mokhtari was een van de Ierse vertegenwoordigers tijdens Jouw Europa, jouw mening! (YEYS), dat in maart in Brussel werd gehouden onder het motto “De jeugd een stem geven”. Later presenteerde hij de aanbevelingen van YEYS tijdens de EESC-Week van het maatschappelijk middenveld, waarin hij tijdens een bijeenkomst sprak over Charting Europe’s course – Reconnecting polarised societies through community learning and citizenship education. Adam beschrijft wat hij leuk vond aan YEYS en deelt zijn persoonlijke indrukken om te benadrukken waarom hij een Europa wil waar iedereen zich thuis voelt.

De 17-jarige student Adam Mokhtari was een van de Ierse vertegenwoordigers tijdens Jouw Europa, jouw mening! (YEYS), dat in maart in Brussel werd gehouden onder het motto “De jeugd een stem geven”. Later presenteerde hij de aanbevelingen van YEYS tijdens de EESC-Week van het maatschappelijk middenveld, waarin hij tijdens ...Meer

De 17-jarige student Adam Mokhtari was een van de Ierse vertegenwoordigers tijdens Jouw Europa, jouw mening! (YEYS), dat in maart in Brussel werd gehouden onder het motto “De jeugd een stem geven”. Later presenteerde hij de aanbevelingen van YEYS tijdens de EESC-Week van het maatschappelijk middenveld, waarin hij tijdens een bijeenkomst sprak over Charting Europe’s course – Reconnecting polarised societies through community learning and citizenship education. Adam beschrijft wat hij leuk vond aan YEYS en deelt zijn persoonlijke indrukken om te benadrukken waarom hij een Europa wil waar iedereen zich thuis voelt.

Door Adam Mokhtari

Hallo, mijn naam is Adam Mokhtari en ik heb een geweldige ervaring gehad door Ierland te vertegenwoordigen tijdens Jouw Europa, jouw mening (YEYS) 2025. Ongeveer 90 jongeren uit heel Europa kwamen bijeen om ideeën uit te wisselen en de toekomst vorm te geven.  

Een van mijn favoriete onderdelen was het werken in groepen om belangrijke kwesties te bespreken en beslissingen te nemen. Zeer positief ben ik ook over de activiteit waarbij we om de beurt luisteraar, spreker en waarnemer waren en bespraken wat Europa voor ieder van ons persoonlijk betekende. Iedereen had zeven minuten spreektijd; zo kwam iedereen aan het woord.

Aan het eind waren we het eens over vijf belangrijke aanbevelingen. Dit zijn: het openbaar bestuur transparanter maken en jongeren daarbij betrekken, actief burgerschap op scholen onderwijzen, gelijkheid voor iedereen garanderen, jongeren een echte stem in de politiek geven en een sterk klimaatactieplan opstellen.

Aan mij de eer om alle YEYS-deelnemers te vertegenwoordigen tijdens de EESC-Week van het maatschappelijk middenveld en onze aanbevelingen met beleidsmakers te delen. Daaruit bleek dat stemmen van jongeren ertoe doen!

De kracht van onderwijs

Onderwijs is van groot belang om jongeren bij de democratie te betrekken. Het leert ons kritisch na te denken, nepnieuws te herkennen en in actie te komen. Zonder de steun van mijn school zou ik deze kans niet hebben gekregen. Nu wil ik anderen zover krijgen om ook mee te doen.

Tijdens YEYS luisterden EESC-voorzitter Oliver Röpke en EU-jeugdcoördinator Biliana Sirakova naar onze ideeën en moedigden ze ons aan om te blijven aandringen op verandering.

Mijn verhaal en waarom inclusie belangrijk is

Ik ben geboren in Ierland, maar mijn ouders zijn pas eind jaren 90 daar naartoe verhuisd. Toen ze zich er vestigden, ervoeren ze liefde en respect van het Ierse volk. Mijn ouders vertelden me dat er in die tijd heel weinig diversiteit was in Ierland. Desondanks ging het mijn ouders in de jaren 90 voor de wind.

