Cohesiebeleid kan een effectieve manier zijn om maatschappelijke trends waarmee de EU wordt geconfronteerd (euroscepsis, enz.), aan te pakken. Noodzakelijk hiervoor is wel dat de middelen uit het cohesiebudget een belangrijke bron van investeringen blijven, zodat Europa zichtbaarder wordt voor de burgers, de betrokkenheid onder belanghebbenden wordt vergroot en meer nadruk wordt gelegd op het nut van de EU. Dat was de boodschap van belanghebbenden op een EESC-hoorzitting over het cohesiebeleid na 2020.

De algemene opvatting tijdens de hoorzitting was dat moet worden aangedrongen op een ambitieus en toekomstbestendig cohesiebeleid na 2020, dat gericht is op duurzame en inclusieve economische en sociale groei, concurrentievermogen en werkgelegenheid in de hele EU. De meeste deelnemers vonden de door de Commissie voorgestelde verlaging van 10 % van de begroting voor het cohesiebeleid in het meerjarig financieel kader (MFK) 2021-2027 onaanvaardbaar.

Zonder voortzetting van het cohesiebeleid heeft de EU geen toekomst, zo luidde hun mening. De financiering van het cohesiebeleid moet minstens op het huidige niveau worden gehandhaafd, aangezien de verwachte toename van de regionale verschillen in bbp per hoofd van de bevolking, het risico van ontvolkte gebieden en de ontwikkeling van plattelandsgebieden hebben aangetoond dat er behoefte is aan krachtiger beleid.

Een cohesiebeleid dat investeringen voor de lange termijn en duurzaamheid garandeert, gebaseerd is op een plaatsgerichte aanpak en meer flexibiliteit biedt om uitdagingen en behoeften van welke aard dan ook aan te pakken, kan ook bijdragen tot meer efficiëntie.

De deelnemers waren in het algemeen voorstander van een sterker verband tussen het cohesiebeleid en het Europees Semester, dat echter niet mogelijk is zonder een volledige implementatie van de gedragscode voor partnerschappen. Zij wezen ook op het belang, in dit verband, van de jaarlijkse groeianalyse, de landenverslagen en het sociale scorebord, die moeten worden geregionaliseerd.

Sprekers drongen er bij de onderhandelende partijen op aan om hun inspanningen in de lopende onderhandelingen over wetgevingsvoorstellen voor het toekomstige MFK en cohesiebeleid op te voeren.

De bevindingen van de hoorzitting zullen worden verwerkt in een advies van het EESC over dit onderwerp, dat in maart in de plenaire vergadering in stemming zal worden gebracht. (jk)