Ik ben Iers en ik ben Europeaan. Ik heb een Algerijnse achtergrond.  Soms voel ik me anders dan anderen, maar meestal voel ik me net als iedereen.  Ik heb veel geleerd van verschillende culturen en ik denk dat dit het leven beter maakt. Als we allemaal hetzelfde waren, zou het saai zijn.  Het gaat erom open te staan voor verschillen en begrip te hebben voor anderen.

Helaas hebben sommige migranten en jongeren vandaag de dag te maken met discriminatie, haat en oneerlijke behandeling, wat kan worden gestimuleerd door sociale media. Dat moet veranderen. Het maakt me ongelukkig om dit vast te stellen. Met sommige immigranten in Ierland gaat het nu slecht: ze leven op straat en worden gezien als een probleem. Het is niet gemakkelijk en het is heel triest.

Ik heb het geluk gehad naar scholen te gaan waar niemand uitgesloten werd, maar dat is niet voor alle jongeren weggelegd. We moeten ervoor zorgen dat alle jongeren zich geaccepteerd voelen en dat ze erbij horen, zodat ze zich niet buitengesloten of afgesloten voelen van de maatschappij.

Bouwen aan een betere toekomst

Om Ierland en de Europese Unie inclusiever te maken, hebben we beter onderwijs nodig over verschillende culturen en over wat de EU voor ons doet.  Dit helpt bij het begrip en zorgt voor meer inclusie.

Gemeenschapsevenementen kunnen mensen samenbrengen en op een positieve manier met elkaar laten omgaan. Meer jongeren moeten invloed krijgen bij beslissingen op lokaal niveau, ook in jeugd- en sportclubs of op school of op EU-niveau. Hierdoor zullen ze zich betrokken voelen bij de dingen die voor hen belangrijk zijn. Laat jongeren zien hoe ze bij de zaak betrokken kunnen raken.

We hebben steun van de EU nodig om inclusie tot een prioriteit te maken.  Het was fantastisch om te horen dat inclusie een prioriteit was voor het EESC.

Wat ik wil voor Europa

Veel jongeren zijn slecht op de hoogte van wat de EU voor hen doet. De EU zou meer moeten doen om ons meer bij de politiek en bij verkiezingen te betrekken. 

Ik wil een Europa dat verenigd, eerlijk en gastvrij is, waar alle mensen zich welkom voelen, ongeacht hun achtergrond.

YEYS heeft me duidelijk gemaakt dat jongeren de doorslag kunnen geven. Ook als onze ideeën niet allemaal meteen worden geaccepteerd, worden ze tenminste gehoord. Als Ierse jongere met Algerijnse roots heb ik het gevoel dat mijn stem ertoe doet; en ik wil dat anderen dezelfde kans krijgen.

Onderwijs kan mensen samenbrengen, discriminatie tegengaan en jongeren een stem geven. Ik neem deze ervaring met me mee en moedig anderen aan om mee te doen. De toekomst ligt in onze handen!  Het is ons Europa en we hebben inspraak!

Adam Mokhtari is een 17-jarige scholier uit Ierland. Hij gaat naar de Bremore Educate Together Secondary School in Balbriggan bij Dublin. Enthousiast over de EU en gedreven om samenlevingen inclusiever en succesvoller te maken, nam Adam deel aan YEYS 2025 en was hij YEYS-vertegenwoordiger tijdens de Week van het maatschappelijk middenveld dit jaar.

Minder

Evenementen zoals “Jouw Europa, jouw mening!” (YEYS) laten Oekraïners zien dat Europa hen niet vergeten is

Nu de bommen dagelijks op hun land neerkomen, is de verre toekomst wel het laatste waar jonge Oekraïners aan denken. Overleven is nu het enige wat telt, zegt de 18-jarige Yevheniia Senyk, deelnemer aan “Jouw Europa, jouw mening!” in 2025 en jeugdactivist uit Oekraïne. Ze vertelt over de gevolgen van de oorlog voor jongerenorganisaties in haar land en waarom zij gehoord moeten worden op het Europese toneel.

Nu de bommen dagelijks op hun land neerkomen, is de verre toekomst wel het laatste waar jonge Oekraïners aan denken. Overleven is nu het enige wat telt, zegt de 18-jarige Yevheniia Senyk, deelnemer aan “Jouw Europa, jouw mening!” in 2025 en jeugdactivist uit Oekraïne. Ze vertelt over de gevolgen van de oorlog voor jongerenorganisaties in haar land en waarom zij gehoord moeten worden op het Europese toneel.

Wat zijn volgens jou de gevolgen v...Meer

Nu de bommen dagelijks op hun land neerkomen, is de verre toekomst wel het laatste waar jonge Oekraïners aan denken. Overleven is nu het enige wat telt, zegt de 18-jarige Yevheniia Senyk, deelnemer aan “Jouw Europa, jouw mening!” in 2025 en jeugdactivist uit Oekraïne. Ze vertelt over de gevolgen van de oorlog voor jongerenorganisaties in haar land en waarom zij gehoord moeten worden op het Europese toneel.

Wat zijn volgens jou de gevolgen van de voorbije drie jaar oorlog in Oekraïne voor jouw organisatie en hoe zijn jullie activiteiten erdoor veranderd?

Het SD-platform is opgericht in 2013 en heeft als doel waarden zoals vrijheid, solidariteit, gelijkheid en rechtvaardigheid te beschermen. Wij geloven dat dit de belangrijkste waarden zijn die een progressieve toekomst in Oekraïne moeten schragen. We hebben ook veel afdelingen in het buitenland zodat Oekraïense jongeren die hun thuisland hebben moeten verlaten, zich van daaruit kunnen blijven inzetten. 

De oorlog heeft gevolgen gehad voor het werk van de regionale afdelingen. Er zijn er namelijk veel die zich zeer dicht bij de frontlinie bevinden, bijvoorbeeld in Odessa en Zaporizja, en de mensen daar worden elke dag gebombardeerd. Ze kunnen nauwelijks denken aan het organiseren van evenementen, alles draait om overleven. In het hele land lijden jongeren onder die dagelijkse bombardementen. Wat heeft het voor zin om na te denken over de verre toekomst als je niet weet wat de dag van morgen brengt?

Door de oorlog is de economische situatie in Oekraïne ook instabiel en is er niet genoeg werk voor jongeren. Ze moeten een baan vinden en tegelijkertijd proberen te studeren en actief te zijn in jongerenorganisaties. Dat alles is moeilijk te combineren.

Na de grootschalige invasie in Oekraïne hebben veel jongeren zich gewapenderhand tegen de Russische agressor verzet in plaats van hem te bestrijden via jeugdraden of jongerenorganisaties. Jonge Oekraïners missen daardoor politieke ervaring. In de toekomst zal het moeilijk zijn ervoor te zorgen dat iedereen aan het politieke leven kan deelnemen.

Bij SD-platform bieden we gratis niet-formele politieke educatie aan, zodat jongeren kunnen leren hoe ze invloed kunnen uitoefenen op de politiek op regionaal en nationaal niveau.

Waarom is het volgens jou belangrijk voor Oekraïense jongerenorganisaties of hun vertegenwoordigers om deel te nemen aan evenementen zoals YEYS?

Dankzij dit soort van internationale evenementen beseffen wij Oekraïners dat Europa ons niet is vergeten. Het is belangrijk voor ons om hier te zijn, onze stem te laten horen, anderen naar hun ervaringen te vragen en zo met frisse ideeën naar ons land terug te keren.

Het laat ook zien dat we deel kunnen en willen uitmaken van de Europese Unie, want als we hier zijn, kunnen de Europese jongeren naar ons luisteren en wij naar hen. Het is als een partnerschap tussen ons allemaal.

Hoe kunnen jongeren worden gesteund of geholpen om hen aan te moedigen zich te blijven inzetten voor jeugdwerk en jeugdactivisme?

Ik denk dat het heel belangrijk is dat de Europese Unie de Oekraïense jeugd raadpleegt. Als de Europese Unie ons de mogelijkheid blijft bieden om inspraak te hebben in de EU-beleidsvorming, zullen we tot gemeenschappelijke conclusies komen die voor beide partijen gunstig zijn. We maken immers deel uit van Europa, dus moeten er gemeenschappelijke standpunten zijn op alle beleidsterreinen. Als de Europese Unie Oekraïense jongeren financieel blijft steunen om aan dit soort evenementen deel te nemen, zal dat hen helpen om in de toekomst politiek actief te blijven. De kostprijs zal dan geen obstakel meer vormen.

Yevheniia Senyk is jongerenactivist bij SD-platform, een organisatie binnen de nationale jeugdraad van Oekraïne. Zij studeert internationale betrekkingen aan de polytechnische universiteit van Lviv.  

 

Minder

Jongerenparticipatie moet echt ergens over gaan

Nooit eerder was er zo’n goed opgeleide generatie met zoveel potentieel, maar die tegelijkertijd kampt met zoveel druk en onzekerheid over de toekomst. Hoe kan ervoor gezorgd worden dat de stem van jongeren luider klinkt? En waarom is het, in tijden van toenemende discriminatie en xenofobie in Europa, cruciaal dat in toekomstige EU-jongerenprogramma’s verder aandacht wordt besteed aan de waarde van democratie? EESC-info sprak met Bruno António, jongerenexpert en keynote speaker op “Jouw Europa, jouw mening” (YEYS) 2025.

Nooit eerder was er zo’n goed opgeleide generatie met zoveel potentieel, maar die tegelijkertijd kampt met zoveel druk en onzekerheid over de toekomst. Hoe kan ervoor gezorgd worden dat de stem van jongeren luider klinkt? En waarom is het, in tijden van toenemende discriminatie en xenofobie in Europa, cruciaal dat in toekomstige EU-jongerenprogramma’s verder aandacht wordt besteed aan de waarde van democratie? EESC-info sprak met Bruno António, jongeren...Meer

Nooit eerder was er zo’n goed opgeleide generatie met zoveel potentieel, maar die tegelijkertijd kampt met zoveel druk en onzekerheid over de toekomst. Hoe kan ervoor gezorgd worden dat de stem van jongeren luider klinkt? En waarom is het, in tijden van toenemende discriminatie en xenofobie in Europa, cruciaal dat in toekomstige EU-jongerenprogramma’s verder aandacht wordt besteed aan de waarde van democratie? EESC-info sprak met Bruno António, jongerenexpert en keynote speaker op “Jouw Europa, jouw mening” (YEYS) 2025.

1. Staan jongeren tegenwoordig passief of actief in het politieke en maatschappelijke leven? Op welke manieren kunnen jongeren meer betrokken worden bij de beleidsvorming?

Uit verschillende onderzoeken blijkt dat jongeren niet onverschillig zijn, en actief participeren. Jongeren zijn zich bewust van belangrijke maatschappelijke kwesties, en ondernemen ook actie om voor verandering te zorgen. Er is in die zin zeker sprake van politiek engagement. Interessant is hoe zich dit uit. Enerzijds zijn er de traditionele manieren van participatie, zoals gaan stemmen, vrijwilligerswerk verrichten bij ngo’s of lid worden van de jongerenafdeling een politieke partij. Tegenwoordig lijken deze vormen minder populair onder jongeren, die liever invloed uitoefenen op de publieke beleidsvorming door petities te ondertekenen of door deel te nemen aan protesten. Daarnaast zijn er ook andere innovatieve participatiekanalen. In het Developing Youth Participation in Local Level (DYPALL)-netwerk onderzoeken we deze kanalen, waaronder raadplegingen, deelname aan lokale jongerenraden en andere lokale dialoogmechanismen voor jongeren. Jongeren willen maar al te graag participeren, maar de meeste geijkte kanalen daarvoor zijn noch jongerenvriendelijk noch echt zinvol.

2. Uit de resultaten van de recente Europese verkiezingen en nationale peilingen blijkt dat veel jongeren op rechtse partijen stemmen. Hoe valt dit te verklaren, en ziet u dit als een zorgwekkende trend die Europese waarden zoals gelijkheid en inclusie in gevaar kan brengen?

De ruk naar rechts onder jongeren is verontrustend. Volgens ons valt die verklaren door onvrede met de mainstreampolitiek, een diep wantrouwen jegens politieke instituties, een verlangen naar een sterke nationale identiteit en angst voor economische en sociale onzekerheid. We moeten de onderliggende oorzaken van alarmerend stemgedrag trachten te begrijpen. Wie anno 2025 jong is, heeft nooit anders gekend dan constante crises en onzekerheid over de toekomst. Nooit eerder was er zo’n goed opgeleide generatie met zoveel potentieel, maar die tegelijkertijd kampt met zoveel druk en onzekerheid over de toekomst. De algoritmen van sociale media zetten polariserende inhoud kracht bij, en geven zodoende standpunten mee vorm.

Dit alles leidt tot onzekerheid over de toekomst. In een stem op een populistische partij kunnen we enerzijds een vorm van protest en een uiting van algemene ontevredenheid zien. Maar er kan ook een verlangen naar een sterke stem die een gevoel van veiligheid biedt achter schuilgaan. De geschiedenis heeft echter aangetoond dat wanneer populistische rechtse partijen aan de macht komen, jongeren vaak gedesillusioneerd raken en zich verraden voelen. Wanneer ze zich realiseren dat rechten, vrijheden en andere waarden waar zij aan hechten ter discussie komen of worden afgepakt, is het vaak al te laat.

Deze trend brengt onze Europese waarden nu al in gevaar. Dit zien we niet alleen in het politieke discours, maar ook in de bredere samenleving, waar xenofobie en discriminatie van mensen die anders zijn gemeengoed worden. Daarom is het essentieel dat toekomstige EU-jongerenprogramma’s blijven inzetten op de democratische waarden van jongeren, zodat zij deze waarden begrijpen, erover leren en er ook praktijkervaring mee opdoen. Tegelijkertijd moeten ze de nodige vaardigheden aanleren om zich te wapenen tegen de lokroep van antidemocratische bewegingen.

3. In hoeverre zijn jonge Europeanen zijn bewust van wat de EU voor hen doet? Hoe kunnen ze zich meer voor de EU interesseren? Hoe beoordeelt u de communicatie-inspanningen van de EU?

We kunnen gerust stellen dat jongeren zich meer EU-bewust zijn dan oudere generaties. Jongerenprogramma’s zoals Erasmus+, het Europees Solidariteitskorps en DiscoverEU dragen bij tot het gevoel deel uit te maken van een Europese identiteit en moeten daarom worden uitgebreid en toegankelijk worden gemaakt voor alle jongeren in Europa.

Maar zijn ze zich echt bewust van wat Europa voor hen doet? Volgens ons niet. De EU moet nog beter inzichtelijk maken hoe zij van invloed is op de samenleving in het algemeen en op jongeren in het bijzonder. De beslissingen van de EU-instellingen hebben een enorme impact en dit zou jongeren moeten stimuleren om zich meer te interesseren voor EU-aangelegenheden. Hoe? Twee ideeën komen bij me op: de EU-instellingen moeten een duidelijk signaal afgeven dat wat op EU-niveau wordt besloten hun leven rechtstreeks beïnvloedt. Ook moeten ze sterker inzetten op programma’s die jongeren meer kansen bieden om te leren en ervaren hoe de EU werkt. Dit kan een gevoel van saamhorigheid, empathie, verbondenheid en vriendschap onder Europeanen vergroten.

De verschillende EU-instellingen hebben al aanzienlijke inspanningen gedaan om de burgers beter te bereiken en hebben met verschillende campagnes en instrumenten ook daadwerkelijk vooruitgang geboekt op dit gebied. Toch is er nog meer nodig. Als het erop aankomt is de afstand tot jongeren vaak toch nog te groot.

De EU is vandaag de dag prominenter aanwezig op de sociale media en richt campagnes ook specifiek op jongeren, maar de verschillende groepen jongeren in de samenleving écht aanspreken lukt vaak niet. De EU moet nieuwe manieren vinden om jongeren te bereiken en met hen op structurele wijze te interageren, bijvoorbeeld door jongeren-ngo’s te stem van jongeren te laten vertolken, door decentrale communicatieplatforms op te zetten en door storytelling-campagnes te ontwikkelen die het EU-beleid koppelen aan de dagelijkse ervaringen van jongeren. Belangrijk is om nieuwe communicatiebenaderingen uit te proberen en jongeren direct te betrekken bij het opzetten en uitvoeren van campagnes en andere outreach-inspanningen. 

2. Tot slot: hoe kan de stem van jongeren luider klinken?

Door jongeren serieus te nemen en hun meerwaarde te erkennen. Instellingen hebben de macht en het vermogen om de stem van jongeren luider te laten klinken, maar wat soms ontbreekt is de bereidheid om de ruimte, de ondersteuning en de instrumenten te bieden om hen op een zinvolle manier te betrekken. Jongerenparticipatie mag geen formaliteit zijn, bijvoorbeeld door jongeren uit te nodigen voor openbare evenementen, wat foto’s te posten op sociale media en hun bijdrage verder te negeren. Jongerenparticipatie moet zinvol zijn, wat betekent dat zij moeten zien wat hun inbreng heeft opgeleverd en welke veranderingen eruit voortvloeien.

De rol van jongeren moet een institutionele invulling krijgen, bijvoorbeeld doordat zij vertegenwoordigd zijn in besluitvormingsorganen. Een andere vereiste is het kweken van vertrouwen; hiervoor moet in tijd en kwaliteitsvolle ruimten en mechanismen worden voorzien. Natuurlijk moet hier ook de nodige financiering worden uitgetrokken, en moeten instellingen de mogelijkheid hebben om beter met jongeren samen te werken en hen te betrekken bij de besluitvorming. Dit vraagt om investeringen, oprechte toewijding en tijd.

Bruno António is uitvoerend directeur bij DYPALL Network, een Europees platform van maatschappelijke organisaties, lokale overheden en onderzoeksinstellingen dat zich inzet voor jongerenparticipatie in lokale besluitvorming. De afgelopen 12 jaar heeft Bruno gewerkt als jongerenexpert en extern adviseur voor verschillende instellingen, zoals de Europese Commissie en de Raad van Europa. Eerder was hij secretaris-generaal van Youth for Exchange and Understanding en uitvoerend directeur bij ECOS - Cooperativa de Educação, Cooperação e Desenvolvimento. Hij heeft een diploma Sociaal Onderwijs van de Universidade do Algarve in Faro, Portugal.

 

Minder
Redactie

Ewa Haczyk-Plumley (editor-in-chief)
Laura Lui (ll)

Aan deze uitgave werkten mee

Christian Weger (cw)
Daniela Vincenti (dv)
Dimitra Panagiotou (dm)
Erika Paulinova (ep)
Ewa Haczyk-Plumley (ehp)
Giorgia Battiato (gb)
Jasmin Kloetzing (jk)
Katerina Serifi (ks)
Laura Lui (ll)
Leonard Mallett (lm)
Marina Aiudi (ma) 
Marco Pezzani (mp)
Margarita Gavanas (mg)
Margarida Reis (mr)
Millie Tsoumani (mt)
Pablo Ribera Paya (prp)
Samantha Falciatori (sf)
Parminder Shah (sp)
Thomas Kersten (tk)

Coördinatie

Agata Berdys (ab)
Giorgia Battiato (gb)

 

 

Adres

European Economic and Social Committee
Jacques Delors Building,
99 Rue Belliard,
B-1040 Brussels, Belgium
Tel. (+32 2) 546.94.76
Email: eescinfo@eesc.europa.eu

EESC info is published nine times a year during EESC plenary sessions. EESC info is available in 24 languages
EESC info is not an official record of the EESC’s proceedings; for this, please refer to the Official Journal of the European Union or to the Committee’s other publications.
Reproduction permitted if EESC info is mentioned as the source and a link  is sent to the editor.
 

March 2025
03/2025

Follow us

  • Facebook
  • Twitter
  • LinkedIn
  • Instagram